Language of document :

Hogere voorziening ingesteld op 22 februari 2013 door Kris Van Neyghem tegen het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 12 december 2012 in zaak F-77/11, Van Neyghem/Raad

(Zaak T-113/13 P)

Procestaal: Frans

Partijen

Rekwirerende partij: Kris Van Neyghem (Tienen, België) (vertegenwoordiger: M. Velardo, advocaat)

Andere partij in de procedure: Raad van de Europese Unie

Conclusies

De rekwirerende partij verzoekt het Gerecht:

het arrest in zaak F-77/11, Kris Van Neyghem/Raad, te vernietigen;

het besluit van 1 oktober 2010 houdende weigering om rekwirant te bevorderen nietig te verklaren en de schadevordering toe te wijzen;

de zaak eventueel terug te verwijzen naar het Gerecht voor ambtenarenzaken;

de verwerende partij te verwijzen in de kosten, daaronder begrepen alle kosten van de procedure in eerste aanleg.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van de hogere voorziening voert de rekwirerende partij twee middelen aan.

Eerste middel, ontleend aan een onjuiste rechtsopvatting en schending van de motiveringsplicht, daar het GVA heeft geoordeeld dat de weigering om de betrokkene te bevorderen kon worden gemotiveerd in het stadium van het antwoord op de klacht, terwijl de motivering reeds had moeten worden gegeven in het besluit om hem niet te bevorderen, aangezien dat besluit op basis van artikel 266 VWEU was genomen ter uitvoering van het arrest van het GVA van 5 mei 2010, Bouillez e.a./Raad (F-53/08, nog niet gepubliceerd in de Jurisprudentie), en niet op grond van artikel 45 van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Tweede middel, ontleend aan een verkeerde rechtsopvatting, schending van artikel 266 VWEU en de daarop betrekking hebbende rechtspraak, aangezien het GVA zich noch op het dictum noch op de rechtsoverwegingen van zijn arrest in zaak F-53/08 heeft gebaseerd om vast te stellen of dat arrest op de juiste wijze was uitgevoerd.

____________