Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour de cassation (Groothertogdom Luxemburg) op 5 maart 2008 - Audiolux SA, BIP Investment Partners SA, Jean-Paul Felten, Joseph Weyland, Luxiprivilège SA, Foyer SA, Investas ASBL, Claudie Stein-Lambert, Christiane Worre-Lambert, Baron Antoine de Schorlemer, Jacques Funck, Marc Meyer en Jean Petitdidier / Groupe Bruxelles Lambert SA (GBL), RTL Group SA, Juan Abello Gallo, Didier Bellens, André Desmarais, Gérald Frère, Jocelyn Lefebvre, Onno Ruding, Gilles Samyn, Martin Taylor, Bertelsmann AG, Siegfried Luther, Thomas Middelhoff, Ewald Wagenbach, Rolf Schmidt-Holz, Erich Schumann, WAZ Finanzierungs-GmbH, Westdeutsche Allgemeine Zeitungsverlagsgesellschaft E. Brost & J. Funke GmbH & Co (WAZ) - Interveniërende partijen: Dexia Luxpart SA e.a.

(Zaak C-101/08)

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Cour de cassation

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Audiolux SA, BIP Investment Partners SA, Jean-Paul Felten, Joseph Weyland, Luxiprivilège SA, Foyer SA, Investas ASBL, Claudie Stein-Lambert, Christiane Worre-Lambert, Baron Antoine de Schorlemer, Jacques Funck, Marc Meyer en Jean Petitdidier

Verwerende partijen: Groupe Bruxelles Lambert S.A. (GBL), RTL Group SA, Juan Abello Gallo, Didier Bellens, André Desmarais, Gérald Frère, Jocelyn Lefebvre, Onno Ruding, Gilles Samyn, Martin Taylor, Bertelsmann AG, Siegfried Luther, Thomas Middelhoff, Ewald Wagenbach, Rolf Schmidt-Holz, Erich Schumann, WAZ Finanzierungs-GmbH, Westdeutsche Allgemeine Zeitungsverlagsgesellschaft E. Brost & J. Funke GmbH & Co (WAZ)

Prejudiciële vragen

Vormen de verwijzingen naar de gelijkheid van aandeelhouders en meer specifiek naar de bescherming van minderheidsaandeelhouders in

de Tweede vennootschapsrichtlijn 77/91/EEG van 13 december 1976(1), en wel in de artikelen 20 en 42 daarvan;

de aanbeveling van de Commissie van 25 juli 1977 betreffende de Europese gedragscode voor effectentransacties(2), en wel in het ‚derde algemene beginsel' en de ‚zeventiende aanvullende bepaling' daarvan;

richtlijn 79/279 van 5 maart 1979 tot coördinatie van de voorwaarden voor de toelating van effecten tot de officiële notering aan een effectenbeurs(3), en wel in bijlage Schema C, [punt 2], sub a, daarvan, dat is overgenomen in de geconsolideerde richtlijn van 28 mei 2001;

richtlijn 2004/25/EEG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 betreffende het openbaar overnamebod(4), en wel in artikel 3, lid 1, sub a, daarvan in het licht van de achtste overweging van de considerans

de uitdrukking van een algemeen beginsel van gemeenschaprecht?

Ingeval de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord, moet dit algemene beginsel van gemeenschapsrecht alleen worden toegepast in de betrekkingen tussen een vennootschap en haar aandeelhouders, of moet het tevens worden toegepast in de betrekkingen tussen meerderheidsaandeelhouders die de zeggenschap over een vennootschap uitoefenen of verwerven, en de minderheidsaandeelhouders van die vennootschap, in het bijzonder in het geval van een vennootschap waarvan de aandelen zijn genoteerd aan een effectenbeurs?

Ingeval de eerste twee vragen bevestigend worden beantwoord, moet dit algemene beginsel van gemeenschapsrecht, gelet op de ontwikkeling van de in de eerste vraag genoemde verwijzingen in de loop der tijd, worden geacht reeds vóór de inwerkingtreding van voornoemde richtlijn 2004/25/EG en in het onderhavige geval reeds vóór de litigieuze feiten, die zich in de eerste helft van 2001 hebben voorgedaan, te hebben bestaan en van toepassing te zijn op de betrekkingen tussen meerderheidsaandeelhouders en minderheidsaandeelhouders in de zin van de tweede vraag?

____________

1 - ) Tweede Richtlijn 77/91/EEG van de Raad van 13 december 1976 strekkende tot het coördineren van de waarborgen welke in de lidstaten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van artikel 58, tweede alinea, van het Verdrag, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in deze vennootschappen als van derden met betrekking tot de oprichting van de naamloze vennootschap, alsook de instandhouding en wijziging van haar kapitaal, zulks ten einde die waarborgen gelijkwaardig te maken (PB 1977, L 26, blz. 1).

2 - ) PB L 212, blz. 37.

3 - ) PB L 66, blz. 21.

4 - ) PB L 142, blz. 12.