Beschikking van het Gerecht (Tweede kamer) van 24 april 2007 – Gorostiaga Atxalandabaso / Parlement

(Zaak T‑132/06)

„Uitvoering van arrest van Gerecht – Beroep dat ten dele kennelijk niet-ontvankelijk is en ten dele kennelijk rechtens ongegrond is”

1.                     Beroep tot nietigverklaring – Arrest houdende nietigverklaring – Gevolgen – Verplichting om maatregelen ter uitvoering te nemen (Art. 233 EG) (cf. punten 28‑30)

2.                     Parlement – Regeling kosten en vergoedingen van leden van Europees Parlement (cf. punten 41‑46)

3.                     Procedure – Gezag van gewijsde – Omvang (cf. punten 49‑51)

4.                     Procedure – Overlegging van adviezen van juridische diensten van gemeenschapsinstellingen aan Gerecht – Voorwaarden (cf. punt 68)

Voorwerp

Vordering tot nietigverklaring van het naar aanleiding van het arrest van het Gerecht van 22 december 2005, Gorostiaga Atxalandabaso/Parlement (T‑146/04, Jurispr. blz. II‑5989), vastgestelde besluit van de secretaris-generaal van het Europees Parlement van 22 maart 2006

Dictum

1) Het beroep wordt verworpen.

2) Verzoeker, Koldo Gorostiaga Atxalandabaso, wordt verwezen in de kosten.