Language of document :

Beroep ingesteld op 14 september 2007 - Commissie van de Europese Gemeenschappen / Ierland

(Zaak C-427/07)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: D. Recchia en D. Lawunmi, gemachtigden)

Verwerende partij: Ierland

Conclusies

vast te stellen dat Ierland, door niet overeenkomstig de artikelen 2, lid 1, en 4, leden 2 tot en met 4, van richtlijn 85/337/EEG1 van de Raad betreffende de milieu-effectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten, zoals gewijzigd bij richtlijn 97/11/EG van de Raad, alle maatregelen te treffen die nodig zijn om te verzekeren dat, vóórdat een vergunning wordt verleend, de projecten voor de aanleg van wegen, bedoeld in punt 10, sub e, van bijlage II bij richtlijn 85/337/EEG, die een aanzienlijk milieueffect kunnen hebben, aan een vergunning en een beoordeling van die effecten worden onderworpen volgens de artikelen 5 tot en met 10 van de richtlijn, de verplichtingen niet is nagekomen die op hem rusten krachtens richtlijn 85/337/EEG;

vast te stellen dat Ierland, door niet de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen die nodig zijn om te voldoen aan de artikelen 3, leden 1 en 3 tot en met 7, en 4, leden 1 tot en met 6, van richtlijn 2003/35/EG2 van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003 tot voorziening in inspraak van het publiek in de opstelling van bepaalde plannen en programma's betreffende het milieu en, met betrekking tot inspraak van het publiek en toegang tot de rechter, tot wijziging van de richtlijnen 85/337/EEG en 96/61/EG van de Raad, of door althans de Commissie niet tijdig van deze maatregelen in kennis te stellen, de krachtens artikel 6 van deze richtlijn op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen;

Ierland te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Uitvoering van richtlijn 85/337/EEG

De Commissie is van mening dat Ierland richtlijn 85/337/EEG niet volledig heeft uitgevoerd, aangezien het met betrekking tot projecten voor de aanleg van particuliere wegen geen maatregelen heeft vastgesteld ter verwezenlijking van de doelstellingen van de artikelen 2, lid 1, en 4. Volgens de Commissie vallen (door particuliere ontwikkelaars ingediende) projecten voor particuliere wegen binnen de werkingssfeer van richtlijn 85/337/EEG. Bovendien is het vermoeden dat dergelijke projecten geen aanzienlijke milieueffecten zullen hebben, op niets gebaseerd. De niet-inaanmerkingneming van wegenprojecten die door particuliere ontwikkelaars worden ingediend, vormt een schending van de verplichtingen die krachtens bovengenoemde artikelen van de richtlijn op Ierland rusten.

Uitvoering van richtlijn 2003/35/EG

De Commissie betoogt dat Ierland zijn verplichtingen niet is nagekomen door niet overeenkomstig artikel 6 van richtlijn 2003/35/EG alle nationale maatregelen vast te stellen die nodig zijn om te voldoen aan de artikelen 3 en 4 van de richtlijn, en de Commissie hiervan niet in kennis te stellen. Meer bepaald bevat artikel 3, leden 1 en 3 tot en met 7, van de richtlijn specifieke wijzigingen van een aantal artikelen van richtlijn 85/337/EEG. Ierland betwist niet dat voor de uitvoering hiervan wijzigingen noodzakelijk zijn van zowel de Ierse wettelijke regeling inzake stedenbouwkunde als betreffende andere vergunningsregelingen. Ierland heeft verzuimd om binnen de in het aanvullende met reden omkleed advies gestelde termijn wijzigingen van haar wettelijke regeling inzake stedenbouwbouwkunde mee te delen, en het heeft hoe dan ook nog steeds geen wettelijke wijzigingen betreffende alle andere vergunningregelingen meegedeeld. De artikelen 3, lid 7, en 4, lid 4, van de richtlijn schrijven niet enkel voor dat de wijze van totstandkoming van de regeling kan worden aangevochten, maar tevens dat wordt voorzien in toetsingsprocedures die specifieke garanties bevatten. Voor zover Ierland stelt dat zijn bestaande regeling inzake rechterlijke toetsing voldoet aan de eisen van de artikelen 3, lid 7, en 4, lid 4, heeft het onvoldoende gegevens verstrekt om te voldoen aan het voorschrift van artikel 6, eerste alinea, tweede volzin, van de richtlijn.

____________

1 - PB L 175, blz. 40.

2 - PB L 156, blz. 17.