Language of document :

Beroep ingesteld op 24 januari 2011 - Peeters Landbouwmachines/BHIM - Fors MW (BIGAB)

(Zaak T-33/11)

Taal van het verzoekschrift: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Peeters Landbouwmachines (Etten-Leur, Nederland) (vertegenwoordiger: P.N.A.M. Claassen, advocaat)

Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen)

Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep: AS Fors MW (Saue, Republiek Estland)

Conclusies

de beslissing van de eerste kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 4 november 2010 in zaak R 210/2010-1 vernietigen;

verweerder gelasten, het ingeschreven gemeenschapsmerk waartegen een vordering tot nietigverklaring is ingesteld, nietig te verklaren, dan wel verweerder gelasten, het ingeschreven gemeenschapsmerk waartegen een vordering tot nietigverklaring is ingesteld, nietig te verklaren wat inschrijving ervan voor klasse 7 betreft;

verweerder verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Ingeschreven gemeenschapsmerk waarvan nietigverklaring is gevorderd: het woordmerk "BIGAB" voor waren van de klassen 6, 7 en 12 - gemeenschapsmerk nr. 4363842

Houder van het gemeenschapsmerk: de andere partij in de procedure voor de kamer van beroep

Partij die nietigverklaring van het gemeenschapsmerk vordert: verzoekster

Merkrecht van de partij die nietigverklaring vordert: de partij die de vordering tot nietigverklaring heeft ingesteld heeft haar vordering gebaseerd op de absolute en relatieve nietigheidsgronden van de artikelen 52, lid 1, sub b, en 53, lid 1, sub b, juncto artikel 8, lid 4, van verordening (EG) nr. 207/2009

Beslissing van de nietigheidsafdeling: afwijzing van de vordering tot nietigverklaring in haar geheel

Beslissing van de kamer van beroep: verwerping van het beroep

Aangevoerde middelen: verzoekster betoogt dat de kamer van beroep de gestelde kwade trouw onjuist heeft beoordeeld en is voorbijgegaan aan het feit dat de door de conflicterende merken aangeduide waren in hoge mate soortgelijk zijn.

____________