Language of document :

Mededeling in het PB

 

Beroep, op 14 januari 2005 ingesteld door Carmela Lo Giudice tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

(Zaak T-27/05)

Procestaal: Frans

Bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen is op 14 januari 2005 beroep ingesteld tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen door Carmela Lo Giudice, wonende te Strombeek-Bever (België), vertegenwoordigd door Frédéric Frabetti en Gilles Bounéou, advocaten, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg.

Verzoekster concludeert dat het het Gerecht behage:

-    nietig te verklaren de beoordelingsronde 2003 (periode van 1 januari 2003 tot en met 31 december 2003);

-    subsidiair, nietig te verklaren het besluit van 4 mei 2004 om verzoeksters loopbaanontwikkelingsrapport over de periode van 1 januari 2003 tot en met 31 december 2003 af te sluiten;

-    te beslissen over de kosten, uitgaven en honoraria en de Commissie van de Europese Gemeenschappen te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoekster, ambtenaar van de Commissie, was van 1 december 2003 tot en met 10 mei 2004 met ziekteverlof. Tijdens die periode heeft de Commissie haar loopbaanontwikkelingsrapport vastgesteld zonder verzoekster hierbij te betrekken.

Tot staving van haar beroep stelt verzoekster om te beginnen dat de aanmaak, in het kader van het nieuwe systeem tot vaststelling van het loopbaanontwikkelingsrapport, van computerformulieren die rechtstreeks op het scherm worden ingevuld en in het computersysteem voor het personeelsbeheer worden opgeslagen, neerkomt op de aanleg van parallelle dossiers, in strijd met artikel 26 van het Statuut.

Verzoekster betoogt eveneens dat het feit dat zij bij de opstelling van het rapport helemaal niet is betrokken, inbreuk maakt op artikel 43 van het Statuut, de Algemene uitvoeringsbepalingen van dat artikel, de beginselen van behoorlijk bestuur, non-discriminatie en verbod van willekeur. In dezelfde context beroept verzoekster zich op misbruik van bevoegdheid, ontbreken van motivering, schending van het beginsel van het gewettigd vertrouwen, schending van de regel "Patere legem quam ipse fecisti", en schending van de zorgplicht.

____________