Language of document :

Beroep ingesteld op 28 september 2021 – Europese Commissie / Republiek Polen

(Zaak C-601/21)

Procestaal: Pools

Partijen

Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: A. Stobiecka-Kuik, G. Wils, P. Ondrůšek, gemachtigden)

Verwerende partij: Republiek Polen

Conclusies

vaststellen dat de Republiek Polen, door het toevoegen van uitzonderingen in verband met de productie van bepaalde documenten, drukwerk, zegels en merken die niet zijn voorzien in richtlijn 2014/24/EU betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten1 , haar verplichtingen krachtens artikel 1, leden 1 en 3, alsmede artikel 15, leden 2 en 3, van richtlijn 2014/24/EU, gelezen in samenhang met artikel 346, lid 1, onder a), VWEU niet is nagekomen;

de Republiek Polen verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Bij het omzetten van richtlijn 2014/24 heeft de Republiek Polen de productie van een groot aantal documenten, drukwerk, zegels en merken uitgesloten van de werkingssfeer van de in die richtlijn bepaalde procedures. De uitzonderingen die de Republiek Polen heeft ingevoerd betreffen overheidsdocumenten (zoals nationale identiteitsbewijzen, paspoorten, documenten en logboeken), accijnszegels, legalisatiezegels en controlevignetten, stemformulieren en op stempassen aangebrachte holografische merken, microprocessoren met software die wordt gebruikt voor het beheer van overheidsdocumenten, en IT-systemen en databases die van wezenlijk belang zijn voor het gebruik van publieke documenten. Volgens de Commissie komt het invoeren van die uitzonderingen neer op schending van richtlijn 2014/24, aangezien de werkingssfeer van deze richtlijn ten onrechte is beperkt ten opzichte van het bepaalde in die richtlijn en artikel 346 VWEU. De Commissie beroept zich op het arrest van het Hof in zaak C-187/16, Commissie/Oostenrijk, als belangrijk precedent in dit verband.

In het kader van de precontentieuze procedure heeft de Republiek Polen zich beroepen op de noodzaak de veiligheid van officiële documenten te beschermen. Ofschoon de Commissie erkent dat de beveiliging en de echtheid van die documenten moeten worden gewaarborgd, meent zij dat de Republiek Polen niet heeft aangetoond dat de vereiste bescherming, waaronder de bescherming tegen vervalsingen of de bescherming in verband met de bepalingen op het gebied van de bescherming van persoonsgegevens, niet kan worden bereikt in het kader van de procedure voor het plaatsen van overheidsopdrachten van richtlijn 2014/24.

____________

1 PB 2014, L 94, blz. 65