Language of document :

Beroep ingesteld op 14 oktober 2010 - Endesa en Endesa Generación / Commissie

(Zaak T-490/10)

Procestaal: Spaans

Partijen

Verzoekende partijen: Endesa, SA (Madrid, Spanje) en Endesa Generación, SA (Sevilla, Spanje) (vertegenwoordiger: M. Merola, advocaat)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

het beroep tot nietigverklaring ontvankelijk verklaren;

het beroep gegrond en de beschikking in haar geheel nietig verklaren;

de Europese Commissie verwijzen in alle kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

In casu wordt dezelfde beschikking bestreden als in de zaken T-484/10, Gas Natural Fenosa SDG/Commissie, en T-486/10, Iberdrola/Commissie.

Verzoeksters voeren ter onderbouwing van hun beroep drie middelen aan:

1    Eerste middel: de Commissie heeft zich kennelijk vergist in haar opvatting dat de aangemelde maatregel onder richtlijn 2003/54/EG1 valt. In verband hiermee voeren verzoeksters het volgende aan:

De Commissie heeft zich kennelijk vergist in haar uitlegging dat artikel 11, lid 4, van richtlijn 2003/54/EG niet vereist dat de nationale autoriteiten zich bij de vaststelling van met de harmonisatiebepalingen van de richtlijn onverenigbare maatregelen beroepen op redenen van voorzieningszekerheid en het bestaan daarvan aantonen. Die uitlegging is in strijd met de verplichting om een uitzonderingsbepaling restrictief uit te leggen;

De uitlegging die de Commissie aan artikel 11, lid 4, van richtlijn 2003/54/EG geeft, zou betekenen dat de lidstaten wordt toegestaan onbeperkt gebruik te maken van een bepaling die volgens artikel 114 van het Verdrag slechts voorlopig kan worden toegepast. De uitlegging van de Commissie is derhalve onverenigbaar met de rechtsgrondslag van richtlijn 2003/54/EG;

De Commissie heeft zich kennelijk vergist in haar berekening van de in richtlijn 2003/54/EG vastgestelde drempel van 15 %, zodat deze drempel niet het door de Uniewetgever nagestreefde nuttig effect heeft;

De Commissie heeft een kennelijke fout gemaakt aangezien in Spanje geen voorzieningszekerheidsproblemen bestaan die de vaststelling van de aangemelde maatregel rechtvaardigen;

De aangemelde maatregel voldoet niet aan de voorwaarden van artikel 3, lid 2, van richtlijn 2003/54/EG, dat bepaalt dat de openbaredienstverplichtingen duidelijk, transparant, niet-discriminerend en controleerbaar moeten zijn en bovendien voor EU-elektriciteitsbedrijven een gelijke toegang tot nationale consumenten moeten waarborgen;

2.    Tweede middel: de Commissie heeft zich kennelijk vergist in haar opvatting dat artikel 106, lid 2, van het Verdrag van toepassing is op de aangemelde maatregel. In verband hiermee voeren verzoeksters het volgende aan:

De Commissie heeft zich kennelijk vergist in haar opvatting dat het ingevolge artikel 11, lid 4, van richtlijn 2003/54/EG niet noodzakelijk is te onderzoeken of in casu is voldaan aan de noodzakelijke vereisten om een openbaredienstverplichting te definiëren;

De Commissie heeft een kennelijke fout gemaakt, omdat zij de evenredigheid van de aangemelde maatregel niet juist heeft beoordeeld en die beoordeling heeft beperkt tot de vaststelling dat de compensatie niet buitensporig was;

Bij de toepassing van artikel 106, lid 2, van het Verdrag heeft de Commissie niet onderzocht of de aangemelde maatregel het in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie verankerde eigendomsrecht schendt.

3.    Derde middel: schending in verband met bepaalde procedurele aspecten. Te dien aanzien voeren verzoeksters het volgende aan:

De Commissie heeft artikel 108 van het Verdrag en artikel 4, lid 4, van verordening nr. 659/19992 geschonden omdat zij geen formeel onderzoek heeft ingeleid, hoewel objectieve en overeenstemmende aanwijzingen voorhanden waren waaruit blijkt dat ernstige problemen bestonden om de verenigbaarheid van de aangemelde maatregel te beoordelen;

De Commissie heeft misbruik gemaakt van haar bevoegdheid omdat zij de pre-aanmeldingsfase heeft gebruikt ten einde de inleiding van een formele onderzoeksprocedure te voorkomen.

____________

1 - Richtlijn 2003/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en houdende intrekking van richtlijn 96/92/EG (PB L 176, blz. 37).

2 - Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag (PB L 83, blz. 1).