Arrest van het Gerecht van 25 januari 2017 – Rusal Armenal / Raad
(Zaak T-512/09 RENV)1
[„Dumping – Invoer van bepaald bladaluminium uit Armenië, Brazilië en China – Definitief antidumpingrecht – Status van marktgerichte onderneming – Artikel 2, lid 7, onder b) en onder c), tweede streepje, van verordening (EG) nr. 384/96 – Cumulatieve beoordeling van de invoer die het voorwerp van antidumpingonderzoeken uitmaakt – Artikel 3, lid 4, onder a) en b), van verordening nr. 384/96 – Verbintenisaanbod – Artikel 8, lid 3, van verordening nr. 384/96”]
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: Rusal Armenal ZAO (Jerevan, Armenië) (vertegenwoordigers: B. Evtimov en E. Borovikov, advocaten, en D. O’Keeffe, solicitor)
Verwerende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: aanvankelijk S. Boelaert en J.-P. Hix, gemachtigden, vervolgens J.-P. Hix, bijgestaan door B. O’Connor, solicitor, en S. Gubel, advocaat)
Interveniënten aan de zijde van verwerende partij: Europees Parlement (vertegenwoordigers: D. Warin en A. Auersperger Matić, gemachtigden) en Europese Commissie (vertegenwoordigers: J.-F. Brakeland, M. França en A. Demeneix, gemachtigden)
Voorwerp
Een op artikel 263 VWEU gebaseerd verzoek om nietigverklaring van verordening (EG) nr. 925/2009 van de Raad van 24 september 2009 tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van het voorlopige recht op bepaald bladaluminium van oorsprong uit Armenië, Brazilië en de Volksrepubliek China (PB 2009, L 262, blz. 1)
Dictum
Het beroep wordt verworpen.
Rusal Armenal ZAO draagt haar eigen kosten en de kosten van de Raad van de Europese Unie in de procedures bij het Gerecht en het Hof.
Het Europees Parlement en de Europese Commissie dragen hun eigen kosten.
____________1 PB C 80 van 27.3.2010.