BESCHIKKING VAN DE PRESIDENT VAN DE VIERDE KAMER VAN HET HOF
18 mei 2022 (*)
„Doorhaling”
In zaak C‑579/20,
betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 267 VWEU, ingediend door de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Haarlem (Nederland), bij beslissing van 19 oktober 2020, binnengekomen bij het Hof op 2 november 2020, in de procedure
F e.a.
tegen
Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
geeft
DE PRESIDENT VAN DE VIERDE KAMER VAN HET HOF,
gezien de stukken,
gelet op de opmerkingen van:
– F e.a., vertegenwoordigd door R. P. van Empel-Bouman, advocaat,
– de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door E. de Jong,
– de Nederlandse regering, aanvankelijk vertegenwoordigd door M. K. Bulterman en M. Noort, vervolgens door M. K. Bulterman en J. M. Hoogveld als gemachtigden,
– de Franse regering, vertegenwoordigd door A.‑L. Desjonquères en D. Dubois als gemachtigden,
– de Finse regering, vertegenwoordigd door H. Leppo en A. Laine als gemachtigden,
– de Europese Commissie, vertegenwoordigd door A. Azéma en F. Wilman als gemachtigden,
de advocaat-generaal, P. Pikamäe, gehoord,
de navolgende
Beschikking
1 Bij beschikking van 7 april 2022, binnengekomen ter griffie van het Hof op 5 mei 2022, heeft de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Haarlem (Nederland), het Hof meegedeeld dat zij haar verzoek om een prejudiciële beslissing intrekt.
2 In deze omstandigheden moet krachtens artikel 100 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof de doorhaling van de onderhavige zaak in het register van het Hof worden gelast.
3 Ten aanzien van de partijen in het hoofdgeding is de procedure als een aldaar gerezen incident te beschouwen, zodat de verwijzende rechterlijke instantie over de kosten heeft te beslissen. De door anderen wegens indiening van hun opmerkingen bij het Hof gemaakte kosten komen niet voor vergoeding in aanmerking.
De president van de Vierde kamer van het Hof beschikt:
Zaak C‑579/20 wordt doorgehaald in het register van het Hof.
Luxemburg, 18 mei 2022.
De griffier | | De president van de Vierde kamer |
A. Calot Escobar | | C. Lycourgos |