Language of document :

Mededeling in het PB

 

Beroep, op 14 januari 2004 ingesteld door Alto de Casablanca S.A. tegen Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM)

(Zaak T-14/04)

Procestaal: te bepalen overeenkomstig artikel 131, lid 2,

van het Reglement voor de procesvoering (

Taal van het verzoekschrift: Engels

Bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen is op 14 januari 2004 beroep tegen het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM) ingesteld door Alto de Casablanca S.A., te Casablanca (Chili), vertegenwoordigd door A. W. Pluckrose, erkend octrooigemachtigde.

Andere partij voor de kamer van beroep: Bodegas Julián Chivite S.L.

Verzoekster concludeert dat het het Gerecht behage:

(    de beslissing van de tweede kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt van 4 november 2003 te vernietigen;

-    het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt te gelasten, gemeenschapsmerkaanvraag nr. 568337 in te schrijven;

-    betaling van verzoeksters kosten te gelasten.

Middelen en voornaamste argumenten

Aanvrager van het

gemeenschapsmerk:    ALTO DE CASABLANCA S.A.

Betrokken gemeenschapsmerk:    woordmerk "VERAMONTE" voor waren van klasse 33 (wijn)

Houder van het oppositiemerk

of -teken in de oppositieprocedure:    BODEGAS JULIAN CHIVITE S.L.

Oppositiemerk of -teken:    nationale merken "BEAMONTE" en "BODEGAS BEAMONTE" voor waren van klasse 33 (wijn, spiritualiën, likeur) en diensten van klasse 39 (diensten van goederenvervoer)

Beslissing van de oppositieafdeling:    weigering van de inschrijving

Beslissing van de kamer van beroep:    verwerping van het beroep

Middelen:    verzoekster wordt vertegenwoordigd door een erkend octrooi- en merkengemachtigde, die bevoegd is om zowel in het Verenigd Koninkrijk als op Europees niveau op te treden. Verzoekster stelt dat op grond daarvan haar vertegenwoordiger haar ook mag vertegenwoordigen voor het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen. Ten gronde betoogt verzoekster dat het aangevraagde merk artikel 8, lid 1, sub b, van verordening nr. 40/941 niet schendt en dat het Bureau de inschrijving ten onrechte heeft geweigerd.

CB

____________

1 - Verordening (EG) nr. 40/94 van de Raad van 20 december 1993 inzake het gemeenschapsmerk (PB L 11, blz. 1).