Arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken (Eerste kamer) van 6 oktober 2015 – FE / Commissie

(Zaak F-119/14)1

(Openbare dienst – Aanwerving – Algemeen vergelijkend onderzoek – Opneming op de reservelijst – Besluit van het TABG om een geslaagde kandidaat niet aan te werven – Respectieve bevoegdheden van de jury en van het TABG – Voorwaarden voor toelating tot het vergelijkend onderzoek – Minimumduur van de beroepservaring – Berekeningswijzen – Kennelijke beoordelingsfout van de jury – Geen kennelijke beoordelingsfout – Verlies van een kans op aanwerving – Schadevergoeding)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: FE (vertegenwoordigers: L. Levi en A. Blot, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: J. Currall en G. Gattinara, gemachtigden)

Voorwerp

Verzoek om nietigverklaring van het besluit van de Commissie tot beëindiging van de procedure om verzoekster, die op een reservelijst van een vergelijkend onderzoek is geplaatst, aan te stellen als ambtenaar, na haar te hebben meegedeeld dat het betrokken DG zijn goedkeuring voor haar aanstelling had gegeven en na uiteindelijk te hebben geoordeeld dat haar beroepservaring ontoereikend was

Dictum

Het besluit van 17 december 2013 waarbij de Europese Commissie heeft geweigerd om FE aan te werven wordt nietig verklaard.

De Europese Commissie wordt veroordeeld tot betaling van het bedrag van 10 000 EUR aan FE.

Het beroep wordt verworpen voor het overige.

De Europese Commissie draagt haar eigen kosten en wordt verwezen in de kosten van FE.

____________

1     PB C 7 van 12.1.2015, blz. 56.