Language of document :

Beroep ingesteld op 24 december 2008 - Dole Food en Dole Germany. / Commissie

(Zaak T-588/08)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partijen: Dole Food Company, Inc. (Wilmington, Verenigde Staten van Amerika) en Dole Germany OHG (Hamburg, Duitsland) (vertegenwoordiger: J.-F. Bellis, advocaat)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

nietigverklaring van het bestreden besluit;

nietigverklaring of verlaging van het bedrag van de opgelegde geldboete;

verwijzing van de Commissie in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoeksters verzoeken om nietigverklaring op basis van artikel 230 EG van besluit C(2008) 5955 def. van de Commissie van 15 oktober 2008 (zaak COMP/39.188 - bananen), betreffende een procedure op grond van artikel 81, lid 1, EG, waarbij zij aansprakelijk zijn verklaard wegens deelneming aan onderling afgestemde feitelijke gedragingen om de referentieprijzen van in acht lidstaten van het noordelijke deel van de Europese Gemeenschap ingevoerde bananen te coördineren. Zij verzoeken ook om nietigverklaring of verlaging van de hun opgelegde boete.

Verzoeksters baseren hun conclusies op twee middelen.

In de eerste plaats, aldus verzoeksters, heeft de Commissie een fout begaan door vast te stellen dat de betrokken gedraging een restrictie met mededingingsbeperkende strekking in de zin van artikel 81 EG was. Verzoeksters stellen dat de betrokken gedraging in feite uitsluitend bestond uit toevallige bilaterale mededelingen tussen bananenimporteurs waarbij algemeenheden over de markt werden gewisseld, geen deel was van een ruimere mededingingsafspraak over prijsvaststelling en marktverdeling en dus geen restrictie met mededingingsbeperkende strekking was. Deze mededelingen vonden plaats vóór de vaststelling van de referentieprijzen die de onderhandelingen over de werkelijke prijzen met de klanten geruime tijd voorafgaat. Voorts, aldus verzoeksters, waren en konden deze mededelingen niet strekken tot beperking van de mededinging op de bananenmarkt aangezien de referentieprijzen geen werkelijke prijzen zijn en niet de basis voor de onderhandeling over de werkelijke prijzen van groene bananen vormen.

In de tweede plaats, aldus verzoeksters, is de hun opgelegde geldboete ongerechtvaardigd omdat het basisbedrag van de geldboete berust op de waarde van de verkoop van goederen waarop de gestelde inbreuk geen betrekking heeft. Voorts stellen verzoeksters dat de geldboete ook onevenredig was want voor de vaststelling van het basisbedrag van de boete is er ten onrechte van uitgegaan dat het betrokken bedrag de prijsvaststelling betrof.

____________