Arrest van het Gerecht van 16 juni 2021 – Fidia farmaceutici/EUIPO – Ioulia and Irene Tseti Pharmaceutical Laboratories (HYAL)

(Zaak T-215/20)1

[„Uniemerk – Nietigheidsprocedure – Uniewoordmerk HYAL – Artikel 51, lid 1, onder a), van verordening (EG) nr. 40/94 [thans artikel 59, lid 1, onder a), van verordening (EU) 2017/1001] – Absolute weigeringsgrond – Artikel 7, lid 1, onder c), van verordening nr. 40/94 [thans artikel 7, lid 1, onder c), van verordening 2017/1001] – Recht om te worden gehoord – Beginsel van hoor en wederhoor – Motiveringsplicht – Behoorlijk bestuur en gelijke behandeling – Artikel 165, lid 1, van verordening 2017/1001”]

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Fidia farmaceutici SpA (Abano Terme, Italië) (vertegenwoordigers: R. Kunz-Hallstein en H. P. Kunz-Hallstein, advocaten)

Verwerende partij: Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (vertegenwoordigers: E. Sliwinska, V. Ruzek en H. O’Neill, gemachtigden)

Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep van het EUIPO, interveniënte voor het Gerecht: Ioulia and Irene Tseti Pharmaceutical Laboratories SA (Athene, Griekenland) (vertegenwoordigers: C. Chrysanthis, P.-V. Chardalia en A. Vasilogamvrou, advocaten)

Voorwerp

Beroep tegen de beslissing van de vijfde kamer van beroep van het EUIPO van 24 januari 2020 (zaak R 613/2019-5) inzake een nietigheidsprocedure tussen Ioulia and Irene Tseti Pharmaceutical Laboratories en Fidia farmaceutici

Dictum

Het beroep wordt verworpen.

Fidia farmaceutici SpA wordt verwezen in de kosten.

____________

1     PB C 201 van 15.6.2020.