Language of document :

Arrest van het Gerecht van eerste aanleg van 15 november 2007 - Hongarije / Commissie

(Zaak T-310/06)1

("Landbouw - Gemeenschappelijke ordening van markten in sector granen - Overneming van graan door interventiebureaus - Aanscherping van kwaliteitscriteria voor maïs - Invoering van nieuw criterium inzake soortelijk gewicht van maïs - Schending van gewettigd vertrouwen - Kennelijk onjuiste beoordeling")

Procestaal: Hongaars

Partijen

Verzoekende partij: Republiek Hongarije (vertegenwoordigers: J. Fazekas, R. Somssich en K. Szíjjártó, gemachtigden)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: F. Clotuche-Duvieusart en Z. Pataki, gemachtigden)

Voorwerp

Verzoek om nietigverklaring van een aantal bepalingen van verordening (EG) nr. 1572/2006 van de Commissie van 18 oktober 2006 houdende wijziging van verordening (EG) nr. 824/2000 tot vaststelling van de procedures voor de overneming van granen door de interventiebureaus en tot vaststelling van de analysemethoden voor de bepaling van de kwaliteit (PB L 290, blz. 29)

Dictum

De bepalingen van verordening (EG) nr. 1572/2006 van de Commissie van 18 oktober 2006 houdende wijziging van verordening (EG) nr. 824/2000 tot vaststelling van de procedures voor de overneming van granen door de interventiebureaus en tot vaststelling van de analysemethoden voor de bepaling van de kwaliteit, die het criterium inzake het soortelijk gewicht voor maïs betreffen, te weten:

-    in artikel 1, punt 1, de woorden "behalve in het geval van maïs, waarvoor dat de toegepaste traditionele methoden zijn";

-    in artikel 1, punt 3, sub b, de woorden "dan 73 kg/hl voor maïs";

-    in regel "E. Minimaal soortelijk gewicht (kg/hl)" van de tabel van punt 1 van de bijlage, de voor maïs geldende waarde "71";

-    in tabel III van punt 2 van de bijlage, de waarden voor de korting van de interventieprijs voor maïs,

worden nietig verklaard.

De Commissie zal haar eigen kosten en die van verzoekster dragen, daaronder begrepen die welke op het kort geding zijn gevallen.

____________

1 - PB C 326 van 30.12.2006.