Language of document :

Beschikking van het Gerecht van 11 november 2014 – Bos e.a. / Parlement en Raad

(Zaak T-23/14)1

(„Beroep tot nietigverklaring – Hervorming van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie en de regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie – Aanzienlijke vermindering van het aantal jaarlijkse verlofdagen voor ambtenaren en personeelsleden die in een derde land zijn tewerkgesteld – Geen individuele geraaktheid – Kennelijk niet-ontvankelijkheid”)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partijen: Mark Bos (Ankara, Turkije), Estelle Kadouch (Jeruzalem, Israël), Siegfried Krahl (Lago Sul, Brazilië), en Eric Lunel (Dakar, Senegal) (vertegenwoordiger: F. Krenc, advocaat)

Verwerende partijen: Europees Parlement (vertegenwoordigers: L. Visaggio en E. Taneva, gemachtigden), en Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: M. Bauer en A. Bisch, gemachtigden)

Voorwerp

Beroep tot nietigverklaring, ingesteld krachtens artikel 263 VWEU, van artikel 1, punt 70, van verordening (EU, Euratom) nr. 1023/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2013 tot wijziging van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie (PB L 287, blz. 15), voor zover daarbij bijlage X bij verordening nr. 31 (EEG)/11 (EGA) tot vaststelling van het Statuut van de ambtenaren en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB 1962, 45, blz. 1385), is gewijzigd

Dictum

Het beroep wordt verworpen.

Bos, Kadouch, Krahl en Lunel dragen hun eigen kosten alsmede die van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie.

Er behoeft geen uitspraak te worden gedaan op het verzoek tot interventie van de Europese Commissie.

____________

____________

1     PB C 112 van 14.4.2014.