Arrest van het Gerecht (Tweede kamer) van 23 september 2015 –
Hüpeden/Raad en Commissie

(Zaak T‑206/14)

„Niet-contractuele aansprakelijkheid – Dumping – Invoer van bepaalde bereide of verduurzaamde citrusvruchten van oorsprong uit China – Verordening (EG) nr. 1355/2008, die door het Hof ongeldig is verklaard – Schade die verzoekster als gevolg van de vaststelling van de verordening zou hebben geleden – Beroep tot schadevergoeding – Uitputting van de interne rechtsmiddelen – Ontvankelijkheid – Voldoende gekwalificeerde schending van een rechtsregel die particulieren rechten toekent – Artikel 2, lid 7, onder a), van verordening (EG) nr. 384/96 [thans artikel 2, lid 7, onder a), van verordening (EG) nr. 1225/2009] – Zorgvuldigheidsplicht – Causaal verband”

1.                     Beroep tot schadevergoeding – Zelfstandig karakter – Uitputting van de interne rechtsmiddelen – Uitzondering – Onmogelijk of buitensporig moeilijk om voor de nationale rechter schadevergoeding te verkrijgen – Bewijslast – Omvang – Beperking tot het verstrekken van aanwijzingen die ernstige twijfel kunnen doen ontstaan omtrent de doeltreffendheid van de door de interne rechtsmiddelen geboden bescherming (Art. 268 VWEU en 340, tweede alinea, VWEU) (cf. punten 19, 22, 29)

2.                     Niet-contractuele aansprakelijkheid – Voorwaarden – Onrechtmatigheid – Schade – Causaal verband – Cumulatieve voorwaarden – Ontbreken van een van de voorwaarden – Volledige verwerping van het beroep tot schadevergoeding (Art. 340, tweede alinea, VWEU) (cf. punten 32, 58)

3.                     Niet-contractuele aansprakelijkheid – Voorwaarden – Onrechtmatigheid – Voldoende gekwalificeerde schending van het Unierecht – Vereiste van een kennelijke en ernstige schending door de instellingen van de grenzen van hun beoordelingsvrijheid – Verzuim om tijdens een antidumpingprocedure onderzoeken voort te zetten – Totale niet-nakoming van de uit de zorgvuldigheidsplicht voortvloeiende verplichtingen – Geen – Intreden van de aansprakelijkheid van de Unie [Art. 340, tweede alinea, VWEU; verordening nr. 384/96 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 1225/2009, art. 2, lid 7, a)] (cf. punten 37, 39, 42‑44, 46, 48, 50‑53, 55‑58)

4.                     Niet-contractuele aansprakelijkheid – Voorwaarden – Causaal verband – Begrip – Bewijslast (Art. 340, tweede alinea, VWEU) (cf. punt 60)

Voorwerp

Beroep tot vergoeding van de schade die zou zijn geleden ten gevolge van de vaststelling van verordening (EG) nr. 1355/2008 van de Raad van 18 december 2008 tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van het voorlopig recht op bepaalde bereide of verduurzaamde citrusvruchten (mandarijnen enz.) van oorsprong uit de Volksrepubliek China (PB L 350, blz. 35), die ongeldig is verklaard bij het arrest van 22 maart 2012, GLS (C‑338/10, Jurispr., EU:C:2012:158)

Dictum

1) Het beroep wordt verworpen.

2) Hüpeden & Co. (GmbH & Co.) KG wordt verwezen in de kosten.