Language of document :

Beroep ingesteld op 9 maart 2012 - Shahid Beheshti University/Raad

(Zaak T-120/12)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Shahid Beheshti University (Teheran, Iran) (vertegenwoordiger: J.-M. Thouvenin, advocaat)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie

Conclusies

besluit 2011/299/GBVB van de Raad van 23 mei 2011 nietig verklaren voor zover het op verzoekster betrekking heeft, en

besluit 2010/413/GBVB van 26 juli 2010 krachtens artikel 277 VWEU op verzoekster niet-toepasselijk verklaren, en

uitvoeringsverordening (EU) nr. 503/2011 van de Raad van 23 mei 2011 houdende uitvoering van verordening (EU) nr. 961/2010 nietig verklaren, voor zover zij op verzoekster betrekking heeft, en

verordening (EU) nr. 961/2010 krachtens artikel 277 VWEU op verzoekster niet-toepasselijk verklaren, en

besluit 2011/783/GBVB van de Raad van 1 december 2011 nietig verklaren, voor zover het op verzoekster betrekking heeft, en

uitvoeringsverordening (EU) nr. 1245/2011 van de Raad van 1 december 2011 nietig verklaren, voor zover zij op verzoekster betrekking heeft, en

het in de brief van de Raad aan verzoekster van 5 december 2011 vervatte besluit nietig verklaren, en

de Raad verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster zeven middelen aan.

Ontbreken van rechtsgrondslag voor besluit 2010/413/GBVB, dat de rechtsgrondslag zou zijn van besluit 2011/299/GBVB, alsook een schending van de verdragen en van het internationale recht. Besluit 2010/413/GBVB moet dus als niet-toepasselijk op verzoekster worden beschouwd.

Ontbreken van rechtsgrondslag voor verordening nr. 961/2010, die de rechtsgrondslag zou zijn van uitvoeringsverordening nr. 503/2011. Verzoekster voert aan dat artikel 215 VWEU niet als rechtsgrondslag kan dienen voor verordening nr. 961/2010 aangezien besluit 2010/413/GBVB, waaraan deze verordening in de interne orde van de Unie uitvoering wenst te geven, niet overeenkomstig hoofdstuk 2 van titel V van het VEU is vastgesteld. Verordening nr. 961/2010 moet dus niet-toepasselijk op verzoekster worden verklaard.

Schending van artikel 215 VWEU in de procedure van opname, bij uitvoeringsverordening nr. 503/2011, van verzoekster op bijlage VIII van verordening nr. 961/2010.

Schending door besluit 2011/299/GBVB en uitvoeringsverordening nr. 503/2011 van het recht van verdediging, het recht op behoorlijk bestuur en het recht op een doeltreffende rechterlijke bescherming, aangezien de Raad het recht om te worden gehoord niet heeft geëerbiedigd en ook de verplichting van kennisgeving en de motiveringsplicht niet is nagekomen.

Schending van het evenredigheidsbeginsel.

Schending van het recht op eerbiediging van de eigendom.

De opname van verzoekster op de lijst van entiteiten waarop maatregelen van toepassing zijn, steunt op een vergissing betreffende de feiten, aangezien verzoekster, als publieke universiteit met rechtspersoonlijkheid zonder vertegenwoordiging van het ministerie van Defensie en Logistiek van de Strijdkrachten in het bestuurslichaam, niet in eigendom is van of onder zeggenschap staat van dit ministerie en evenmin betrokken is bij wetenschappelijk onderzoek naar kernwapens.

____________