Language of document : ECLI:EU:T:2015:17

Zaak T‑1/12

Franse Republiek

tegen

Europese Commissie

„Staatssteun – Reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden – Door de Franse autoriteiten ten gunste van SeaFrance SA voorgenomen herstructureringssteun – Kapitaalverhoging en door de SNCF aan SeaFrance verstrekte leningen – Besluit waarbij steun onverenigbaar met de interne markt wordt verklaard – Begrip staatssteun – Criterium van de particuliere investeerder – Richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden”

Samenvatting – Arrest van het Gerecht (Achtste kamer) van 15 januari 2015

1.      Steunmaatregelen van de staten – Begrip – Rechtskarakter – Uitlegging aan de hand van objectieve criteria – Rechterlijke toetsing

(Art. 107, lid 1, VWEU)

2.      Steunmaatregelen van de staten – Begrip – Beoordeling volgens het criterium van de particuliere investeerder – Beoordeling met inachtneming van alle relevante aspecten van de betrokken operatie en de context ervan – Opeenvolgende maatregelen van de staat die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn – Beoordeling van de genomen maatregelen in hun geheel – Toelaatbaarheid

(Art. 107, lid 1, VWEU)

3.      Steunmaatregelen van de staten – Begrip – Beoordeling volgens het criterium van de particuliere investeerder – Beoordeling met inachtneming van alle relevante aspecten van de betrokken operatie en de context ervan – Opeenvolgende maatregelen die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn – Algemene analyse van het rendement van die maatregelen

(Art. 107, lid 1, VWEU)

4.      Steunmaatregelen van de staten – Begrip – Beoordeling enkel op basis van artikel 107, lid 1, VWEU – Inaanmerkingneming van een vroegere praktijk – Daarvan uitgesloten

(Art. 107, lid 1, VWEU)

5.      Beroep tot nietigverklaring – Voorwerp – Beschikking gebaseerd op meerdere redeneringen, die elk volstaan als grondslag voor het dispositief – Besluit inzake staatssteun – Middelen inzake een fout of een andere onrechtmatigheid in slechts een van de redeneringen – Middel dat niet tot de nietigverklaring van het besluit kan leiden

(Art. 263 VWEU)

6.      Steunmaatregelen van de staten – Verbod – Afwijkingen – Steun die als verenigbaar met de interne markt kan worden beschouwd – Steun voor de herstructurering van een onderneming in moeilijkheden – Richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden – Eigen bijdrage van de begunstigde onderneming – Lening die niet in aanmerking kan worden genomen als eigen bijdrage

(Art. 107, lid 3, VWEU; mededeling 2004/C 244/02 van de Commissie, punten 7, 43 en 44)

7.      Steunmaatregelen van de staten – Verbod – Afwijkingen – Steun die als verenigbaar met de interne markt kan worden beschouwd – Steun voor de herstructurering van een onderneming in moeilijkheden – Richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden – Eigen bijdrage van de begunstigde onderneming – Goedkeuring van een bijdrage van minder dan 50 % in uitzonderlijke omstandigheden en in geval van een bijzondere noodsituatie – Beoordelingscriteria – Economische crisis en inkrimping van de financiële markten die de overgrote meerderheid van de ondernemingen treffen – Daarvan uitgesloten

(Art. 107, lid 3, VWEU; mededeling 2004/C 244/02 van de Commissie, punt 44)

8.      Europese Unie – Eigendomsregelingen – Neutraliteitsbeginsel – Toepassing van de fundamentele regels van het Verdrag – Verhouding tot de bepalingen inzake staatssteun

(Art. 107, lid 1, VWEU en 345 VWEU)

1.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 29, 30)

2.      De Commissie moet bij het onderzoek van de toepassing van het criterium van de particuliere investeerder altijd alle relevante aspecten van de betrokken operatie en de context ervan onderzoeken, en bij toepassing van dat criterium op verschillende opeenvolgende maatregelen van de staat moet zij nagaan of die maatregelen zo nauw met elkaar verbonden zijn dat zij onmogelijk gescheiden kunnen worden gezien en derhalve voor de toepassing van artikel 107, lid 1, VWEU als één enkele maatregel moeten worden beschouwd.

De scheidbaarheid van verschillende opeenvolgende maatregelen van de staat moet worden onderzocht aan de hand van criteria zoals met name de chronologie en de doeleinden van die maatregelen alsook de situatie van de begunstigde onderneming ten tijde van die maatregelen.

In dit verband, in een situatie waarin een overheidsonderneming aan haar dochteronderneming in moeilijkheden achtereenvolgens reddingssteun, een herkapitalisatie en leningen verleent – welke leningen volgens de betrokken lidstaat geen steun maar een aparte investering uit het oogpunt van het criterium van de particuliere investeerder vormen – kan de Commissie rekening houden met de aspecten van de context, met name met de voortgang van het herstructurerings­plan, de splitsing in tweeën van de rol van die overheidsonderneming in haar hoedanigheid van steunverstrekker maar ook van verstrekker van het geld dat bestemd is om deel uit te maken van de eigen bijdrage, en de niet‑deelneming door een van de staat onafhankelijke particuliere investeerder aan de herstructurering.

(cf. punten 32‑34, 47, 50, 55)

3.      In een situatie waarin een overheidsonderneming aan haar dochteronderneming in moeilijkheden achtereenvolgens reddingssteun, een herkapitalisatie en leningen verleent, die een onlosmakelijk geheel van maatregelen vormen, past de Commissie het criterium van de particuliere investeerder correct toe wanneer zij, rekening houdend met de gevolgen van de betaling van de rente en de terugbetaling van de betrokken leningen voor de rentabiliteit van de herkapitalisatie, een algemene analyse maakt van het rendement dat die overheidsonderneming als enige particuliere investeerder kan verwachten van de door haar ten uitvoer gelegde of geplande maatregelen voor de redding en de herstructurering van de begunstigde onderneming, beschouwd als een geheel. In een dergelijk geval hoeft de Commissie niet nauwkeurig te onderzoeken of de voorwaarden van alle betrokken leningen marktconform waren.

Aangaande de toepassing van de toets van de particuliere investeerder op een dergelijk onlosmakelijk geheel van maatregelen, bevestigt het feit dat de overheidsonderneming, in haar dubbele hoedanigheid van steunverstrekker en verstrekker van het geld dat bestemd is om deel uit te maken van de eigen bijdrage, als enige de begunstigde onderneming de nodige middelen verstrekt om de herstructurering te financieren aangezien geen enkele externe particuliere investeerder bij die financiering betrokken is, de conclusie dat een investeerder in een markteconomie geen dergelijk geheel van maatregelen zou nemen ten gunste van een onderneming in moeilijkheden.

(cf. punten 47, 53, 54)

4.      Enkel op basis van artikel 107, lid 1, VWEU, en niet op basis van een beweerde eerdere beschikkingspraktijk van de Commissie, moet worden beoordeeld of een bepaalde maatregel al dan niet staatssteun vormt. Het is trouwens bijzonder moeilijk om zich op het gebied van reddings- en herstructureringssteun op een eerdere praktijk van de Commissie te baseren, aangezien op dat gebied de beoordeling van elk geval in hoge mate afhankelijk is van de individuele financiële situatie van de begunstigde van de steun, de algemene economische situatie van de sector waarin hij actief is en het toepasselijke rechtskader.

(cf. punt 58)

5.      Wanneer bepaalde overwegingen van een beschikking op zich genomen die beschikking rechtens genoegzaam kunnen rechtvaardigen, hebben de eventuele gebreken in andere overwegingen van die handeling hoe dan ook geen gevolgen voor het dispositief. Voorts staat vast dat een middel dat niet tot de door de verzoeker nagestreefde nietigverklaring kan leiden, als irrelevant moet worden afgewezen, ook al is het gegrond.

(cf. punt 73)

6.      Wanneer door een overheidsonderneming aan haar dochteronderneming in moeilijkheden verleende maatregelen, namelijk leningen, een herkapitalisatie en reddingssteun, samen beoordeeld, staatssteun vormen, zijn die leningen noodzakelijkerwijs uitgesloten van de eigen bijdrage van de begunstigde onderneming aan haar herstructurering in de zin van de punten 7, 43 en 44 van de communautaire richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden.

(cf. punt 86)

7.      Volgens punt 44 van de communautaire richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden kan de Commissie in uitzonderlijke omstandigheden en in geval van een door de lidstaat aan te tonen bijzondere noodsituatie in het geval van grote ondernemingen een eigen bijdrage van minder dan 50 % aanvaarden.

Aangezien de economische crisis en de inkrimping van de financiële markten de overgrote meerderheid van de ondernemingen treffen, kunnen zij in dit verband niet als uitzonderlijke omstandigheden of bijzondere moeilijkheden worden aangemerkt ten opzichte van één enkele onderneming.

(cf. punten 88, 89)

8.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 94, 95, 99, 100)