Language of document :

Beroep ingesteld op 25 februari 2009 - Poll / Commissie

(Zaak T-89/09)

Procestaal: Duits

Partijen

Verzoekende partij: Pollmeier Massivholz GmbH & Co. KG (Creuzburg, Duitsland) (vertegenwoordigers: J. Heithecker en F. von Alemann, advocaten)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

de beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 21 oktober 2008 in de zaak "Staatssteun N 512/2007 - Deutschland, Abalon Hardwood Hessen GmbH" nietig verklaren;

de beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 december 2008 in de zaak "CP 195/2007 - Abalon Hardwood Hessen GmbH" nietig verklaren;

verweerster verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoekster stelt beroep in tegen de beschikking van de Commissie van 21 oktober 2008 in de zaak "Staatssteun N 512/2007 - Duitsland, Abalon Hardwood Hessen GmbH", waarbij de Commissie heeft verklaard geen bezwaar te maken tegen verscheidene steunmaatregelen voor de bouw van een nieuwe houtzagerij ten gunste van Abalon Hardwood Hessen GmbH, een rechtstreekse concurrent van verzoekster, en de beschikking van de Commissie van 15 december 2008 waarbij de Commissie de bij haar tegen die steun ingestelde klachtenprocedure CP 195/2007 heeft afgesloten.

Verzoekster voert ter ondersteuning van haar beroep zeven middelen aan.

Ten eerste zijn de bestreden beschikkingen in strijd met artikel 88, leden 2 en 3, EG en met verordening (EG) nr. 659/19991, omdat verweerster haar beoordeling van de aangemelde steunmaatregelen ten onrechte heeft gebaseerd op de rechtssituatie ten tijde van de verlening van de steun en daardoor tot een conclusie is gekomen die onverenigbaar is met het objectieve recht.

Ten tweede stelt verzoekster subsidiair, ingeval het Gerecht het eerste middel afwijst, dat verweerster in strijd met artikel 88, lid 3, EG en verordening nr. 659/1999 heeft gehandeld door de procedure voor aangemelde steun van artikel 4 van verordening nr. 659/1999 toe te passen, ofschoon de betrokken steun reeds was toegekend.

Ten derde heeft verweerster artikel 88, leden 2 en 3, EG geschonden door, ondanks ernstige moeilijkheden bij de beoordeling, niet de formele onderzoeksprocedure in te leiden.

Ten vierde heeft verweerster haar verplichting tot een zorgvuldig en onbevooroordeeld onderzoek geschonden, omdat zij een aantal wezenlijke argumenten van verzoekster duidelijk niet grondig heeft onderzocht.

Ten vijfde geven de bestreden beschikkingen blijk van motiveringsgebreken.

Ten zesde heeft verweerster het recht van verzoekster om bij de administratieve procedure te worden betrokken, geschonden doordat zij verzoekster niet heeft ingelicht over de aard van de door verweerster gekozen procedure.

Ten zevende heeft verweerster artikel 87, lid 1 en artikel 88, lid 3, EG geschonden door de steunwaarde van de borgen onjuist te berekenen.

____________

1 - Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag.