Language of document :

Arrest van het Gerecht van 9 juni 2016 – Growth Energy en Renewable Fuels Association/Raad

(Zaak T-276/13)1

(„Dumping – Invoer van bio-ethanol uit de Verenigde Staten – Definitief antidumpingrecht – Beroep tot nietigverklaring – Vereniging – Leden niet rechtstreeks geraakt – Niet-ontvankelijkheid – Voor het gehele land geldend antidumpingrecht – Individuele behandeling – Steekproefonderzoek – Rechten van de verdediging – Non-discriminatie – Zorgvuldigheidsplicht”)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partijen: Growth Energy (Washington, DC, Verenigde Staten) en Renewable Fuels Association (Washington) (vertegenwoordigers: aanvankelijk P. Vander Schueren, vervolgens P. Vander Schueren en M. Peristeraki, advocaten)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: S. Boelaert, gemachtigde, aanvankelijk bijgestaan door G. Berrisch, advocaat, en B. Byrne, solicitor, vervolgens door R. Bierwagen en C. Hipp, advocaten)

Interveniënten aan de zijde van verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: M. França en T. Maxian Rusche, gemachtigden) en ePure, de Europese Producenten Unie van Hernieuwbare Ethanol (vertegenwoordigers: O. Prost en A. Massot, advocaten)

Voorwerp

Verzoek tot gedeeltelijke nietigverklaring van uitvoeringsverordening (EU) nr. 157/2013 van de Raad van 18 februari 2013 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op bio-ethanol van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika (PB L 49, blz. 10) voor zover deze betrekking heeft op verzoeksters en hun leden

Dictum

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 157/2013 van de Raad van 18 februari 2013 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op bio-ethanol van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, wordt nietig verklaard voor zover zij betrekking heeft op Patriot Renewable Fuels LLC, Plymouth Energy Company LLC, POET LLC en Platinum Ethanol LLC.

Het beroep wordt verworpen voor het overige.

Growth Energy, Renewable Fuels Association, de Raad van de Europese Unie, de Europese Commissie en ePURE, de Europese Producenten Unie van Hernieuwbare Ethanol, dragen hun eigen kosten.

____________

1     PB C 226 van 3.8.2013.