Beschikking van het Gerecht (Eerste kamer) van 5 december 2007 – Kapman / BHIM (Beeld van blauw zaagblad)
(Zaak T‑127/06)
„Gemeenschapsmerk – Gemeenschapsmerkaanvraag voor beeld in vorm van blauw zaagblad – Absolute weigeringsgrond – Ontbreken van onderscheidend vermogen – Artikel 7, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 40/94 – Beroep dat kennelijk rechtens ongegrond is”
Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van gemeenschapsmerk – Absolute weigeringsgronden – Merken zonder onderscheidend vermogen (Verordening nr. 40/94 van de Raad, art. 7, lid 1, sub b) (cf. punten 24‑25, 27, 29)
Voorwerp
| Beroep tegen de weigering van de tweede kamer van beroep van het BHIM van 10 februari 2006 (zaak R 175/2004‑1) om een beeld in de vorm van een blauw zaagblad als gemeenschapsmerk in te schrijven |
Dictum
1) | | Het beroep wordt verworpen omdat het kennelijk rechtens ongegrond is. |
2) | | Kapman AB wordt verwezen in de kosten. |