Arrest van het Gerecht (Eerste kamer) van 17 december 2010 – Chocoladefabriken Lindt & Sprüngli/BHIM (Vorm van chocolade haas)

(Zaak T‑395/08)

„Gemeenschapsmerk – Aanvraag voor driedimensionaal gemeenschapsmerk – Vorm van chocolade haas – Absolute weigeringsgrond – Geen onderscheidend vermogen – Artikel 7, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 40/94 [thans artikel 7, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 207/2009] – Geen onderscheidend vermogen door gebruik – Artikel 7, lid 3, van verordening (EG) nr. 40/94 [thans artikel 7, lid 3, van verordening (EG) nr. 207/2009]”

Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van gemeenschapsmerk – Absolute weigeringsgronden – Merken zonder onderscheidend vermogen (Verordening nr. 40/94 van de Raad, art. 7, lid 1, sub b) (cf. punten 25, 46‑47)

Voorwerp

Beroep tegen de beslissing van de vierde kamer van beroep van het BHIM van 18 juli 2008 (zaak R 419/2008‑4) inzake een aanvraag tot inschrijving als gemeenschapsmerk van een driedimensionaal teken in de vorm van een chocolade haas

Gegevens betreffende de zaak

Aanvrager van het gemeenschapsmerk:	Chocoladefabriken Lindt & Sprüngli AG
Betrokken gemeenschapsmerk:	driedimensionaal merk met de vorm van een chocoladehaas voor waren van klasse 30 – aanvraag nr. 3664372
Beslissing van de onderzoeker:	weigering van inschrijving
Beslissing van de kamer van beroep:	verwerping van het beroep

Dictum

1) Het beroep wordt verworpen.

2) Chocoladefabriken Lindt & Sprüngli AG wordt verwezen in de kosten.