Beroep ingesteld op 24 november 2023 – UIC/Commissie

(Zaak T-1120/23)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: International Union of Railways (UIC) (Parijs, Frankrijk) (vertegenwoordiger: M. Roquette-Pfister, advocaat)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

het besluit van de Europese Commissie van 12 september 2023 tot uitsluiting van de UIC van de procedure van oproeping tot het indienen van voorstellen voor DIGITAL-ECCC-2022-CYBER-03-SOC nietig te verklaren;

de Europese Commissie te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij twee middelen aan.

Eerste middel: de Commissie heeft een kennelijke beoordelingsfout gemaakt door de UIC uit te sluiten van de procedure van oproeping tot het indienen van voorstellen omdat zij onder zeggenschap zou staan van entiteiten uit landen buiten de Europese Unie, wat niet waar is. Verzoekster voert in dit verband met name aan dat haar algemene vergadering het ultieme besluitvormingsorgaan is voor strategische aangelegenheden. De in de lidstaten van de Unie gevestigde leden bezitten 51,10 % van de stemrechten in de algemene vergadering, zodat de UIC werkelijk onder zeggenschap staat van in de Europese Unie gevestigde leden.

Tweede middel: de uitsluiting van de UIC van de procedure van oproeping tot het indienen van voorstellen is kennelijk onevenredig en er zijn geen naar behoren gemotiveerde veiligheidsredenen die de uitsluiting rechtvaardigen. Verzoekster voert aan dat noch het bestreden besluit, noch de andere brieven van de Commissie aan de UIC, noch enig ander document veiligheidsreden vermelden die tot haar uitsluiting van de oproeping tot het indienen van voorstellen hebben geleid.

____________