Language of document :

Beroep ingesteld op 27 februari 2023 – Kargins / Commissie

(Zaak T-110/23)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Rems Kargins (Riga, Letland) (vertegenwoordiger: O. Behrends, advocaat)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

het op verzoeker betrekking hebbende en door hem op 16 december 2022 ontvangen besluit van de Europese Commissie van 12 december 2022 waarbij de Commissie zijn verzoek om toegang tot documenten op grond van de regels betreffende de toegang van het publiek tot documenten heeft afgewezen, nietig te verklaren;

verweerster te verwijzen in verzoekers kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van het beroep voert de verzoekende partij zes middelen aan.

Eerste middel: de lijst van documenten die door verweerster in het bestreden besluit is opgenomen, is kennelijk onvolledig.

Tweede middel: verweerster heeft op onrechtmatige wijze aanzienlijke delen van de documenten geschrapt.

Derde middel: verweerster heeft op onrechtmatige wijze de toegang geweigerd tot veertien documenten op grond van een onjuiste uitlegging en toepassing van artikel 4, lid 2, van verordening 1049/20011 met betrekking tot de mogelijke ondermijning van gerechtelijke procedures.

Vierde middel: het standpunt van verweerster met betrekking tot een eventueel hoger openbaar belang is aangetast door een aantal gebreken. Zo gaf verweerster onder meer niet aan welke schade de openbaarmaking met zich mee kon brengen, nam zij het politieke en economische belang van de onderhavige zaak niet in aanmerking , en (hield zij geen met het openbaar belang om het verschil te kunnen beoordelen tussen een rechtmatige amicus curiae-brief en een onrechtmatige inmenging door de Commissie in de rechtsbedeling in een lidstaat waarbij de nationale rechter die kennisneemt van een hoger beroep wordt gewezen op negatieve gevolgen voor de betrokken lidstaat als gevolg van een ongunstig optreden van de Commissie indien de beslissing van de lagere rechters niet wordt vernietigd.

Vijfde middel: verweerster heeft aan verzoeker geen toegang gegeven tot het dossier.

Zesde middel: door het de verzoeker betreffende bestreden besluit bijna een jaar na de verzending van het confirmatieve verzoek vast te stellen werd de in artikel 8, leden 1 en 2, van verordening 1049/2001 neergelegde termijn zo ernstig overschreden dat er sprake is van een weigering van toegang op het relevante tijdstip.

____________

1 Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB 2001, L 145, blz. 43).