Language of document : ECLI:EU:T:2004:258

Zaak T‑14/04

Alto de Casablanca, SA

tegen

Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM)

„Gemeenschapsmerk – Vertegenwoordiging door advocaat – Kennelijke niet-ontvankelijkheid”

Samenvatting van de beschikking

Procedure – Inleidend verzoekschrift – Vormvereisten – Ondertekening door advocaat – Verzoeker die wordt vertegenwoordigd door octrooi‑ en merkengemachtigde die geen advocaat is – Niet-ontvankelijkheid

(Statuut van het Hof van Justitie, art. 19)

Uit artikel 19 van het Statuut van het Hof van Justitie, dat krachtens artikel 53 van dit statuut van toepassing is op de procedure voor het Gerecht, blijkt duidelijk dat alleen een advocaat die bevoegd is om op te treden voor een rechterlijke instantie van een lidstaat of van een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, een andere partij dan de in de eerste en tweede alinea van dit artikel bedoelde staten en instellingen voor de gemeenschapsrechters kan vertegenwoordigen of bijstaan. Dit vereiste is namelijk een wezenlijk vormvoorschrift waarvan de niet-inachtneming tot niet-ontvankelijkheid van het beroep leidt.

Het door een niet-bevoorrechte partij neergelegde verzoekschrift dat ondertekend is door een octrooi‑ en merkengemachtigde die weliswaar partijen in bepaalde procedures voor de gerechten van een lidstaat kan vertegenwoordigen, maar geen advocaat is, is dus niet-ontvankelijk.

(cf. punten 9, 11)