Mijnheer de Voorzitter, Mijne Dames en Heren leden van de Commissie,
Excellenties, Dames en Heren,
Wij zijn vandaag hier bijeen om de plechtige verbintenis van de nieuwe leden van de Europese Commissie in ontvangst te nemen.
Ingevolge het Verdrag gaan de leden van de Commissie bij hun ambtsaanvaarding de plechtige verbintenis aan, de uit hun taak voortvloeiende verplichtingen na te komen. Dat dit, volgens vaste praktijk, ten overstaan van het Hof van Justitie plaatsvindt, is een symbool voor de gehechtheid aan de eerbiediging van het recht, die de grondslag van de Europese Gemeenschap vormt.
In het kader van deze plechtige zitting zou ik in het bijzonder willen herinneren aan de nauwe betrekkingen die de Commissie in de uitoefening van haar taken met het Hof dient te onderhouden.
Als alle gemeenschapsinstellingen is de Commissie gehouden het recht te eerbiedigen, en is zij onderworpen aan het rechterlijk toezicht van het Hof en het Gerecht. Als "hoedster der Verdragen" dient zij voorts toe te zien op de toepassing van de oprichtingsverdragen en de rechtsregels die de instellingen krachtens die Verdragen hebben vastgesteld. Tevens kan zij het Hof verzoeken vast te stellen dat een lidstaat zijn verplichtingen niet is nagekomen, of zelfs, volgens een recente regeling, die lidstaat tot betaling van een bepaald bedrag of van een dwangsom te veroordelen. In al die situaties verschijnt de Commissie voor het Hof als partij in een geding en verdedigt zij er haar standpunt, zij het als verdediger van het algemeen belang.
Daarentegen vertoont de rol van de Commissie in prejudiciële procedures, waarin zij optreedt als amicus curiae, heel bijzondere kenmerken. Daar verlicht zij immers de taak van het Hof door middel van een objectieve beschrijving van de omstandigheden van de zaak en van dat wat erin op het spel staat, zonder daarbij met enig bijzonder belang rekening te houden. Het uitmuntende belang van de interventie van de Commissie in die zaken kan ik niet genoeg benadrukken, vooral omdat de Commissie vaak de enige is die een goed overzicht heeft over de problematiek die voor het Hof aan de orde is. Ook al is het uiteindelijk het Hof, dat over de uitlegging en geldigheid van het gemeenschapsrecht moet beslissen, onze beide instellingen vullen elkaar daar in velerlei opzicht aan. Wanneer u, als politiek verantwoordelijken, in alle onafhankelijkheid het algemeen belang van de Gemeenschap nastreeft, en wij, als rechters, in alle onafhankelijkheid, objectiviteit en gerechtigheid nastreven, werken wij samen aan de verwezenlijking van de doelstellingen van het communautaire bouwwerk.
Mijnheer de Voorzitter, Dames en Heren leden van de Commissie,
Het is een extra zware verantwoordelijkheid die op de schouders van het nieuwe college rust. Het zou niet juist zijn hier het stilzwijgen te bewaren over de ernstige crisis die aan uw benoeming vooraf is gegaan en waardoor de Unie ernstig is geschokt. Uw welslagen is beslissend voor de versterking van de positie van de gemeenschapsinstellingen, en in het bijzonder van de Commissie zelf, op het Europese politieke toneel.
Uw verantwoordelijkheid laat zich eveneens afmeten aan de omvang van de problemen die op een oplossing wachten. Ik denk hier niet slechts aan het vooruitzicht van een nieuwe uitbreiding van de Europese Unie, maar ook aan de gewichtige institutionele keuzes die in het middelpunt van de komende intergouvernementele conferentie zullen staan. Ook al is het niet rechtstreeks de Commissie die die keuzes heeft te maken, zij zal wel een wezenlijke rol moeten spelen bij de voorbereiding van de toekomstige institutionele structuur.
Uw persoonlijkheid, mijnheer de Voorzitter, de persoonlijkheid van elk van de leden van het college, alsook de in uw eerdere functies opgedane ervaring en de verantwoordelijkheden die u in die functies gedragen hebt, geven ons het vertrouwen dat de nieuwe Commissie tegen die enorme uitdaging opgewassen is.
U uit naam van het Hof en al zijn leden alle succes toewensend bij de vervulling van uw opdracht, nodig ik u, mijnheer de Voorzitter en nieuwe leden van de Commissie, thans uit, u in het openbaar plechtig te verbinden tot nakoming van de uit uw taak voortvloeiende verplichtingen.