Beschikking van het Gerecht (Zevende kamer) van 24 mei 2011 – Government of Gibraltar/Commissie
(Zaak T‑176/09)
„Beroep tot nietigverklaring – Richtlijn 92/43/EEG – Instandhouding van natuurlijke habitats en wilde flora en fauna – Beschikking 2009/95/EG – Lijst van gebieden van communautair belang voor mediterrane biogeografische regio– Opneming in gebied van communautair belang genaamd ‚Estrecho oriental’ van zone van territoriale wateren van Gibraltar en van diepzeegebied – Gedeeltelijke nietigverklaring – Onlosmakelijk verband – Niet-ontvankelijkheid”
1. Beroep tot nietigverklaring – Voorwerp/doel – Gedeeltelijke nietigverklaring – Voorwaarde – Scheidbaarheid van omstreden bepalingen – Bepalingen van beschikking van Commissie tot uitbreiding van oppervlakte van gebied van communautair belang – Nietigverklaring die leidt tot inhoudelijke wijziging van beschikking – Niet-ontvankelijkheid (Art. 230 EG; richtlijn 92/43 van de Raad; beschikking 2009/95 van de Commissie) (cf. punten 34, 37‑42)
2. Procedure – Ontvankelijkheid van beroepen – Beoordeling naar situatie op tijdstip waarop verzoekschrift is ingediend – Niet-ontvankelijk beroep – Beschikking die in loop van geding in plaats komt van bestreden beschikking – Geen invloed op beoordeling van ontvankelijkheid van beroep (cf. punten 47‑49)
Voorwerp
| Verzoek tot gedeeltelijke nietigverklaring van beschikking 2009/95/EG van de Commissie van 12 december 2008 tot vaststelling, op grond van richtlijn 92/43/EEG van de Raad, van een tweede bijgewerkte lijst van gebieden van communautair belang voor de mediterrane biogeografische regio (PB 2009, L 43, blz. 393), voor zover daarbij het gebied „Estrecho Oriental” (ES6120032) wordt uitgestrekt tot de territoriale wateren van Gibraltar (zowel binnen als buiten het gebied UKGIB0002) en tot een diepzeegebied |
Dictum
1) | | Het beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard. |
2) | | De Government of Gibraltar wordt, behalve in haar eigen kosten, in de kosten van de Europese Commissie verwezen. |
3) | | Het Koninkrijk Spanje en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland dragen hun eigen kosten. |