Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 15 april 2021
AV
Verzoek van de Sąd Okręgowy w Gdańsku om een prejudiciële beslissing
Prejudiciële verwijzing – Justitiële samenwerking in strafzaken – Kaderbesluit 2008/909/JBZ – Artikel 8, leden 2 tot en met 4 – Artikel 17, leden 1 en 2 – Artikel 19 – Wijze waarop bij een verzamelvonnis rekening wordt gehouden met een in een andere lidstaat uitgesproken veroordeling die ten uitvoer moet worden gelegd in de lidstaat waar dat vonnis wordt gewezen – Voorwaarden – Kaderbesluit 2008/675/JBZ – Artikel 3, lid 3 – Begrip ‚doorkruisen van een vonnis of de tenuitvoerlegging daarvan’ waarmee rekening moet worden gehouden in een nieuwe strafrechtelijke procedure in een andere lidstaat dan die waar dat vonnis is gewezen
Zaak C-221/19
Jurisprudentie
gepubliceerd in de digitale Jurisprudentie (Algemene Jurisprudentie)
Links naar de teksten
|
Curia |
EUR-Lex |
Autres Liens |
Conclusie
ECLI:EU:C:2020:815 |
|
|
|
Arrest
ECLI:EU:C:2021:278 |
|
|
|