Arrest van het Gerecht (Vijfde kamer) van 12 september 2012 – Italië/Commissie

(Zaak T‑394/06)

„EOGFL – Afdeling Garantie – Goedkeuring van rekeningen – Van financiering uitgesloten uitgaven – Onregelmatigheden of nalatigheden die aan overheidsdiensten of organen van lidstaten te wijten zijn – Artikel 8, leden 1 en 2, van verordening (EEG) nr. 729/70 en artikel 8, leden 1 en 2, van verordening (EG) nr. 1258/1999 – Buitensporige vertraging in beoordeling door de Commissie van kennisgevingen gedaan op grond van artikel 5, lid 2, van verordening (EEG) nr. 595/91 – Redelijke termijn”

1.                     Beroep tot nietigverklaring – Bestreden handeling – Beoordeling van wettigheid aan hand van gegevens die beschikbaar waren op ogenblik van vaststelling van bestreden handeling (Art. 230 EG) (cf. punt 43)

2.                     Gerechtelijke procedure – Termijn voor overlegging van bewijzen – Artikel 48, lid 1, van Reglement voor procesvoering van het Gerecht – Werkingssfeer (Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 48, lid 1, en 66, lid 2) (cf. punt 45)

3.                     Gerechtelijke procedure – Aanvoering van nieuwe middelen in de loop van geding – Voorwaarden – Aanvulling van aangevoerd middel – Toelaatbaarheid (Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 48, lid 2) (cf. punt 48)

4.                     Landbouw – Gemeenschappelijk landbouwbeleid – Financiering door EOGFL – Procedure tot goedkeuring van rekeningen – Verplichtingen van de Commissie – Inachtneming van redelijke termijn – Beoordelingscriteria – Schending – Gevolgen (Verordening nr. 595/91 van de Raad, art. 5, lid 2) (cf. punten 60, 62, 63, 68, 69)

5.                     Landbouw – Gemeenschappelijk landbouwbeleid – Financiering door EOGFL – Beginselen – Verplichting voor lidstaten om bij terugvordering van ten onrechte uitbetaalde bedragen met nodige voortvarendheid te handelen – Omvang (Art. 10 EG; verordeningen van de Raad nr. 729/70, art. 8, en nr. 1258/1999, art. 8) (cf. punten 82‑84)

6.                     Landbouw – Gemeenschappelijk landbouwbeleid – Financiering door EOGFL – Beginselen – Verplichting voor lidstaten om bij terugvordering van ten onrechte uitbetaalde bedragen met nodige voortvarendheid te handelen – Niet-nakoming – Verantwoording wegens duur van door marktdeelnemers bij nationale rechter aangespannen procedures – Ontoelaatbaarheid – Doeltreffende toepassing door lidstaat van nationaal recht inzake terugvordering – Omstandigheid waaruit niet blijkt dat met nodige voortvarendheid is gehandeld (Art. 10 EG; verordeningen van de Raad nr. 729/70, art. 8, en nr. 1258/1999, art. 8) (cf. punten 85, 91, 92)

7.                     Landbouw – EOGFL – Goedkeuring van rekeningen – Weigering uitgaven ten laste te nemen, die gevolg zijn van onregelmatigheden in toepassing van communautaire voorschriften – Betwisting door betrokken lidstaat – Bewijslast – Verdeling onder de Commissie en lidstaat (Art. 10 EG; verordeningen van de Raad nrs. 729/70, art. 8, en 1258/1999, art. 8) (cf. punten 89, 90, 193)

Voorwerp

Verzoek tot gedeeltelijke nietigverklaring van beschikking 2006/678/EG van de Commissie van 3 oktober 2006 betreffende de financiële consequenties die, in het kader van de goedkeuring van uit de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie‑ en Garantiefonds voor de landbouw gefinancierde uitgaven, moeten worden getrokken in bepaalde gevallen van door marktdeelnemers begane onregelmatigheden (PB L 278, blz. 24)

Dictum

1) Het beroep wordt verworpen.

2) De Italiaanse Republiek zal haar eigen kosten alsmede die van de Europese Commissie dragen.