Beschikking van de vicepresident van het Gerecht van 16 december 2016 –
Casasnovas Bernad / Commissie
(Zaak T‑826/16 R)
„Kort geding – Openbare dienst – Arbeidscontractanten – Beëindiging van een overeenkomst van onbepaalde duur – Vordering tot opschorting van tenuitvoerlegging – Geen spoedeisendheid”
1. Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – „Fumus boni juris” – Spoedeisendheid – Ernstige en onherstelbare schade – Cumulatieve voorwaarden – Afweging van alle betrokken belangen – Beoordelingsbevoegdheid van de rechter in kort geding
(Art. 256, lid 1, VWEU, 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 156, lid 3)
(zie punten 19‑21)
2. Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – Spoedeisendheid – Ernstige en onherstelbare schade – Bewijslast
(Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 156, lid 3)
(zie punt 29)
Voorwerp
| Vordering krachtens de artikelen 278 en 279 VWEU tot opschorting van de tenuitvoerlegging van het besluit van de Commissie van 27 september 2016 tot beëindiging van verzoekers overeenkomst |
Dictum
1) | | De vordering in kort geding wordt afgewezen. |
2) | | De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden. |