Language of document :

Arrest van het Gerecht van eerste aanleg van 15 maart 2006 - Daiichi Pharmaceutical tegen Commissie

(Zaak T-26/02)1

("Mededinging - Mededingingsregelingen in sector vitamineproducten - Richtsnoeren voor berekening van geldboeten - Vaststelling van uitgangsbedrag van geldboete - Verzachtende omstandigheden - Mededeling inzake medewerking")

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekster: Daiichi Pharmaceutical Co. Ltd (Tokyo, Japan) (vertegenwoordigers: J. Buhart en P.-M. Louis, advocaten)

Verweerster: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: R. Wainwright en L. Pignataro-Nolin, gemachtigden)

Voorwerp van de zaak

Verzoek tot nietigverklaring of tot vermindering van de geldboete die aan verzoekster is opgelegd bij artikel 3, sub f, van beschikking 2003/2/EG van de Commissie van 21 november 2001 inzake een procedure op grond van artikel 81 van het EG-Verdrag en artikel 53 van de EER-overeenkomst (Zaak COMP/E-1/37.512 - Vitaminen) (PB 2003, L 6, blz. 1)

Dictum van het arrest

Het bedrag van de geldboete die aan verzoekster is opgelegd bij artikel 3, sub f, van beschikking 2003/2/EG van de Commissie van 21 november 2001 inzake een procedure op grond van artikel 81 van het EG-Verdrag en artikel 53 van de EER-overeenkomst (Zaak COMP/E-1/37.512 - Vitaminen), wordt verminderd tot 18 000 000 EUR.

Het beroep wordt verworpen voor het overige.

Verzoekster zal viervijfde van haar eigen kosten en viervijfde van de kosten van de Commissie dragen, en deze laatste zal eenvijfde van haar eigen kosten en eenvijfde van de kosten van verzoekster dragen.

____________

1 -

2 - PB C 97 van 20.4.2002.