Language of document :

Beroep ingesteld op 21 juli 2011 - BP Products North America / Raad

(Zaak T-385/11)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: BP Products North America, Inc. (Naperville, Verenigde Staten) (vertegenwoordigers: H.-J. Prieß en B. Sachs, advocaten, en C. Farrar, solicitor)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie

Conclusies

nietig verklaren artikel 2 van uitvoeringsverordening (EU) nr. 443/20111 van de Raad van 5 mei 2011, voor zover deze betrekking heeft op verzoekster;

nietig verklaren artikel 2 van uitvoeringsverordening (EU) nr. 444/20112 van de Raad van 5 mei 2011, voor zover deze betrekking heeft op verzoekster; en

verweerder overeenkomstig artikel 87 van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht verwijzen in verzoeksters kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster vier middelen aan:

Schending van de basisverordeningen inzake antidumping en het compenserende recht, door verordeningen (EG) nr. 598/2009 en nr. 599/2009 inzake de import van biodiesel van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika3 uit te breiden tot biodieselproducten waar de verordeningen inzake antidumping en het compenserende recht oorspronkelijk geen betrekking op hadden, in plaats van een "de novo"-onderzoek uit te voeren, hoewel de momenteel aan uitvoeringsverordening (EU) nr. 444/2011 van de Raad onderworpen mengsels specifiek van het toepassingsgebied van verordeningen (EG) nr. 598/2009 en nr. 599/2009 waren uitgesloten.

Kennelijke beoordelingsfouten wat de beoordeling van de feiten betreft, in het bijzonder gelet op het feit dat laagwaardige mengsels van biodieselproducten (die niet aan belasting zijn onderworpen) niet kunnen worden omgevormd tot hoogwaardige mengsels (die wel aan de belasting zijn onderworpen), zodat ontwijking in feite onmogelijk is, en betreffende het feit dat verzoekster zich schuldig zou hebben gemaakt aan ontwijking door de economische rechtvaardigingsgronden voor haar uitvoer kennelijk onjuist weer te geven.

Schending van een essentieel procedureel vereiste doordat verweerder in uitvoeringsverordening (EU) nr. 444/2011 niet afdoende heeft gemotiveerd waarom de definitieve rechten zijn uitgebreid tot biodieselmengsels met 20 % of minder biodiesel.

Schending van de beginselen van non-discriminatie en behoorlijk bestuur, basisbeginselen van het Unierecht, door aan verzoekster niet het op "meewerkende ondernemingen" van toepassing zijnde recht toe te kennen, hoewel zij haar volledige medewerking heeft verleend.

____________

1 - Uitvoeringsverordening (EU) nr. 443/2011 van de Raad van 5 mei 2011 tot uitbreiding van het definitieve compenserende recht dat bij verordening (EG) nr. 598/2009 is ingesteld op biodiesel van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika tot uit Canada verzonden biodiesel, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Canada, en tot uitbreiding van het definitieve compenserende recht dat bij verordening (EG) nr. 598/2009 is ingesteld tot biodiesel in een mengsel bevattende 20 of minder gewichtsprocenten biodiesel van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, en tot beëindiging van het onderzoek naar de uit Singapore verzonden biodiesel (PB 2011, L 122, blz. 1).

2 - Uitvoeringsverordening (EU) nr. 444/2011 van de Raad van 5 mei 2011 tot uitbreiding van het definitieve antidumpingrecht dat bij verordening (EG) nr. 599/2009 is ingesteld op biodiesel van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika tot vanuit Canada verzonden biodiesel, al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Canada, en tot uitbreiding van het definitieve antidumpingrecht dat bij verordening (EG) nr. 599/2009 is ingesteld tot biodiesel in mengsels bevattende 20 of minder gewichtsprocenten biodiesel van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, en tot beëindiging van het onderzoek naar de vanuit Singapore verzonden biodiesel (PB 2011, L 122, blz. 12).

3 - Verordening (EG) nr. 598/2009 van de Raad van 7 juli 2009 tot instelling van een definitief compenserend recht en tot definitieve inning van het voorlopige recht op biodiesel van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika (PB 2009, L 179, blz. 1) en verordening (EG) nr. 599/2009 van de Raad van 7 juli 2009 tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van het voorlopige recht op biodiesel van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika (PB 2009, L 179, blz. 26).