Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal judiciaire d’Auch (Frankrijk) op 23 novembre 2022 – EP / Préfet du Gers, Institut national de la statistique et des études économiques (INSEE)

(Zaak C-716/22)

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Tribunal judiciaire d’Auch

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: EP

Verwerende partijen: Préfet du Gers, Institut national de la statistique et des études économiques (INSEE)

Andere partij: Commune de Thoux, vertegenwoordigd door de burgemeester van Thoux

Prejudiciële vragen

Is besluit (EU) 2020/1351 betreffende de sluiting van het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie gedeeltelijk ongeldig omdat dit akkoord de artikelen 1, 7, 11, 21, 39 en 41 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, artikel 6, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het evenredigheidsbeginsel van artikel 52 van datzelfde Handvest schendt, voor zover dit akkoord geen bepaling bevat om het kiesrecht voor de Europese verkiezingen te kunnen behouden voor de Britten die gebruik hebben gemaakt van hun recht van vrij verkeer en vrije vestiging in een andere lidstaat, ongeacht of deze lidstaat de dubbele nationaliteit toestaat, met name voor die Britten die, omdat zij al meer dan vijftien jaar op het grondgebied van een andere lidstaat verblijven, onderworpen zijn aan de wettelijke „15-jaarregel” (15 year rule) [van het Verenigd Koninkrijk], zodat hierdoor degenen die niet het recht hadden om zich – door te stemmen – te verzetten tegen het verlies van hun Unieburgerschap, en ook diegenen die aan de Britse kroon trouw hebben gezworen, nu elk kiesrecht is ontnomen?

Moeten besluit 2020/135, het [terugtrekkingsakkoord], artikel 1 van de akte betreffende de verkiezing van de leden van het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen, gehecht aan besluit 76/787/EGKS, EEG, Euratom van de Raad van 20 september 19761 , het arrest van het Hof van 12 september 2006, Spanje/Verenigd Koninkrijk (C-145/04), de artikelen 1, 7, 11, 21, 39 en 41 van het Handvest, artikel 6, lid 3, VEU, en het arrest van 9 juni 2022, Préfet du Gers (C-673/20) aldus worden uitgelegd dat op grond daarvan het actief en passief kiesrecht bij de Europese verkiezingen in een lidstaat is ontnomen aan voormalige Unieburgers die gebruik hebben gemaakt van hun recht van vrij verkeer en vrije vestiging op het grondgebied van de Europese Unie, en meer in het bijzonder voormalige Unieburgers die geen enkel kiesrecht meer hebben doordat hun privé-, familie- en gezinsleven zich al meer dan vijftien jaar op het grondgebied van de Unie afspeelt, en die zich niet hebben kunnen verzetten – door te stemmen – tegen de terugtrekking van hun lidstaat uit de Europese Unie, welke terugtrekking het verlies van hun Unieburgerschap heeft meegebracht?

____________

1 Besluit (EU) 2020/135 van de Raad van 30 januari 2020 betreffende de sluiting van het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB 2020, L 29, blz. 1).

1 PB 1976, L 278, blz. 1.