Language of document :

Beroep ingesteld op 15 januari 2007 - Bondsrepubliek Duitsland / Commissie

(Zaak T-14/07)

Procestaal: Duits

Partijen

Verzoekende partij: Bondsrepubliek Duitsland (vertegenwoordigers: M. Lumma, C. Schulze-Bahr, bijgestaan door C. von Donat, Rechtsanwalt)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

nietig te verklaren beschikking C (2006) 5163 def. van de Commissie van 3 november 2006 betreffende de vermindering van de bij beschikking C(95) 1427 van de Commissie van 11 juli 1995 voor het operationele programma van Nordrhein-Westfalen in het kader van het communautaire initiatief MKB toegekende financiële bijstand van het EFRO (EFRO nr. 94.02.10.029), voor zover de vermindering het bedrag van de nog niet ontvangen EFRO-bijstand overschrijdt.

de Commissie te verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Met de bestreden beschikking heeft de Commissie de bijstand van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) voor het operationele programma van Nordrhein-Westfalen in het kader van het communautaire initiatief MKB verminderd.

Ter onderbouwing van haar beroep stelt verzoekster dat de bestreden beschikking de goedkeuringsbeschikking C(95) 1427 van de Commissie van 11 juli 1995 schendt.

Voorts stelt zij dat artikel 24, lid 2, van verordening nr. 4253/881 is geschonden daar de voorwaarden voor een vermindering niet zijn vervuld. In dit verband voert zij met name aan dat de afwijkingen van het indicatieve financieringsplan geen aanzienlijke wijziging van het programma opleveren.

Zelfs al zou het programma aanzienlijk zijn gewijzigd, dan heeft de Commissie volgens verzoekster vooraf toestemming gegeven voor een flexibele uitvoering van de indicatieve financieringsplannen bij de "richtsnoeren voor de financiële afsluiting van de operationele maatregelen (1994-1999) van de Structuurfondsen" (SEC (1999) 1316).

Voor het geval zou worden aangenomen dat de voorwaarden voor een vermindering zijn vervuld, wijst verzoekster erop dat verweerster met betrekking tot het concrete programma geen gebruik heeft gemaakt van haar beoordelingsvrijheid. De Commissie had moeten nagaan of een vermindering van de EFRO-bijstand in overeenstemming was met het evenredigheidsbeginsel.

____________

1 - Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden Structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374, van 31.12.1988, blz. 1).