A | Inleiding van de griffier
In 2023 is het Hof van Justitie van de Europese Unie resoluut de weg ingeslagen van de transformatie, niet alleen om zich voor te bereiden op toekomstige uitdagingen, maar ook om alle kansen te grijpen die in het verschiet liggen.
Alfredo Calot Escobar
Griffier van het Hof van Justitie
De griffier van het Hof van Justitie, de secretaris-generaal van de instelling, stuurt de administratieve diensten aan onder het gezag van de president.
In 2023 is het Hof van Justitie van de Europese Unie resoluut de weg ingeslagen van de transformatie, niet alleen om zich voor te bereiden op toekomstige uitdagingen, maar ook om alle kansen te grijpen die in het verschiet liggen.
Op gerechtelijk gebied is de wetgevingsprocedure met betrekking tot de gedeeltelijke overdracht van prejudiciële zaken aan het Gerecht het hele jaar door voortgezet. In december is hierover een politiek akkoord bereikt. Tegelijkertijd heeft het Hof hard gewerkt om te zorgen voor een soepele en naadloze uitvoering van de hervorming als het zover is. Dit zal een beslissend moment zijn in de ontwikkeling van de dialoog tussen het Hof en de nationale rechters en een belangrijke stap in de inspanningen van het Hof om zijn gerechtelijke werkzaamheden nog efficiënter te laten verlopen.
Parallel aan de voorbereidingen voor deze overdracht heeft het Hof zijn inspanningen gericht op de doeltreffende en ordelijke integratie van nieuwe technologieën. In het kader van dit proces heeft het als eerste instelling van de Unie een strategie voor de integratie van artificiële intelligentie ontwikkeld. Zo is onder meer een comité met de naam AI Management Board opgericht, dat toezicht houdt op de ethische aspecten van het gebruik van artificiële intelligentie binnen de instelling en dat duidelijke grenzen stelt aan de toepassing ervan. Dit comité, dat is samengesteld uit leden van het Hof van Justitie en het Gerecht, moet erover waken dat de technologische keuzen van de instelling bij de integratie van AI-tools ethisch verantwoord zijn en in overeenstemming zijn met de door het Hof ontwikkelde beginselen. Om een cultuur van verantwoord en veilig gebruik van AI-tools te bevorderen, heeft het comité een aantal maatregelen genomen. Een van de eerste stappen bestond erin richtsnoeren voor het gebruik van AI vast te stellen voor het personeel.
Bovendien kunnen AI-tools te allen tijde in het toekomstige zakenbeheersysteem van het Hof worden ingebouwd. Dit zal niet alleen de instelling in staat stellen om optimaal gebruik te maken van baanbrekende technologieën, maar ook de weg vrijmaken voor een horizontaal en volledig geïntegreerd systeem dat is ontworpen om de werkprocessen te stroomlijnen en tal van repetitieve handelingen te automatiseren. Dankzij die holistische benadering zal de buitengewoon veelzijdige expertise van onze medewerkers verder worden ondersteund en ontwikkeld en optimaal worden benut, waardoor meer tijd kan worden besteed aan intellectueel stimulerende taken met toegevoegde waarde.
Het afgelopen jaar is echter niet alleen de basis gelegd voor de toekomst. Het Hof heeft ook getoond dat het vastberaden is om de waarden waarop het is gegrondvest, hoog te houden. Een van die waarden, die vanaf het begin in onze instelling is verankerd, is die van diversiteit: verscheidenheid aan culturen, talen en rechtstradities.
De Tuin der Meertaligheid, die is ontworpen als een ode aan het levendige taalmozaïek van de instelling, staat thans symbool voor het streven van het Hof naar diversiteit en gelijkheid. Die diversiteit kan evenwel enkel worden bereikt wanneer de instelling erin slaagt uit alle lidstaten talent aan te trekken.
Het Hof is dan ook in 2023 met grote vastberadenheid voortgegaan met de interinstitutionele besprekingen die erop gericht zijn de aantrekkelijkheid van Luxemburg als werkplek te vergroten. In deze context heeft het college van secretarissen-generaal en hoofden van de administratie van de in Luxemburg gevestigde instellingen en organen van de Unie een reeks pragmatische maatregelen genomen om Luxemburg als werkplek te promoten, de integratie van nieuwkomers en stagiairs te vergemakkelijken en obstakels weg te nemen die burgers van de lidstaten zouden kunnen ontmoedigen om te gaan werken bij instellingen van de Unie die in het Groothertogdom zijn gevestigd.
In zijn voortdurend streven naar een eerlijke geografische vertegenwoordiging is het Hof proefprojecten gestart om het belang van geografisch evenwicht meer onder de aandacht te brengen en loopbanen rechtstreeks in de lidstaten te promoten. Een uitstekend voorbeeld hiervan was een bezoek aan Letland, waar een delegatie van leden en leidinggevenden productieve gesprekken heeft gevoerd met vertegenwoordigers van onder meer het gerechtelijke apparaat, de regering, de academische wereld en de media. Het doel van dit bezoek was om de missie van het Hof uiteen te zetten, carrièremogelijkheden te promoten en juridische en taalkundige opleidingen te ondersteunen die relevant zijn voor de werkzaamheden van de instelling.
Tekenend voor het jaar 2023 is dus het sterke en voortdurende engagement van het Hof voor de openbare dienstverlening, terwijl het tegelijkertijd een nieuwe kijk tracht te ontwikkelen op het potentieel dat in zijn rangen aanwezig is. Het Hof is begonnen aan een project om niet alleen zijn manier van werken, maar ook zijn visie op de toekomst te herzien, een toekomst waarin de instelling zich niet alleen aanpast aan veranderingen, maar deze ook in gang zet, in een geest van uitmuntendheid, diversiteit, vooruitgang en toewijding die steeds zijn handelsmerk is geweest.
B | Belangrijkste gebeurtenissen van het jaar
Meertaligheid in de schijnwerpers bij het Hof van Justitie van de Europese Unie
Meertaligheid is verankerd in de Verdragen en vormt een van de hoekstenen van het Europese project. Meertaligheid is immers een essentiële voorwaarde om het optreden van de instellingen van de Unie transparant te maken en het Europese recht te kunnen toepassen, en tevens een teken van diep respect voor de nationale identiteiten en culturen.
Als integraal onderdeel van de procedures bij het Hof van Justitie van de Europese Unie is meertaligheid een democratische waarde, doordat zij een gelijke toegang tot de Unierechter waarborgt en de rechtspraak toegankelijk maakt voor alle Europese burgers. De taalkundige dienst van de instelling vertaalt documenten en tolkt tijdens terechtzittingen, waardoor het Hof kan werken in de 24 officiële talen van de Unie en dagelijks tot 552 talencombinaties kan behandelen. Een dergelijke volledige meertaligheid bestaat in geen enkele andere rechterlijke instantie ter wereld. De toepassing van de taalregeling vormt een voortdurende operationele uitdaging, die vraagt om een strikt en doeltreffend beheer van de benodigde personele en technische middelen.
Enkele jaren terug heeft het Hof een brede reflectie op gang gebracht met als doel om de meertaligheid zoals deze binnen de instelling in de praktijk wordt gebracht, toe te lichten en te bevorderen. Dit heeft geleid tot verschillende initiatieven om met name mensen uit de juridische en academische wereld bewust te maken van het belang van de meertalige praktijk van het Hof.
Op 9 mei 2023, de dag van Europa, werd de Tuin der Meertaligheid ingewijd, die naast het gebouwencomplex van het Hof is aangelegd op een stuk grond dat is vrijgekomen doordat enkele oude gebouwen van de Europese Commissie moesten worden afgebroken. Deze nieuwe groene ruimte, die is gecreëerd in samenwerking met de Luxemburgse autoriteiten, is gewijd aan de meertaligheid. De tuin, die open is voor het publiek en ruimte biedt voor culturele evenementen, draagt ook bij aan het behoud van de biodiversiteit in stedelijk gebied, doordat de diversiteit aan plantensoorten het ontstaan van biotopen bevordert. Hij is gelegen op het Kirchberg-plateau, waar tal van Europese instellingen zijn gevestigd, en vormt een eerbetoon aan de taalkundige diversiteit van de Unie en aan het gastland Luxemburg, dat al eeuwenlang meertalig is.
Het afgelopen jaar is ook een driedelig boekwerk gepubliceerd dat is gewijd aan de meertaligheid bij het Hof en in de hele Unie. In dit werk, dat is vertaald in alle officiële talen van de Unie, wordt ingegaan op de verschillende aspecten van de taalregeling van de instelling en op de wijze waarop de meertaligheid in praktijk wordt gebracht met behulp van de tolkendienst en de juridische vertaaldienst. Het tweede deel van het werk, met de titel „Meertalige reisverhalen”, bevat bijdragen van vooraanstaande personen – magistraten, filosofen, filologen en politici – uit de 27 lidstaten die binnen hun vakgebied hun sporen hebben verdiend. Deze verhalen, geschreven in alle talen van de Unie, nodigen de lezer uit voor een tocht door Europa om de diverse denkbeelden over meertaligheid en de uitdagingen die hiermee gepaard gaan te ontdekken. De publicatie, die in 2024 beschikbaar komt voor het grote publiek, is bedoeld als basis voor reflectie en als inspiratiebron voor iedereen die geïnteresseerd is in talen en in de meertalige werking van de Europese Unie. Tot slot is er een colloquium georganiseerd. Daarop hebben degenen die een bijdrage aan dit werk hebben geleverd, samen met leidinggevend personeel van het Hof van gedachten gewisseld over het thema „Kwalitatief hoogstaande meertaligheid in een context van steeds snellere technologische vooruitgang”.
Toegankelijkheid en inclusie: een zaak van iedereen
De rechten van personen met een handicap en het verbod op alle vormen van discriminatie zijn vastgelegd in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, de Verdragen, de Europese pijler van sociale rechten en het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap, dat integraal deel uitmaakt van het Unierecht nadat de Europese Unie in 2010 daartoe is toegetreden.
Hoewel eerbiediging van het beginsel van gelijke behandeling en non-discriminatie van oudsher een van de waarden is van het Hof als instelling, moesten er nog enkele maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat toegankelijkheid voor en inclusie van personen met een handicap echt „een zaak van iedereen” zouden worden. Het Hof heeft daarom een ambitieus project gelanceerd dat over de afdelingen heen zal worden uitgevoerd en ertoe moet leiden dat iedereen zich meer gaat inspannen om een inclusieve omgeving te creëren.
De ondernomen en nog te ondernemen acties bestrijken allerlei terreinen: aanwerving en ondersteuning van gehandicapte collega’s en hun verzorgers, toegankelijkheid van de gebouwen, digitale toegankelijkheid en toegankelijkheid van informatie, alsook communicatie, bewustmaking en scholing.
Eerst en vooral is er bij het Hof een duidelijk kader gecreëerd dat het mogelijk maakt om voor personeelsleden van het Hof en sollicitanten met een handicap aanpassingen door te voeren die hun werk en hun toegang tot het werk binnen de instelling vergemakkelijken. Het kan daarmee onder meer gaan om technische oplossingen, aanpassing van de werkomgeving, ondersteunende maatregelen of aangepaste taken en werktijden.
Verder zijn er diverse maatregelen genomen om de fysieke toegang tot de gebouwen van het Hof te optimaliseren, zowel ten behoeve van het personeel van de instelling als voor advocaten, gemachtigden, freelancetolken en bezoekers in het algemeen. De ingangen van de gebouwen zijn heringericht en de evacuatieprocedure is verbeterd. De specifieke inrichting van de zittingszalen wordt opnieuw geëvalueerd. Een actieplan voor de langere termijn moet ervoor zorgen dat de gebouwen voldoen aan de nieuwste toegankelijkheidsnormen.
Digitale toegankelijkheid en toegankelijkheid van informatie moeten zowel worden gewaarborgd voor het eigen personeel als voor externe gebruikers. De CVRIA-website wordt momenteel verbeterd, zowel qua structuur en functionaliteit als qua inhoud, en de toegankelijkheid voor personen met een handicap is „by design” (vanaf de ontwerpfase) geïntegreerd in de toekomstige digitale werkomgeving van het Hof. Tot slot voldoet de Jurisprudentie al sinds 2021 aan de aanbevelingen op het gebied van toegankelijkheid en kan zij worden gelezen met behulp van ondersteunende technologieën.
Ten slotte vinden er regelmatig bewustmakings-, voorlichtings- en scholingsacties plaats om niet alleen inclusie, wederzijds respect en samenwerking, maar ook steun aan personen met een handicap en hun verzorgers te bevorderen.
Katia Vermeire
Assistent bij de directie Onderzoek en Documentatie
„Zodra het project van het Hof inzake toegankelijkheid voor en inclusie van personen met een handicap werd gelanceerd, heb ik mij aangemeld om eraan bij te dragen, omdat in onze gestandaardiseerde maatschappij nog onvoldoende rekening wordt gehouden met handicaps. Dit project ligt mij zeer nauw aan het hart. Als persoon met een handicap wil ik graag mijn eigen ervaringen ten dienste stellen van personen in een vergelijkbare situatie.
Het is van belang om onze medeburgers en onze collega’s te sensibiliseren. Voordat ik zelf een persoon met beperkte mobiliteit werd, had ik geen idee van de obstakels waarmee gehandicapte personen en hun verzorgers steeds weer te maken krijgen.
Laat ons solidair zijn. Door allemaal ons steentje bij te dragen, kunnen wij een werkomgeving creëren die niet alleen toegankelijk, maar ook rechtvaardig is.”
Artificiële intelligentie: strategie voor het gebruik ervan bij het Hof
Het Hof volgt al jaren de ontwikkelingen op het gebied van artificiële intelligentie en opkomende technologieën om te bepalen welke technologieën het kan gebruiken om zijn activiteiten efficiënter te organiseren.
Sinds 2019 biedt het Innovation Lab binnen de directie Informatietechnologie het Hof ondersteuning bij zijn digitale transformatie. Samen met de betrokken diensten identificeert, analyseert en test het Innovation Lab de functionaliteiten en kenmerken van de verschillende hulpmiddelen. Bij het toekomstige gebruik van deze hulpmiddelen zullen de vertrouwelijkheid, de veiligheid en de bescherming van persoonsgegevens worden gewaarborgd. Sinds de oprichting van het Innovation Lab zijn er ongeveer dertig ideeën naar voren gebracht, waarvan er een twintigtal zijn getest en enkele al worden geïmplementeerd of in ontwikkeling zijn.
Om de veelbelovende functionaliteiten van de opkomende technologieën ten volle te kunnen benutten en zich voor te bereiden op de integratie ervan, heeft het Hof in juni 2023 zijn „Strategie voor de integratie van AI-tools in de werking van het Hof van Justitie van de Europese Unie” vastgesteld. Bij het gebruik van die hulpmiddelen moet niet alleen de controle over de gegevens zijn gewaarborgd, maar ook de eerbiediging van grondrechten en ethische normen.
Het Hof, dat als eerste van de Europese instellingen een dergelijke strategie heeft vastgesteld, ruim vóór de vaststelling van de Europese wetgeving op het gebied van artificiële intelligentie (AI Act), heeft drie hoofddoelstellingen geformuleerd:
- verbetering van de efficiëntie en de effectiviteit van de administratieve en de gerechtelijke processen,
- verbetering van de kwaliteit en de consistentie van de rechterlijke beslissingen, en
- verbetering van de toegang tot de rechter en de transparantie voor de Europese burger.
Er is een ethisch comité met de naam „AI Management Board (AIMB)” ingesteld, dat als belangrijkste taak heeft om richtsnoeren op te stellen voor en grenzen te stellen aan het gebruik van op artificiële intelligentie gebaseerde hulpmiddelen. Dit comité ziet erop toe dat bij de aanschaf, de ontwikkeling en het gebruik van die hulpmiddelen de in de strategie geformuleerde beginselen worden geëerbiedigd, zoals eerlijkheid, onpartijdigheid en non-discriminatie, transparantie, traceerbaarheid, vertrouwelijkheid van informatie, eerbiediging van de privacy en van het recht op bescherming van persoonsgegevens, menselijk toezicht en voortdurende verbetering.
In deze context heeft het Hof in 2023 richtsnoeren voor het gebruik van AI-tools vastgesteld.
Versterking van de Europese justitiële samenwerking: partnerschap met het Europees netwerk voor justitiële opleiding
Het behoort tot de kerntaken van het Hof om in dialoog te treden en samen te werken met de nationale rechterlijke instanties. Een concreet voorbeeld van deze samenwerking is de relatie die al meer dan 15 jaar bestaat tussen het Hof en het Europees netwerk voor justitiële opleiding (ENJO). Dit netwerk, dat in 2000 in het leven is geroepen ter ondersteuning van de totstandbrenging van de door de Europese Raad van Tampere (Finland) aangekondigde Europese justitiële ruimte, heeft zich ontwikkeld tot een onmisbare speler op het gebied van de opleiding van gerechtelijke professionals en met name van nationale rechters en aanklagers. Alle Europese aanbieders van justitiële opleidingen zijn dan ook bij het ENJO aangesloten. Om de waarde die het hecht aan zijn partnerschap met het ENJO te benadrukken, heeft het Hof in 2023 een verklaring aangenomen met als titel „Ondersteuning van het Europees netwerk voor justitiële opleiding teneinde een duurzame Europese justitiële cultuur vorm te geven”.
Ondersteuning van het Europees netwerk voor justitiële opleiding met het oog op de totstandbrenging van een duurzame Europese gerechtelijke cultuur
Al 70 jaar hecht het Hof van Justitie van de Europese Unie veel waarde aan de dialoog met de nationale rechters.
Om uiting te geven aan deze betrokkenheid, heeft het Hof een sterk partnerschap opgezet met het ENJO, dat binnen het Europese justitiële apparaat het belangrijkste platform vormt voor kennisuitwisseling op een groot aantal gebieden, waaronder met name het Unierecht. Het organiseert al meer dan twintig jaar grensoverschrijdende opleidingsactiviteiten voor nationale rechtsbeoefenaars en helpt zo de kennis van het Unierecht te verbeteren.
In het kader van de goed uitgebouwde samenwerking tussen het ENJO en het Hof worden jaarlijkse seminars alsook studiebezoeken en fora georganiseerd. Voorts wordt opleidingsmateriaal uitgewisseld. Sinds 2007 organiseren het ENJO en het Hof ook langlopende opleidingen voor nationale rechters en openbare aanklagers, die worden uitgenodigd om gedurende zes of twaalf maanden deel te nemen aan de gerechtelijke werkzaamheden van de kabinetten van de rechters en advocaten-generaal. Dat biedt hun een uniek inzicht in de werkmethoden van het Hof en helpt hen om hun kennis van het Unierecht en de EU-procedures aanzienlijk te vergroten.
Dit langdurige en vruchtbare partnerschap biedt voordelen op ten minste drie verschillende niveaus. Op nationaal niveau zorgt het ervoor dat rechtsbeoefenaars een veel beter begrip hebben van hun rol bij de toepassing van het Unierecht wanneer zij na de terugkeer naar hun land van herkomst hun nationale taken uitvoeren. Binnen het Hof verrijkt de aanwezigheid van nationale rechters en openbare aanklagers de verscheidenheid aan rechtsculturen, die voor de instelling steeds van het grootste belang is geweest. In een ruimere context helpt dit soort samenwerking de dialoog tussen Europese en nationale rechters te bevorderen, waardoor de uniforme toepassing van het Unierecht in heel Europa wordt gewaarborgd.
Om deze samenwerking verder te versterken, zal het Hof blijven rekenen op de krachtige steun van het Europees Parlement en de Raad in het kader van verordening (EU) 2021/693 tot vaststelling van het programma „Justitie”. Het kan ook rekenen op de steun van de Europese Commissie, die het programma „Justitie” via haar werkprogramma dient uit te voeren en die in haar strategie voor de Europese justitiële opleiding 20212024 de „unieke rol” van het ENJO bij de justitiële opleiding in de Unie heeft erkend [mededeling COM(2020) 713].
Voorts hecht het Hof veel belang aan geografisch evenwicht bij de organisatie van langlopende opleidingen voor nationale rechters en openbare aanklagers en aan de vertegenwoordiging van alle nationale rechtsculturen in dat verband. Het spant zich dan ook in om sensibiliseringsacties in alle lidstaten te ondersteunen en intenser te communiceren over langlopende opleidingen bij het Hof. Die inspanningen, in combinatie met die van de lidstaten en het ENJO, moeten helpen de samenwerking tussen de Europese en nationale rechterlijke instanties te bevorderen door de voordelen voor beide groepen te benadrukken.
Typerend voor het Hof is dat het sinds zijn oprichting nauwe betrekkingen met de nationale rechters heeft onderhouden, en zijn samenwerking met het ENJO draagt aanzienlijk bij aan deze belangrijke missie. Het is onontbeerlijk om dit partnerschap te versterken omdat het effect ervan veel verder reikt dan een beter begrip van het Unierecht; het draagt zowel op het niveau van de Unie als op nationaal niveau bij aan de ontwikkeling van een heuse Europese gerechtelijke cultuur en aan de vorming van een gezonde korpsgeest onder Europese rechters.
Het Hof en het ENJO hebben dan ook besloten om nieuwe initiatieven te ontplooien teneinde hun samenwerking te versterken, met name door het aantal nationale magistraten te verhogen dat in de gelegenheid wordt gesteld om gedurende een langere periode stage te lopen bij het Hof. Daartoe zullen twee reeksen maatregelen worden genomen. De eerste reeks maatregelen is bedoeld om meer kandidaten aan te trekken door nationale magistraten bewust te maken van de mogelijkheid om gedurende een langere periode stage te lopen bij het Hof. De tweede reeks maatregelen is erop gericht om alle taalkundige belemmeringen voor die stages uit de weg te ruimen door de expertise van het Hof op het gebied van taalonderricht alsook het lesmateriaal dat het Hof op dat gebied heeft ontwikkeld, aan het ENJO ter beschikking te stellen.
Ingrid Derveaux
Secretaris-generaal van het ENJO
„Het ENJO is vastbesloten om de onontbeerlijke dialoog te bevorderen tussen het Hof en de nationale rechterlijke instanties, die tevens de ‚gewone rechterlijke instanties van de Unie’ zijn. Wij zijn verheugd dat het Hof deze inspanning steunt door verschillende acties op te zetten die erop gericht zijn om de deelname van nationale magistraten aan zijn stageprogramma te stimuleren. Wij hopen dat 2024 weer een jaar wordt waarin de onmisbare en vruchtbare samenwerking met het Hof wordt versterkt!”
Diana-Daniela Popel
Magistraat-stagiair bij het kabinet van rechter Ineta Ziemele
„De stage bij het Hof was voor mij een geweldige kans om vertrouwd te raken met de werking van de instelling, om mijn kennis van het Unierecht te verdiepen door deel te nemen aan de dagelijkse werkzaamheden van het Hof, en ook om buitengewone juridische professionals te leren kennen. Met name gelet op de bijzondere rol die de nationale rechter speelt bij de toepassing van het Unierecht, kan ik deze stage alleen maar ten zeerste aanbevelen aan iedere rechter die werkzaam is bij een nationale rechterlijke instantie en die – zowel op professioneel als op persoonlijk vlak – een buitengewoon verrijkende ervaring wil opdoen. Ik wil alle leden van het kabinet hartelijk bedanken voor de warme ontvangst en voor hun beschikbaarheid, en mijn dank gaat natuurlijk ook uit naar het ENJO-team!”
C | Relatie met het publiek
Bezoek op afstand – pedagogisch project
Dit pedagogische programma beoogt middelbare scholieren tussen 15 en 18 jaar inzicht te verschaffen in de taak van de gerechtelijke instelling van de Unie en hun uit te leggen welke impact de rechtspraak van het Hof heeft op het dagelijkse leven van de Europese burgers. Het project heeft tot doel middelbare scholieren en hun leerkrachten bewust te maken van de democratische waarden en hun een inkijk te bieden in actuele juridische kwesties. In 2023 zijn ongeveer 900 middelbare scholieren in de gelegenheid geweest om het Hof in het kader van dit programma te bezoeken.
De persvoorlichters van de directie Communicatie, die een juridische opleiding hebben genoten, hebben tot taak om journalisten uit alle lidstaten en hun diverse correspondenten voor te lichten over arresten, beschikkingen en conclusies alsook over lopende zaken. Zij stellen perscommuniqués op om journalisten en professionals in real time te informeren over de beslissingen van het Hof van Justitie en het Gerecht. Zij versturen regelmatig nieuwsbrieven – waarin belangrijke procedurele en institutionele gebeurtenissen worden aangekondigd – en „Quick facts” – over zaken waarover geen perscommuniqué is uitgebracht – naar personen die daar bij de persdienst van het Hof om hebben verzocht. Daarnaast behandelen zij e-mails en telefonische oproepen van burgers.
Het Hof is actief aanwezig op de sociale netwerken via twee X-accounts (één in het Frans en één in het Engels), een LinkedIn- en een Mastodon-account. Het aantal volgers blijft groeien, waaruit blijkt dat het publiek belangstelling heeft voor het werk van het Hof en zich hierbij betrokken voelt. Het Hof heeft ook een YouTube-kanaal dat in de 24 officiële talen toegang biedt tot een breed scala aan audiovisuele content, waaronder animaties die gericht zijn op het grote publiek en waarin wordt uitgelegd hoe de rechtspraak van het Hof het dagelijkse leven van de burgers beïnvloedt.