Arrest van het Gerecht van 18 september 2015 – HTTS en Bateni/Raad
(Zaak T-45/14)1
(„Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid – Beperkende maatregelen tegen Iran – Bevriezing van tegoeden – Criterium betreffende het verlenen van essentiële diensten aan IRISL of aan entiteiten die haar eigendom zijn, onder haar zeggenschap staan of namens haar optreden – Recht op een effectieve rechterlijke bescherming – Motiveringsplicht – Kennelijk onjuiste beoordeling – Eigendomsrecht – Vrijheid van onderneming – Recht op eerbiediging van het gezinsleven – Evenredigheid”)
Procestaal: Duits
Partijen
Verzoekende partijen: HTTS Hanseatic Trade Trust & Shipping GmbH (Hamburg, Duitsland) en Naser Bateni (Hamburg) (vertegenwoordigers: aanvankelijk M. Schlingmann en F. Lautenschlager, vervolgens Schlingmann, advocaten)
Verwerende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: M. Bishop en J.-P. Hix, gemachtigden)
Voorwerp
Verzoek tot nietigverklaring van besluit 2013/661/GBVB van de Raad van 15 november 2013 houdende wijziging van besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran (PB L 306, blz. 18), en uitvoeringsverordening (EU) nr. 1154/2013 van de Raad van 15 november 2013 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (PB L 306, blz. 3), voor zover zij verzoekers betreffen
Dictum
Besluit 2013/661/GBVB van de Raad van 15 november 2013 houdende wijziging van besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran, wordt nietig verklaard, voor zover daarbij de naam van HTTS Hanseatic Trade Trust & Shipping GmbH en die van Naser Bateni zijn opgenomen op de lijst in bijlage II bij besluit 2010/413/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen Iran en tot intrekking van gemeenschappelijk standpunt 2007/140/GBVB.
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1154/2013 van de Raad van 15 november 2013 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran, wordt nietig verklaard, voor zover daarbij de naam van HTTS Hanseatic Trade Trust & Shipping en die van Bateni zijn opgenomen op de lijst in bijlage IX bij verordening (EU) nr. 267/2012 van de Raad van 23 maart 2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran en tot intrekking van verordening (EU) nr. 961/2010.
De Raad van de Europese Unie zal zijn eigen kosten dragen alsmede die van HTTS Hanseatic Trade Trust & Shipping en Bateni.
____________1 PB C 71 van 8.3.2014.