Arrest van het Gerecht van 22 januari 2015 – Bank Tejarat / Raad
(Zaak T-176/12)1
(„Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid – Beperkende maatregelen ten aanzien van Iran ter voorkoming van nucleaire proliferatie – Bevriezing van tegoeden – Beoordelingsfout”)
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: Bank Tejarat (Teheran, Iran) (vertegenwoordigers: S. Zaiwalla, P. Reddy, F. Zaiwalla en Z. Burbeza, solicitors, D. Wyatt, QC, en R. Blakeley, barrister)
Verwerende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: M. Bishop en S. Cook, gemachtigden)
Voorwerp
Gedeeltelijke nietigverklaring met onmiddellijke ingang van besluit 2012/35/GBVB van de Raad van 23 januari 2012 houdende wijziging van besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran (PB L 19, blz. 22), uitvoeringsverordening (EU) nr. 54/2012 van de Raad van 23 januari 2012 houdende uitvoering van verordening (EU) nr. 961/2010 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (PB L 19, blz. 1), verordening (EU) nr. 267/2012 van de Raad van 23 maart 2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran en tot intrekking van verordening (EU) nr. 961/2010 (PB L 88, blz. 1), en uitvoeringsverordening (EU) nr. 709/2012 van de Raad van 2 augustus 2012 houdende uitvoering van verordening nr. 267/2012 (PB L 208, blz. 2)
Dictum
Worden nietig verklaard, voor zover zij betrekking hebben op Bank Tejarat:
punt I B 2 van bijlage I bij besluit 2012/35/GBVB van de Raad van 23 januari 2012 houdende wijziging van besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran;
punt I B 2 van bijlage I bij uitvoeringsverordening (EU) nr. 54/2012 van de Raad van 23 januari 2012 houdende uitvoering van verordening (EU) nr. 961/2010 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran;
punt I B 105 van bijlage IX bij verordening (EU) nr. 267/2012 van de Raad van 23 maart 2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran en tot intrekking van verordening nr. 961/2010;
punt 5 van bijlage II bij uitvoeringsverordening (EU) nr. 709/2012 van de Raad van 2 augustus 2012 houdende uitvoering van verordening (EU) nr. 267/2012.
Het beroep wordt verworpen voor het overige.
De gevolgen van besluit 2010/413/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen Iran en tot intrekking van gemeenschappelijk standpunt 2007/140/GBVB, zoals gewijzigd bij besluit 2012/35, worden gehandhaafd wat Bank Tejarat betreft totdat de nietigverklaring van verordening nr. 267/2012 en uitvoeringsverordening nr. 709/2012 effect sorteren.
De Raad van de Europese Unie wordt verwezen in de kosten.
________________________1 PB C 174 van 16.6.2012.