Marc van der Woude, geboren in 1960 te Gorredijk (Nederland), begon zijn studie aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar hij in 1983 zijn rechtendiploma behaalde. Hij zette zijn studie voort aan het Europacollege (België) (tot 1984).
Na zijn studie bleef hij (tot 1986) verbonden aan het Europacollege, waar hij zich als assistent zeer actief bezighield met onderwijs en onderzoek. Daarna was hij van 1986 tot 1987 universitair docent aan de Universiteit Leiden. Tijdens zijn loopbaan is hij steeds betrokken gebleven bij het onderwijs. In 2000 werd hij benoemd tot hoogleraar in de rechtsgeleerdheid aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Als auteur van talrijke publicaties heeft hij bijgedragen aan de ontwikkeling van het mededingingsrecht, zoals blijkt uit verscheidene naslagwerken over dit onderwerp.
Naast zijn academische verplichtingen was Marc van der Woude ook werkzaam in de rechtspraktijk. Van 1987 tot 1989 was hij bij de Commissie van de Europese Gemeenschappen in dienst als rapporteur bij het directoraat-generaal Concurrentie. Vervolgens stapte hij over naar het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen. Daar was hij van 1989 tot 1992 werkzaam als referendaris voor de rechters Thijmen Koopmans en Paul Joan George Kapteyn. In 1992 werd hij door de Europese Commissie benoemd tot administrateur bij de eenheid Coördinatie van het directoraat-generaal Concurrentie, een functie die hij bekleedde tot 1993. Daarna was hij van 1993 tot 1995 lid van de Juridische Dienst van de Commissie. Vanaf 1995 was hij werkzaam als advocaat aan de balie van Brussel (België), waar zijn praktijk zich toespitste op het mededingingsrecht.
Marc van der Woude werd op 13 september 2010 benoemd tot rechter in het Gerecht. Op 18 september 2013 werd hij door zijn collega’s verkozen tot kamerpresident en op 20 september 2016 tot vicepresident. Op 27 september 2019 werd hij verkozen tot president van het Gerecht. Hij bekleedt deze functie tot op heden.
Savvas S. Papasavvas, geboren in 1969 te Nicosia (Cyprus), studeerde aan de Ethnikó kai Kapodistriakó Panepistímio Athinón (nationale en kapodistriaanse universiteit van Athene, Griekenland), waar hij in 1991 zijn rechtendiploma behaalde. Hij volgde een postdoctorale studie aan de Université de Paris II (universiteit van Parijs II, Frankrijk), die hem in 1992 een postuniversitair diploma publiekrecht verleende. Na zijn doctoraalstudie aan de Université d’Aix-Marseille III (universiteit van Aix-Marseille III, Frankrijk), ontving hij in 1995 de titel van doctor in de rechtsgeleerdheid.
Hij werd toegelaten tot de balie van Cyprus en was vanaf 1993 lid van de balie van Nicosia. Tot aan zijn benoeming tot rechter in het Gerecht in 2004, oefende hij het beroep van advocaat uit.
Hij was ook betrokken bij onderwijsactiviteiten. Zo was hij van 1997 tot 2002 universitair docent en van 2002 tot 2004 universitair docent-onderzoeker constitutioneel recht aan de Panepistímio Kýprou (universiteit van Cyprus).
Savvas S. Papasavvas werd op 12 mei 2004 benoemd tot rechter in het Gerecht. Van 15 september 2010 tot en met 25 september 2016 was hij voor twee achtereenvolgende termijnen kamerpresident in het Gerecht. Zijn ambtgenoten hebben hem op 27 september 2019 verkozen tot vicepresident van het Gerecht.
Dean Spielmann, geboren in 1962 te Luxemburg (Groothertogdom Luxemburg), behaalde in 1988 zijn licentiaat in de rechten aan de Katholieke Universiteit Leuven (België). Hij zette zijn studie voort aan het Fitzwilliam College, University of Cambridge (Fitzwilliam college van de universiteit van Cambridge, Verenigd Koninkrijk), waar hij in 1990 een Master of Laws behaalde.
Van 1989 tot 2004 was hij advocaat aan de balie van Luxemburg. Daarnaast doorliep hij een academische loopbaan als docent, waarbij hij onder meer onderwijs verzorgde in het strafrecht, in de mensenrechten en in procedures voor het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Van 1991 tot 1997 was hij onderzoeksassistent aan de Katholieke Universiteit Leuven en van 1996 tot 2006 universitair hoofddocent aan de Université du Luxembourg (universiteit van Luxemburg). Tussen 1997 en 2009 was hij tevens docent aan de Université Nancy II (universiteit van Nancy II, Nancy, Frankrijk) en in 2017 en 2018 doceerde hij aan het Institut d’études politiques de Paris (instituut voor politieke studies, Parijs, Frankrijk).
Voorts is hij auteur van talrijke boeken en artikelen en lid van de wetenschappelijke en redactionele comités van verschillende juridische tijdschriften.
In 2000 werd hij benoemd tot lid van de adviescommissie voor de mensenrechten in Luxemburg, waarin hij tot 2004 zitting had. Tussen 2002 en 2004 was hij tevens lid van de commissie mensenrechten en de commissie strafrecht van de Conseil des barreaux européens (CCBE) (Raad van Europese Balies) en van het netwerk van onafhankelijke deskundigen van de Europese Unie op het gebied van de grondrechten.
In 2004 werd hij benoemd tot rechter in het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg (Frankrijk), waarvan hij achtereenvolgens kamerpresident (2011), vicepresident (2012) en president was (2012‑2015).
Dean Spielmann werd op 13 april 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht. Sinds 30 september 2019 is hij kamerpresident.
Anna Marcoulli, geboren in 1974 te Nicosia (Cyprus), behaalde in 1995 een rechtendiploma aan de University of East Anglia (universiteit van Oost-Engeland, Verenigd Koninkrijk) en in 1996 een Master of Laws aan de University of Bristol (universiteit van Bristol, Verenigd Koninkrijk).
Na in 1997 in Cyprus te zijn toegelaten tot de advocatuur, was zij van 1998 tot 2008 werkzaam bij de afdeling Europees recht van de juridische dienst van de Republiek Cyprus.
Van 2005 tot 2007 was zij als nationaal deskundige gedetacheerd bij de directie Onderzoek en Documentatie van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (thans Europese Unie). Vervolgens werkte zij van 2008 tot 2016 bij de juridische dienst van de Europese Commissie. In 2012 nam zij deel aan het beheer van de werkzaamheden van het Cypriotische voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie, in het kader waarvan zij de functie van juridisch adviseur uitoefende.
Anna Marcoulli werd op 13 april 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht. Op 30 september 2019 werd zij door haar ambtgenoten verkozen tot kamerpresident. Zij bekleedt deze functie tot op heden.
Fredrik Schalin, geboren in 1964 te Stockholm (Zweden), behaalde in 1991 een rechtendiploma aan de Stockholms universitet (universiteit van Stockholm, Zweden) nadat hij in 1990 ook reeds een rechtendiploma had behaald aan de universiteit Paris I Panthéon-Sorbonne (Frankrijk). Aan laatstgenoemde universiteit behaalde hij in 1994 tevens een postdoctoraal diploma Gemeenschapsrecht en Europees recht.
Hij begon zijn beroepsloopbaan in 1991 als referendaris bij de Södertälje tingsrätt (rechtbank van eerste aanleg van Södertälje, Zweden), welke functie hij tot 1993 bekleedde, waarna hij van 1994 tot 1995 referendaris was in de Svea hovrätt (rechtbank van tweede aanleg van Stockholm). Van 1995 tot 1996 was hij rechter in de Gotlands tingsrätt (rechtbank van eerste aanleg van Gotland, Zweden) en in de Norrtälje tingsrätt (rechtbank van eerste aanleg van Norrtälje, Zweden) en vervolgens van 1996 tot 1997 rechter in de Svea hovrätt.
In 1997 was hij plaatsvervangend secretaris van de parlementaire commissie bij het Zweedse ministerie van Financiën, waarna hij in 1999 werd benoemd tot juridisch adviseur voor Europese zaken bij het Zweedse ministerie van Buitenlandse Zaken.
Hij trad in 1998 in dienst bij het Hof van Justitie als referendaris van rechter Hans Ragnemalm. Van 1999 tot 2006 was hij referendaris van rechter Stig von Bahr.
Terug in zijn land van herkomst was hij van 2006 tot 2008 werkzaam als jurist en, na in 2008 te zijn toegelaten tot de balie van Stockholm, als advocaat. Van 2009 tot 2016 zetelde hij, eerst als rechter en nadien als kamerpresident in de Södertörns tingsrätt (rechtbank van eerste aanleg van Södertörn, Zweden).
Daarnaast was hij van 2006 tot 2008 docent aan de Stockholms universitet, en vanaf 2011 docent aan de Domstolsakademin (Zweedse academie voor rechters).
Fredrik Schalin werd op 8 juni 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht, waarin hij sedert 19 september 2022 zetelt als kamerpresident.
Ricardo da Silva Passos, geboren in 1953 te Lissabon (Portugal), behaalde in 1975 zijn rechtendiploma aan de Universidade Clássica de Lisboa (klassieke universiteit van Lissabon) en in 1978 een postdoctoraal diploma aan de Université de Strasbourg (universiteit van Straatsburg, Frankrijk). Hij voltooide zijn studie aan de Harvard Law School (rechtenfaculteit van de universiteit van Harvard, Verenigde Staten), waar hij in 1984 een Master of Laws behaalde.
In 1975 werkte hij een jaar als hulpofficier van justitie bij de Tribunal Judicial da Comarca de Cascais (rechtbank van eerste aanleg Cascais, Portugal). Van 1978 tot 1986 was hij juridisch medewerker bij het secretariaat van de Europese Commissie voor de Rechten van de Mens (Raad van Europa - Straatsburg). In 1986 trad hij in dienst van het Hof van Justitie, als referendaris van rechter José Carlos de Carvalho Moitinho de Almeida.
Van 1988 tot 1999 was hij afdelingshoofd bij het secretariaat van de Commissie juridische zaken en rechten van de burger van het Europees Parlement, waar hij tussen 1999 en 2010 afdelingshoofd van de Juridische Dienst was. Van 2010 tot 2016 bekleedde hij bij diezelfde dienst de functie van directeur Institutionele en parlementaire zaken. In 2002 werd hij benoemd tot lid van het secretariaat van de Conventie over de toekomst van Europa.
Ricardo da Silva Passos werd op 19 september 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht en op 30 september 2019 door zijn ambtgenoten verkozen tot kamerpresident.
Jesper Svenningsen, geboren in 1966 te Aalborg (Denemarken), studeerde rechten aan de Aarhus Universitet (universiteit van Aarhus, Denemarken), waar hij in 1989 zijn rechtendiploma behaalde.
Na zijn studie begon hij zijn professionele loopbaan als advocaat-stagiair bij de Kammeradvokat (advocatenkantoor dat optreedt als juridisch adviseur van de Deense regering, Kopenhagen). Van 1991 tot 1993 werkte hij bij het Hof van Justitie, als referendaris van advocaat-generaal Claus Gulmann. Na in 1993 in Denemarken te zijn toegelaten tot de advocatuur, was hij opnieuw werkzaam bij de Kammeradvokat (1993-1995) en verkreeg hij eveneens de bevoegdheid om te pleiten voor de Landsret (rechtbank van tweede aanleg, Denemarken). In die periode was hij tevens docent Europees recht aan de Københavns Universitet (universiteit van Kopenhagen, Denemarken).
Van 1995 tot 1999 − met uitzondering van 1997, toen hij gedurende een jaar werkzaam was bij een Deens advocatenkantoor in Brussel − was hij verbonden aan het Europees Instituut voor Bestuurskunde (EIPA) in Luxemburg, eerst als docent en vervolgens als waarnemend directeur. In 1997 werkte hij. In 1999 trad hij toe tot de juridische dienst van de Toezichthoudende Autoriteit van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) en in 2000 tot het Hof van Justitie van de Europese Unie, waar hij eerst de functie uitoefende van jurist-linguïst en vanaf 2003 opnieuw referendaris werd van Claus Gulman, die inmiddels rechter was geworden in het Hof van Justitie. Van 2006 tot 2013 was hij referendaris van Lars Bay Larsen, eveneens rechter in het Hof van Justitie.
Jesper Svenningsen werd op 7 oktober 2013 benoemd tot rechter in het Gerecht voor ambtenarenzaken, welke functie hij uitoefende tot dat Gerecht op 1 september 2016 werd ontbonden. Op 19 september 2016 werd hij benoemd tot rechter in het Gerecht van de Europese Unie en op 30 september 2019 werd hij door zijn ambtgenoten verkozen tot kamerpresident.
Maria José Costeira, geboren in 1967 te Porto (Portugal), behaalde in 1991 haar rechtendiploma aan de faculteit rechtsgeleerdheid van de Universidade de Coimbra (universiteit van Coimbra, Portugal) en volgde in 2001 een postdoctorale studie intellectuele-eigendomsrecht aan de faculteit rechtsgeleerdheid van de Universidade de Lisboa (universiteit van Lissabon, Portugal).
Van 1991 tot 1992 was ze advocaat-stagiaire aan de balie van Coimbra en vanaf 1992 rechter in opleiding aan het Centro de Estudos Judiciários (school voor magistraten, Portugal). Tot rechter benoemd in 1995, had zij tot 1997 achtereenvolgens zitting in de Tribunal Judicial da Comarca de Cascais (rechtbank van eerste aanleg Cascais, Portugal), de Tribunal Judicial da Comarca de Ferreira do Zêzere (rechtbank van eerste aanleg Ferreira do Zêzere, Portugal) en de Tribunal da Pequena Instância Criminal de Lisboa (strafrechtbank Lissabon). Van 1999 tot 2016 was ze rechter in de Tribunal do Comércio da Comarca de Lisboa (handelsrechtbank Lissabon) en in 2016 trad ze toe tot de Tribunal da Relação de Coimbra (gerechtshof Coimbra). Haar rechterlijke activiteiten beperkten zich niet tot de behandeling van zaken, maar werden ook gekenmerkt door haar deelname aan de vertegenwoordiging van de rechterlijke macht, in haar hoedanigheid van secretaris-generaal van de vereniging van Portugese rechters (2012-2015), een vereniging waarvan zij vervolgens voorzitter is geweest (2015-2016).
Vanaf 2003 doceerde ze als gasthoogleraar intellectuele-eigendomsrecht, mededingingsrecht en handelsrecht aan de rechtenfaculteiten van de Universidade de Lisboa, de Universidade de Coimbra, de Universidade Nova de Lisboa (Nova-universiteit van Lissabon) en de Universidade Católica Portuguesa (katholieke universiteit van Portugal), en aan de Escola de Direito da Universidade do Minho (faculteit rechtsgeleerdheid van de universiteit van Minho, Portugal) en het Centro de Estudos Judiciários.
Maria José Costeira werd op 19 september 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht van de Europese Unie. Op 30 september 2019 werd zij door haar ambtgenoten verkozen tot kamerpresident.
Krystyna Kowalik-Bańczyk, geboren in 1976 te Gdańsk (Polen), behaalde in 1999 haar rechtendiploma aan de Uniwersytet Gdański (universiteit van Gdańsk) en in 2000 een postdoctoraal diploma sociale wetenschappen aan de Université Toulouse 1 Capitole (Toulouse, Frankrijk). Zij zette haar studie voort aan het Europacollege te Brugge (België), waar zij in 2002 een Master of Laws (LLM) in Europees recht behaalde. In 2004 verdedigde zij aan de Poolse academie van wetenschappen een proefschrift waarop zij promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid.
Van 2002 tot 2010 was ze docent aan het Europacentrum van de Uniwersytet Warszawski (universiteit van Warschau, Polen) en aan de Europejska Wyższa Szkoła Prawa i Administracji w Warszawie (Europese universiteit voor recht en bestuur te Warschau). Van 2006 tot 2014 verrichtte zij onderwijs- en onderzoeksactiviteiten aan het instituut voor juridische studies van de Polska Akademia Nauk (Poolse academie van wetenschappen), eerst als universitair docent (2006) en vervolgens als universitair hoofddocent (2014). Van 2010 tot 2016 verzorgde zij tevens cursussen internationaal recht en Unierecht, als docent aan de Politechnika Gdańska (technische universiteit van Gdańsk) en als gastdocent aan de universiteit Paris II Panthéon-Assas (Frankrijk) en de universiteit Nice Sophia Antipolis (Frankrijk). Zij was eveneens gastdocent aan de Université du Luxembourg (universiteit van Luxemburg).
Zij is auteur van talrijke publicaties op het gebied van het Europees recht en coredacteur van verschillende juridische boeken.
Krystyna Kowalik-Bańczyk werd op 19 september 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht, waarin zij sedert 19 september 2022 zetelt als kamerpresident.
Alexander Kornezov, geboren in 1978 te Jambol (Bulgarije), behaalde in 2002 een rechtendiploma aan de Sofiyski universitet „Sveti Kliment Ohridski” (heilige Clemens van Ohrid-universiteit van Sofia, Bulgarije) en in 2004 een Master of Laws in Europees recht aan het Europacollege te Brugge (België). Hij volgde een doctoraatsstudie in de rechten aan de Balgarska Akademia na naukite (Bulgaarse academie van wetenschappen), waar hij in 2008 zijn proefschrift verdedigde.
Van 2004 tot 2006 was hij advocaat aan de balie van Brussel (België), waar hij werkzaam was in een advocatenkantoor. In 2007 trad hij in dienst bij het Hof van Justitie, waar hij tot 2016 referendaris was van rechter Alexander Arabadjiev.
Hij was ook betrokken bij onderwijsactiviteiten. Zo was hij van 2008 tot 2012 docent Europees procesrecht aan de Universitet za natzionalno i svetovno stopanstvo (universiteit voor nationale en wereldeconomie, Bulgarije), welke functie hij van 2010 tot 2013 eveneens vervulde aan de Sofiyski universitet „Sveti Kliment Ohridski”. Van 2014 tot 2016 was hij universitair hoofddocent Unierecht en internationaal privaatrecht aan de Balgarska Akademia na naukite. Vanaf 2020 doceert hij Unierecht inzake overheidsopdrachten aan de Université du Luxembourg (universiteit van Luxemburg). Zijn uitgebreide werkzaamheden op het gebied van het Unierecht omvatten tevens lezingen aan diverse universiteiten in verschillende lidstaten. Hij is auteur van talrijke publicaties en boeken over het Unierecht.
Alexander Kornezov was van 13 april 2016 tot 31 augustus 2016 rechter in het Gerecht voor ambtenarenzaken. Hij werd op 19 september 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht. Sedert 30 september 2019 is hij kamerpresident.
Laurent Truchot, geboren in 1962 te Parijs (Frankrijk), studeerde aan het Institut d’études politiques (IEP) de Paris (instituut voor politieke studies, Parijs), waar hij in 1984 zijn rechtendiploma behaalde. Vervolgens studeerde hij van 1986 tot 1988 aan de École nationale de la magistrature (nationale school voor magistraten te Bordeaux, Frankrijk).
Hij begon zijn professionele loopbaan bij het Tribunal de Grande Instance de Marseille (rechtbank van eerste aanleg van Marseille, Frankrijk), waarin hij van 1988 tot 1990 rechter was. Vervolgens werkte hij van 1990 tot 1992 als topambtenaar bij de directie Burgerlijke zaken en justitie van het Franse ministerie van Justitie. Van 1992 tot 1994 was hij achtereenvolgens plaatsvervangend kabinetschef en kabinetschef bij het directoraat-generaal Mededinging, consumentenzaken en fraudebestrijding van het Franse ministerie van Economische Zaken, Financiën en Industrie. In 1994 werd hij benoemd tot technisch adviseur van de Franse minister van Justitie, welke functie hij bekleedde tot 1995. Van 1995 tot 1996 was hij rechter in het Tribunal de Grande Instance de Nîmes (rechtbank van eerste aanleg van Nîmes, Frankrijk).
In 1996 trad hij in dienst bij het Hof van Justitie als referendaris van advocaat-generaal Philippe Léger, welke functie hij bekleedde tot 2001. Vervolgens stapte hij over naar de Cour de cassation (hoogste rechterlijke instantie van Frankrijk), waar hij van 2001 tot 2007 de functie vervulde van adviseur-referendaris.
Van 2007 tot 2013 was hij rechter in het Gerecht, waarvan de laatste drie jaar als kamerpresident.
Na zijn terugkeer naar Frankrijk in 2013 werd hij benoemd tot adviseur van de Cour de cassation, een functie die hij bekleedde tot 2019.
Laurent Truchot werd op 26 september 2019 voor de tweede maal benoemd tot rechter in het Gerecht, waarin hij sedert 19 september 2022 zetelt als kamerpresident.
Ornella Porchia, geboren in 1966 te Chivasso (Italië), behaalde in 1991 haar rechtendiploma aan de Università degli Studi di Torino (universiteit van Turijn, Italië). In 1996 verwierf ze aan de Università Bocconi (Bocconi-universiteit te Milaan, Italië) de titel van doctor in de rechtsgeleerdheid.
Zij begon haar professionele loopbaan in 1994 als advocaat aan de balie van Turijn. Van 1997 tot 2002 was ze docent aan de Università degli Studi di Torino. Aan diezelfde universiteit was ze van 2002 tot 2007 universitair hoofddocent internationaal recht en vanaf 2007 gewoon hoogleraar Unierecht.
Van 2010 tot 2014 was zij lid van de onderzoeksafdeling van de Corte costituzionale (grondwettelijk hof, Italië) en van 2014 tot 2019 was zij juridisch adviseur bij de permanente vertegenwoordiging van Italië bij de Europese Unie. Van haar onderzoekswerk op het gebied van Unierecht en internationaal recht zijn talrijke publicaties verschenen.
Ornella Porchia werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht, waarin zij sedert 19 september 2022 zetelt als kamerpresident.
Marc Jaeger, geboren in 1954 te Luxemburg (Groothertogdom Luxemburg), behaalde in 1979 zijn rechtendiploma aan de Université Robert Schuman (universiteit Robert Schuman te Straatsburg, Frankrijk). Hij zette zijn studie voort aan het Europacollege te Brugge (België), waar hij in 1980 een postdoctoraal diploma Europese Studies behaalde.
Hij werd in 1981 toegelaten tot de balie van Luxemburg, waar hij tot 1983 het beroep van advocaat uitoefende. Vervolgens was hij een jaar lang werkzaam bij het openbaar ministerie in Luxemburg. In 1984 werd hij benoemd tot rechter in de arrondissementsrechtbank te Luxemburg, welke functie hij tot 1986 uitoefende.
In 1986 trad hij in dienst bij het Hof van Justitie, als referendaris van advocaat-generaal Jean Mischo. Van 1988 tot 1996 was hij referendaris in het kabinet van rechter Guiseppe Federico Mancini.
Naast zijn rechterlijke taken was hij vanaf 2003 docent aan de Université du Luxembourg (universiteit van Luxemburg) en vanaf 2015 aan de Libera Università Internazionale degli Studi Sociali Guido Carli (vrije internationale universiteit voor sociale studies Guido Carli, Italië). Van 2001 tot 2018 was hij voorzitter van het Institut Universitaire International Luxembourg (IUIL) (Internationaal Universitair Instituut van Luxemburg) en van 2011 tot 2016 van de raad van bestuur van de Université du Luxembourg.
Marc Jaeger werd op 11 juli 1996 benoemd tot rechter in het Gerecht en was van 10 september 2004 tot en met 31 augustus 2007 kamerpresident. Hij werd door zijn ambtgenoten verkozen tot president van het Gerecht, welke functie hij van 17 september 2007 tot en met 26 september 2019 gedurende vier opeenvolgende termijnen uitoefende.
Heikki Kanninen, geboren in 1952 te Helsinki (Finland), behaalde in 1976 een diploma economische wetenschappen aan de Helsingin kauppakorkeakoulu (handelshogeschool van Helsinki) en in 1978 een Master of Laws aan de rechtenfaculteit van de Helsingin yliopisto (universiteit van Helsinki). Aan die universiteit voltooide hij in 1988 zijn studie met een postdoctoraal diploma in de rechten.
Hij begon zijn professionele loopbaan in 1978 als referendaris in de Korkein hallinto-oikeus (hoogste administratieve rechterlijke instantie, Finland). Van 1979 tot 1981 was hij secretaris-generaal van het door de Finse regering opgerichte Hallinnon oikeusturvakomitea (comité voor de hervorming van de rechtsbescherming in de overheidsadministratie, Finland).
In 1981 keerde hij terug naar de Korkein hallinto-oikeus, waar hij tot 1984 de functie uitoefende van hoofdadministrateur. Van 1984 tot 1985 was hij secretaris-generaal van het Hallintolainkäyttökomitea (comité voor de hervorming van het administratief recht in Finland). Tussen 1986 en 1993 werkte hij als adviseur bij het directoraat wetgeving van het Finse ministerie van Justitie. Van 1991 tot 1993 was hij ook lid van de Turvapaikkalautakunta (raad van beroep voor vluchtelingen, Finland). In 1993 werkte hij als onderzoeker aan het Helsingin yliopiston kansainvälisen talousoikeuden instituutti (instituut voor internationaal economisch recht van de universiteit van Helsinki).
Later in 1993 werd hij benoemd tot plaatsvervangend griffier bij het Hof van Justitie van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) (Genève, Zwitserland) welke functie hij tot 1995 bekleedde. Van 1995 tot 1998 werkte hij bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (thans het Hof van Justitie van de Europese Unie), als referendaris van rechter Leif Sevón.
Terug in Finland was hij van 1998 tot 2005 rechter in de Korkein hallinto-oikeus en was hij ook betrokken bij de werkzaamheden van het comité voor de ontwikkeling van de Finse justitiële instellingen, waarvan hij van 2001 tot 2003 vicevoorzitter was.
Van 6 oktober 2005 tot en met 6 oktober 2009 was hij rechter in het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie, waar hij van 1 oktober 2008 tot en met 6 oktober 2009 de functie van kamerpresident vervulde. Op 7 oktober 2009 werd hij benoemd tot rechter in het Gerecht. Van 23 november 2011 tot en met 16 september 2013 was hij kamerpresident in het Gerecht. Zijn ambtgenoten in het Gerecht verkozen hem voor de periode van 17 september 2013 tot en met 19 september 2016 tot vicepresident. Naast deze functies was hij tevens president van een kamer van het Gerecht. Zowel op 21 september 2016 als op 30 september 2019 werd hij door zijn ambtgenoten opnieuw verkozen tot kamerpresident in het Gerecht, welke functie hij bekleedde tot en met 19 september 2022.
Juraj Schwarcz, geboren in 1952 te Košice (Slowakije), behaalde in 1975 zijn rechtendiploma en in 1979 de titel van doctor in de rechten aan de Univerzita Komenského v Bratislave (Comenius-universiteit van Bratislava, Slowakije).
Hij begon zijn beroepsloopbaan in 1975 als bedrijfsjurist, welke functie hij bekleedde tot 1990, waarna hij in 1991 in dienst trad van de rechterlijke macht van zijn geboorteland als hoofd van het handelsregister bij de Mestský súd v Košiciach (stedelijke rechtbank Košice). Het jaar daarop werd hij benoemd tot rechter in die rechtbank. Tussen 1992 en 2009 was hij tevens rechter in de Krajský súd v Košiciach (regionaal hof Košice), waar hij van 1994 tot 2009 de functie vervulde van kamerpresident. Tussen 2005 en 2009 was hij president van de handelsrechtkamer. In 2004 werd hij voor een jaar gedetacheerd als rechter in de handelsrechtkamer van de Najvyšší súd Slovenskej republiky (hooggerechtshof van de Slowaakse Republiek).
Van 1997 tot 2009 was hij extern lid van het departement handels- en economisch recht van de Univerzita Pavla Jozefa Šafárika v Košiciach (Pavol Jozef Šafárik-universiteit van Košice) en van 2005 tot 2009 maakte hij deel uit van het docentencorps van de Justičná akadémia Slovenskej republiky (gerechtelijke academie van de Slowaakse Republiek).
Juraj Schwarcz werd op 7 oktober 2009 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Mariyana Kancheva, geboren in 1958 te Trjavna (Bulgarije), behaalde in 1984 haar rechtendiploma aan de Sofiyski universitet „Sveti Kliment Ohridski” (heilige Clemens van Ohrid-universiteit van Sofia, Bulgarije) en in 2009 een aanvullende master Europees recht aan het Instituut voor Europese Studies van de Vrije Universiteit Brussel (België).
Zij begon haar professionele loopbaan als rechter in opleiding in de Sofiyski Okrazhen Sad (rechtbank van eerste aanleg van Sofia, Bulgarije) (1985‑1986). Van 1986 tot 1988 was ze juridisch adviseur. Vervolgens was zij tot 2011 advocaat aan de balie van Sofia, en van 2007 tot 2011 eveneens aan de balie van Brussel. Van 1992 tot 1994 was ze directeur-generaal van het bureau diensten voor het corps diplomatique bij het Bulgaarse ministerie van Buitenlandse Zaken. Tijdens haar loopbaan heeft zij zich op diverse gebieden gespecialiseerd, onder meer in het intellectuele-eigendomsrecht [inschrijving in het register van gemachtigden van houders van industriële-eigendomsrechten bij het Patentno Vedomstvo na Republika Bŭlgariya (octrooibureau van de Republiek Bulgarije)] en in het economisch recht (inschrijving in het register van curatoren en bewindvoerders bij het Bulgaarse ministerie van Justitie).
Zij trad ook op als arbiter bij de beslechting van commerciële geschillen in Bulgarije. Als juridisch adviseur van het Bulgaarse parlement werkte ze mee aan de opstelling van diverse wetgevingsteksten. Zij is auteur van verschillende publicaties over het recht van de Europese Unie. Daarnaast heeft mevrouw Kancheva het woord gevoerd op talrijke seminars, fora en conferenties op nationaal en internationaal niveau.
Mariyana Kancheva werd op 19 september 2011 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Eugène Buttigieg, geboren in 1961 te Sliema (Malta), studeerde rechten aan de Università ta' Malta (universiteit van Malta) en promoveerde in 1986 tot doctor in de rechten (LLD). In 1991 behaalde hij een master Europees recht aan de University of Exeter (universiteit van Exeter, Verenigd Koninkrijk) en in 2004 een doctoraat in de rechten aan de University of London (universiteit van Londen, Verenigd Koninkrijk).
Hij werd in 1987 in Malta tot de advocatuur toegelaten en begon zijn loopbaan bij het Maltese ministerie van Justitie, waar hij van 1987 tot 1990 juridisch medewerker was. Vervolgens was hij van 1990 tot 1994 senior juridisch medewerker bij het Maltese ministerie van Buitenlandse Zaken.
Vanaf 1994 legde hij zich hoofdzakelijk toe op het onderwijs. Van 1994 tot 2001 was hij universitair docent, van 2001 tot 2006 universitair hoofddocent en vanaf 2007 deeltijdhoogleraar aan de Università ta' Malta. In 2009 werd hem de Jean Monnet-leerstoel voor Europees recht toegekend en in 2019 werd hij gepromoveerd tot hoogleraar. Hij is ook gasthoogleraar mededingingsrecht aan de Queen Mary University of London (Queen Mary-universiteit van Londen, Verenigd Koninkrijk). Hij is auteur van talrijke publicaties op het gebied van het Unierecht en het mededingingsrecht.
Van 1994 tot 2005 was hij lid van de Copyright Board (commissie voor auteursrecht, Malta) en van 1994 tot 2012 werkte hij in de particuliere sector als juridisch adviseur Unierecht, mededingingsrecht, intellectuele-eigendomsrecht en consumentenrecht. Als juridisch adviseur was hij van 2000 tot 2012 ook werkzaam voor het Maltese ministerie van Economische Zaken en de Malta Competition and Consumer Affairs Authority (Maltese mededingings- en consumentenautoriteit). Daarnaast was hij van 2001 tot 2009 lid van de Malta Resources Authority (autoriteit voor grondstoffenbeheer van Malta).
Eugène Buttigieg werd op 8 oktober 2012 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Vesna Tomljenović, geboren in 1956 te Rijeka (Kroatië), behaalde in 1979 een rechtendiploma aan de Sveučilište u Rijeci (universiteit van Rijeka). In 1982 werd zij in Kroatië toegelaten tot de advocatuur. In 1984 behaalde zij eveneens een rechtendiploma aan de Sveučilište u Zagrebu (universiteit van Zagreb, Kroatië), waar zij in 1996 promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid.
In 2003 was zij in het kader van het Fulbright-programma gastdocent aan de Tulane University School of Law (rechtenfaculteit van de Tulane-universiteit in New Orleans, Verenigde Staten). Tussen 2005 en 2013 was zij coördinator van het gespecialiseerde postdoctorale programma „Recht van de Europese integratie” aan de Sveučilište u Rijeci. In diezelfde periode was zij aan deze universiteit ook houder van de leerstoel internationaal recht en Europees privaatrecht. Zij stond ingeschreven op de lijst van scheidsrechters van de Stalno arbitražno sudište Hrvatske gospodarske komore (permanent scheidsgerecht van de kamer van koophandel van Kroatië).
Van 2005 tot 2013 stond zij aan het hoofd van de werkgroep van het onderhandelingsteam van de Republiek Kroatië dat belast was met hoofdstuk 28 van het acquis communautaire (bescherming van de consument en van de volksgezondheid). Vanaf 2006 was zij voorzitter van de Hrvatska udruga za poredbeno pravo (Kroatische vereniging voor vergelijkend recht).
Vesna Tomljenović werd op 4 juli 2013 benoemd tot rechter in het Gerecht. Op 21 september 2016 en op 30 september 2019 werd zij door haar ambtgenoten verkozen tot kamerpresident. Zij bekleedde deze functie tot 19 september 2022.
Stéphane Gervasoni, geboren in 1967 te Voiron (Frankrijk), studeerde in 1988 af aan het Institut d’études politiques (IEP) de Grenoble (instituut voor politieke studies van Grenoble, Frankrijk) en in 1993 aan de École nationale d’administration (ENA) (nationale hogeschool voor bestuursambtenaren, Frankrijk) (promotie Léon Gambetta).
Hij begon zijn beroepsloopbaan in 1993 als auditeur bij de Conseil d’État (raad van state) te Parijs (Frankrijk), waar hij in 1996 assessor werd. In die hoedanigheid oefende hij tot 1997 de functie uit van rechter-rapporteur in de afdelingen bestuursrechtspraak en sociaal recht (van 1996 tot 1997). In 2008 werd hij benoemd tot staatsraad. Van 1994 tot 1996 was hij tevens regeringscommissaris in de bijzondere commissie voor de beoordeling van cassatieberoepen in pensioenzaken, destijds tijdelijk ressorterend onder de Conseil d’État, en oefende hij van 1995 tot 1997 de functie uit van juridisch adviseur bij het Franse ministerie van Overheidsdienst en bij de stad Parijs.
In 1997 trad Stéphane Gervasoni in dienst van de prefectuur van het departement Yonne (Frankrijk) als secretaris-generaal, tevens belast met de functie van onderprefect van het arrondissement Auxerre. Hij bekleedde deze functies tot 1999, toen hij werd aangesteld bij de prefectuur van het departement Savoie (Frankrijk). Daar was hij tot 2001 secretaris-generaal en onderprefect van het arrondissement Chambéry (Frankrijk).
Na zijn werkzaamheden bij de Conseil d’État en de overheidsadministratie ging hij werken bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, waar hij van 2001 tot 2005 referendaris was van rechter Jean-Pierre Puissochet. Hij werd benoemd tot rechter in het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie op 5 oktober 2005, de dag waarop deze nieuw opgerichte rechterlijke instantie werd geïnstalleerd. Hij bekleedde zijn functie tot en met 6 oktober 2011. Tussen 6 oktober 2008 en 6 oktober 2011 was hij kamerpresident.
Na zijn terugkeer naar de Conseil d’État was hij van 2011 tot 2013 vicepresident van de achtste kamer van de afdeling bestuursrechtspraak.
Hij was ook betrokken bij onderwijsactiviteiten. Zo was hij van 1993 tot 1995 docent aan het Institut d’études politiques (IEP) te Parijs en sinds 2016 aan de Université de Luxembourg (universiteit van Luxemburg). Verder was hij van 2001 tot 2005 lid van de beroepscommissie van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) en van 2011 tot 2013 van de beroepscommissie van het Europees Ruimteagentschap (ESA).
Stéphane Gervasoni werd op 16 september 2013 benoemd tot rechter in het Gerecht. Hij werd tweemaal door zijn ambtgenoten verkozen tot kamerpresident en bekleedde deze functie van 21 september 2016 tot 19 september 2022.
Lauri Madise, geboren in 1974 te Tartu (Estland), behaalde eerst een rechtendiploma aan de Université de Poitiers (universiteit van Poitiers, Frankrijk) (1995) en vervolgens een rechtendiploma aan de Tartu Ülikool (universiteit van Tartu) (1998).
Hij begon zijn professionele loopbaan in 1995 als adviseur bij het Estse ministerie van Justitie, waar hij werkzaam was tot 1999. Vervolgens was hij van 1999 tot 2002 hoofd van het secretariaat van de constitutionele commissie van het Estse parlement.
In 2002 trad hij in zijn geboorteland in dienst van de rechterlijke macht als rechter in de Tallinna Ringkonnakohus (hof van beroep van Tallin, Estland). In 2005 werd hij tevens benoemd tot lid van de Commissie voor gerechtelijk onderzoek en nam hij deel aan wetgevingswerkzaamheden op het gebied van constitutioneel en administratief recht.
Lauri Madise werd op 23 september 2013 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Nina Półtorak, geboren in 1971 te Polen, behaalde in 1995 haar rechtendiploma aan de Uniwersytet Jagielloński (Jagiellonische universiteit te Krakau, Polen). Aan diezelfde universiteit verdedigde zij in 2001 een proefschrift waarop zij promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid. In 2011 werd haar de titel verleend van doctor met doceerbevoegdheid in de rechtswetenschappen.
Zij werd in 2000 als advocaat toegelaten tot de Poolse balie en werkte van 2000 tot 2012 bij verschillende advocatenkantoren als deskundige op het gebied van Pools en Europees recht, waarbij zij cliënten vertegenwoordigde voor de hoogste rechterlijke instanties. In 2012 trad zij toe tot de Poolse rechterlijke macht, als rechter in de Wojewódzki Sąd Administracyjny w Krakowie (administratieve rechtbank van Krakau) en in 2014 werd zij gedetacheerd bij de Naczelny Sąd Administracyjny (hoogste administratieve rechtbank van Polen). Tussen 2013 en 2016 was zij bij diezelfde rechtbank directeur van de afdeling Europees recht.
Nina Półtorak doorliep eveneens een loopbaan in het universitair onderwijs. Zo was zij vanaf 1995 universitair docent en van 2003 tot 2013 universitair hoofddocent Unierecht aan de Uniwersytet Jagielloński, waar ze academisch onderzoek verrichtte, onder meer constitutioneel en administratief recht doceerde, en zowel masterscripties als doctoraatsproefschriften begeleidde. Daarnaast leidde zij van 2006 tot 2016 postdoctorale programma’s Unierecht aan de Uniwersytet Jagielloński. Ze verrichtte ook juridisch onderzoek en was als „visiting scholar” verbonden aan Oxford University (universiteit van Oxford, Verenigd Koninkrijk) (1998) en aan het European University Institute (EUI) te Fiesole (Italië) (2005). Ze is auteur van talrijke publicaties op het gebied van Europees recht en geeft sinds 2013, als houder van de leerstoel Europees recht, les aan de Uniwersytet Jagielloński.
Nina Półtorak werd op 13 april 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Inga Reine, geboren in 1975 in Riga (Letland), behaalde in 1996 haar rechtendiploma aan de Latvijas Universitātē (universiteit van Letland) en in 1998 een master aan het European Inter-University Centre for Human Rights and Democratisation (EIUC) (Europees Interuniversitair Centrum voor Mensenrechten en Democratisering te Venetië, Italië).
Zij begon haar professionele loopbaan in 1995 als juriste bij het Letse Bureau voor de mensenrechten, waar zij werkzaam was tot 1999. Daarna werkte zij voor de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE), als adviseur bij de Kosovo-missie (1999‑2002) en de Montenegro-missie (2002‑2003).
Tussen 2003 en 2012 zette zij haar loopbaan voort als juriste bij het Letse ministerie van Buitenlandse Zaken en vertegenwoordigde zij de Letse regering bij internationale mensenrechtenorganisaties. In die periode werd zij ook benoemd tot lid van het Comité directeur pour les droits de l'homme (CDDH) (Stuurcomité voor de mensenrechten) van de Raad van Europa.
In 2012 werd zij benoemd tot afdelingshoofd bij de Permanente Vertegenwoordiging van Letland bij de Europese Unie in Brussel, welke functie zij vervulde tot 2015. Van 2012 tot 2016 was zij daar tevens juridisch adviseur.
Inga Reine werd op 8 juni 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Paul Nihoul, geboren in 1963 te Brussel (België), behaalde in 1988 een rechtendiploma aan de Katholieke Universiteit Leuven (België) en in 1989 een Master of Laws aan Harvard University (Harvard-universiteit te Cambridge, Verenigde Staten). Aan de Katholieke Universiteit Leuven, waar hij overigens in 1984 ook een diploma filologie en filosofie had behaald, verdedigde hij in 1998 een proefschrift waarop hij promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid.
In 1990 werd hij toegelaten tot de balie van New York (Verenigde Staten), waar hij als attorney and counselor at law het beroep van advocaat uitoefende. Terug in Europa, trad hij in 1991 in dienst van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (thans de Europese Unie), en wel als referendaris van achtereenvolgens rechter René Joliet en rechter John Murray, welke functie hij tot 1995 uitoefende.
In 1995 begon hij een universitaire loopbaan, tijdens welke hij tot 1999 onderzoeker was aan de Katholieke Universiteit Leuven, en van 1999 tot 2010 docent en vervolgens hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Groningen (Nederland). Vanaf 2001 is hij hoogleraar aan de Katholieke Universiteit Leuven. Daar nam hij tussen 2001 en 2016 eveneens de rol waar van directeur van het centrum voor consumentenrecht. Ook was hij er tussen 2004 en 2006 voorzitter van het academisch corps en van 2012 tot 2015 voorzitter van het instituut voor rechtswetenschappen. Van 1999 tot 2009 was hij houder van een Jean Monnet-leerstoel ad personam, toegekend door de European Research Council (Europese Onderzoeksraad). Van 2013 tot 2016 doceerde hij als gasthoogleraar aan de universiteit Paris Dauphine-PSL (Frankrijk). Van 2010 tot 2011 was hij als Fulbright-onderzoeker verbonden aan de American University (Washington DC, Verenigde Staten). Van 2013 tot 2016 was hij eveneens voorzitter van de Academic Society for Competition Law (ASCOLA) (Internationale Vereniging voor Mededingingsrecht).
Paul Nihoul werd op 19 september 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Ulf Öberg, geboren in 1966 te Stockholm (Zweden), behaalde in 1991 zijn rechtendiploma aan de Stockholms universitet (universiteit van Stockholm). Hij zette zijn studie voort aan de universiteit Paris I Panthéon-Sorbonne (Frankrijk), waar hij in 1992 het postdoctoraal diploma recht van de gemeenschappelijke markt behaalde. In 1993 behaalde hij aan het Institut d’études politiques (IEP) de Paris (instituut voor politieke studies, Parijs, Frankrijk) het diploma internationale betrekkingen.
Hij begon zijn professionele loopbaan als onderzoeker bij het Zweedse Nationale Bureau voor Defensieonderzoek, in 1992 en 1994, en nam van 1993 tot 1994 deel aan het opleidingsprogramma voor Zweedse overheidsambtenaren.
Van 1994 tot 1995 was hij juridisch adviseur voor Europese zaken bij het Zweedse ministerie van Buitenlandse Zaken. In 1995 trad hij in dienst van het Hof van Justitie als referendaris van rechter Hans Ragnemalm, welke functie hij tot 2000 vervulde.
Terug in Zweden begon hij een academische loopbaan als onderzoeker en docent aan de Stockholms universitet. Hij richtte zijn eigen advocatenkantoor op en werkte van 2006 tot 2016 als advocaat, ingeschreven bij de Sveriges advokatsamfund (Zweedse balie).
Ulf Öberg werd op 19 september 2016 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Colm Mac Eochaidh, geboren in 1963 te Dublin (Ierland), behaalde in 1984 zijn rechtendiploma aan het University College Dublin, National University of Ireland (in Dublin gevestigde universitaire instelling binnen de nationale universiteit van Ierland).
In 1987 werd hij lid van de Honorable Society of King’s Inns Dublin (Ierse balie, tevens opleidingscentrum voor juristen) en toegelaten tot de uitoefening van het beroep van barrister. Van 1988 tot 1990 was hij jurist Europese zaken bij de Law Society of England and Wales (beroepsvereniging van juristen in Engeland en Wales). Van 1990 tot 1993 vertegenwoordigde hij de Law Society of England and Wales alsmede de Law Society of Scotland bij de instellingen van de Europese Gemeenschappen (thans Europese Unie) te Brussel.
Vanaf 1993 was hij, aanvankelijk als barrister en vanaf 2009 als Senior Counsel, advocaat aan de Ierse balie.
Daarnaast was hij van 1993 tot 1999 docent mededingingsrecht aan de Honorable Society of King’s Inns Dublin, en vervolgens docent aan de China-EU School of Law (rechtenopleiding georganiseerd door de Chinese regering en de Europese Unie) van de Zhōngguó Zhèngfǎ Dàxué (universiteit voor politieke wetenschappen en recht, China).
In 2012 werd hij rechter in de High Court of Ireland (rechtbank van eerste aanleg, Ierland), waar hij in 2014 president werd van de Immigration and Asylum Chamber (kamer voor immigratie- en asielzaken), welke functie hij tot 2017 bekleedde.
Colm Mac Eochaidh werd op 8 juni 2017 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Geert De Baere, geboren in 1979 te Antwerpen (België), behaalde in 2002 het diploma van licentiaat in de rechten aan de Universiteit Antwerpen (België) en in 2003 een Master of Laws aan King’s College van de University of Cambridge (King’s college van de universiteit van Cambridge, Verenigd Koninkrijk). Aan deze laatste universiteit verdedigde hij in 2007 ook het proefschrift waarop hij promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid. In het kader van zijn doctoraatsstudie was hij in 2005 gastonderzoeker aan de Columbia Law School van Columbia University (rechtenfaculteit van de universiteit van Columbia, Verenigde Staten).
Na het voltooien van zijn doctoraat werd hij postdoctoraal onderzoeksmedewerker aan de Universiteit Antwerpen, waaraan hij van 2007 tot 2009 verbonden was.
Vanaf 2009 was hij werkzaam aan de Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven) (België), waar hij van 2010 tot 2014 docent en vanaf 2015 hoofddocent Unierecht en internationaal recht was.
In 2007 trad hij in dienst van het Hof van Justitie, waar hij tot 2009 referendaris was van advocaat-generaal Eleanor Sharpston. Van 2016 tot 2017 was hij er referendaris van rechter Alexandra (Sacha) Prechal.
Geert De Baere werd op 4 oktober 2017 benoemd tot rechter in het Gerecht. Vanaf 8 oktober 2021 tot 19 september 2022 was hij kamerpresident in het Gerecht.
Ramona Frendo, geboren in 1971 te Malta en afkomstig uit Zejtun (Malta), behaalde in 1993 haar rechtendiploma en in 1995 haar doctorstitel aan de Università ta' Malta (universiteit van Malta). Zij zette haar studie voort aan de University of Cambridge (universiteit van Cambridge, Verenigd Koninkrijk) waar zij in 1996 een master in de criminologie behaalde. In 2018 voltooide zij een postdoctorale studie Europees recht aan King's College London (Londen, Verenigd Koninkrijk).
Zij begon haar loopbaan als advocaat aan de balie van Malta. Van 1996 tot 2019 was ze advocaat. Vanwege haar multidisciplinaire kennis was zij daarnaast van 1997 tot 1998 juridisch adviseur bij het Maltese ministerie van Welzijn en van 1997 tot 2019 juridisch deskundige bij de rechtbanken van Valletta (Malta). Van 2006 tot 2019 was zij tevens werkzaam bij verschillende verzekeringsmaatschappijen.
Van 2006 tot 2019 was zij lid van het Maltese panel van nationale arbiters en van 2009 tot 2019 lid van de Malta Employment Commission (Maltese werkgelegenheidscommissie). Van 2012 tot 2013 was zij lid van de Nationale Gezinscommissie (Malta), terwijl zij ook zitting had in de Commissie voor de hervorming van het rechtsstelsel (Malta). Van 2014 tot 2016 zetelde zij in de Commissie voor de hervorming van het recht (Malta). Na in 2016 door de Maltese regering te zijn benoemd tot speciaal adviseur van de Groep Visa van de Raad van de Europese Unie, was zij in de eerste helft van 2017 in het kader van het Maltese voorzitterschap van de Raad president van deze werkgroep.
Ramona Frendo werd op 20 maart 2019 benoemd tot rechter in het gerecht.
Tuula Riitta Pynnä, geboren in 1958 te Turku (Finland), behaalde in 1981 een rechtendiploma aan de Turun yliopisto (universiteit van Turku, Finland) en in 1993 een rechtendiploma aan de Universität Trier (universiteit van Trier, Duitsland). Het Europees Instituut voor Bestuurskunde (EIPA) kende haar in 1994, in partnerschap met de Université Nancy 2 (universiteit van Nancy 2, Nancy, Frankrijk) en de Aristotélio Panepistímio Thessaloníkis (Aristotelesuniversiteit te Thessaloniki, Griekenland), een diploma Master in European Legal Studies toe.
Zij begon haar professionele loopbaan in 1981. Een jaar later gaf ze haar functie als docent aan de Turun yliopisto op om vervolgens in dienst te treden van de Finse rechterlijke macht, als rechter-plaatsvervanger bij de Porin raastuvanoikeus (rechtbank van eerste aanleg van Pori, Finland), welke functie zij tot 1983 vervulde. Vervolgens was zij twee jaar lang afdelingshoofd bij de Porin poliisilaitos, väestökirjatoimiston johtaja (bevolkingsbureau van Finland), waarna zij weer rechter werd. In 1984 was zij gedurende een jaar referendaris en rechter-plaatsvervanger in de Ulvilan Kihlakunnanoikeus (rechtbank van eerste aanleg van Ulvila, Finland). Van 1985 tot 1995 was zij eerst rechter-plaatsvervanger en vervolgens rechter in de raastuvanoikeus van Tampere (rechtbank van Tampere, Finland) en in de Pirkanmaan käräjäoikeus (rechtbank van eerste aanleg van Pirkanmaa, Finland).
Van 1996 tot 2005 was zij bij het Finse ministerie van Buitenlandse Zaken werkzaam als hoofd van de eenheid Europeesrechtelijke geschillen en als juridisch adviseur, in welke hoedanigheid zij Finland vertegenwoordigde in zaken voor het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (thans Hof van Justitie van de Europese Unie). Zij werd benoemd tot hoofd van de Finse delegatie in de werkgroep „Hof van Justitie” van de Raad van de Europese Gemeenschappen (thans Raad van de Europese Unie) en was tevens lid van de Raadswerkgroep „Vrienden van het voorzitterschap” voor de hervorming van het communautaire rechtsstelsel in het kader van het Verdrag van Nice.
Zij was rechter in beide hoogste rechterlijke instanties van Finland. In 2005 werd zij benoemd tot rechter-plaatsvervanger en sinds 2006 tot rechter in de Korkein hallinto-oikeus (hoogste administratieve rechterlijke instantie van Finland). Van 2012 tot 2019 was zij rechter in de Korkein oikeus (hoogste rechterlijke instantie van Finland). Zij was tevens van 2015 tot 2019 lid van de tuchtcommissie van Nasdaq OMX Helsinki (Finland), en van 2011 tot 2019 van de examencommissie van de Suomen Asianajajaliitto (Finse orde van advocaten), waarvan zij van 2013 tot 2019 voorzitter was.
Tuula Riitta Pynnä werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Johannes Christoph Laitenberger, geboren in 1964 te Hamburg (Duitsland), studeerde rechten aan de Rheinische Friedrich-Wilhelms-Universität Bonn (universiteit van Bonn, Duitsland). In 1990 slaagde hij in Duitsland voor het eerste staatsexamen rechten.
In 1991 was hij juridisch medewerker bij verschillende administratieve diensten van de Bundestag (Duits parlement).
Van 1991 tot 1994 was hij werkzaam als referendaris bij het Oberlandesgericht Köln (hoogste rechterlijke instantie van de deelstaat Noordrijn-Westfalen, Keulen, Duitsland). In 1994 slaagde hij in Duitsland voor het tweede staatsexamen rechten.
Tussen 1991 en 1995 was hij tevens deeltijds docent en onderzoeker aan de Rheinische Friedrich-Wilhelms-Universität Bonn.
In 1995 was hij, eveneens in deeltijd, medewerker in een advocatenkantoor.
Na zijn toelating tot de Duitse balie werkte hij in 1996 als bedrijfsjurist van een ondernemersvereniging. Aansluitend trad hij in dienst bij de instellingen van de Europese Unie.
Vanaf 1996 was Johannes Christoph Laitenberger lid van het team van adviseurs bij het directoraat Administratie en Protocol van het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie, waarna hij in 1999 werd benoemd tot rapporteur bij het directoraat-generaal Concurrentie van de Europese Commissie.
Vervolgens bekleedde hij verschillende functies in directe samenwerking met de leden van de Commissie. Van 1999 tot 2003 werd hij door commissaris Viviane Reding benoemd tot lid van haar kabinet, dat hij van 2003 tot 2004 leidde. Van 2004 tot 2005 was hij lid van het kabinet van Commissievoorzitter José Manuel Barroso. In 2005 werd hij woordvoerder van de Commissie en hoofd van de dienst van de woordvoerder van de Commissie, welke functie hij tot 2009 bekleedde. In 2009 keerde hij terug naar het kabinet van de voorzitter van de Commissie, waar hij tot 2014 kabinetschef was.
In 2014 was hij adjunct-directeur-generaal van de Juridische Dienst van de Commissie en van 2015 tot 2019 directeur-generaal van het directoraat-generaal Concurrentie van de Commissie.
Johannes Christoph Laitenberger werd op 26 september 2019 beëdigd als rechter in het Gerecht.
Roberto Mastroianni, geboren in 1964 in Cosenza (Italië), behaalde in 1987 zijn rechtendiploma aan de Università degli Studi di Firenze (universiteit van Florence, Italië) en in 1990 een Master of Laws aan de Penn State University Dickinson School of Law (Dickinson rechtenfaculteit van de universiteit van Pennsylvania, Verenigde Staten). Hij promoveerde in de rechten aan de Università di Bologna (Universiteit van Bologna, Italië), waar hij in 1992 zijn proefschrift verdedigde. Nadien volgde hij postdoctorale studies aan de Université de Genève (universiteit van Genève, Zwitserland) (1992-1993), alsmede aan de Universiteit van Amsterdam (Nederland) (1993) en de New York Law School (rechtenfaculteit van de universiteit van New York, Verenigde Staten) (1994).
Hij begon zijn professionele loopbaan in 1992 als onderzoeker internationaal recht aan de Università degli Studi di Firenze (universiteit van Florence), welke functie hij bekleedde tot 1997. In dat jaar trad hij in dienst van het Hof van Justitie, waar hij tot 2000 achtereenvolgens referendaris was van advocaat-generaal Giuseppe Tesauro en advocaat-generaal Antonio Saggio.
Van 2000 tot 2019 doceerde hij Unierecht aan de Università degli Studi di Napoli Federico II (universiteit van Napels Federico II, Italië), waar hij talrijke werken publiceerde. Hij doceerde tevens als gasthoogleraar van 2011 tot 2013 Unierecht en Europees procesrecht aan de universiteit Paris 2 Panthéon-Assas (Frankrijk). Van 2013 tot 2017 doceerde hij ook Unierecht aan de Libera Università Internazionale degli Studi Sociali Guido Carli (onafhankelijke internationale universiteit voor sociale studies Guido Carli) te Rome (Italië). In 2015 werd hij aangesteld als hoogleraar vergelijkend mededingingsrecht aan het Sturm College of Law van de University of Denver (Sturm rechtenfaculteit van de universiteit van Denver, Verenigde Staten), waar hij tot 2019 doceerde.
Tussen 1993 en 2019 was Roberto Mastroianni advocaat met het recht om te pleiten voor de Italiaanse hogere rechtscolleges. Van 2013 tot 2015 was hij tevens lid van de raad van bestuur van de Società Italiana di Diritto Internazionale (SIDI) (Italiaanse vereniging voor internationaal recht) en van 2018 tot 2021 van de raad van bestuur van de Associazione Italiana Studiosi di Diritto dell'Unione Europea (AISDUE) (Italiaanse vereniging voor studies van het recht van de Europese Unie). Daarnaast was hij van 2015 tot 2018 adviseur voor wetgevingszaken bij het departement Europese Zaken van de Italiaanse regering.
Roberto Mastroianni werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht.
José Martín y Pérez de Nanclares, geboren in 1965 te Vitoria-Gasteiz (Spanje), behaalde in 1988 zijn rechtendiploma aan de Universidad de Salamanca (universiteit van Salamanca, Spanje). Van 1988 tot 1989 studeerde hij staatsrecht aan de Universität zu Köln (universiteit van Keulen, Duitsland) en in 1991 behaalde hij een diploma Europees recht aan de Universität Saarbrücken (universiteit van Saarbrücken, Duitsland). In 1994 verdedigde hij een proefschrift waarop hij zowel aan de Universität Saarbrücken als aan de Universidad de Salamanca promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid.
Hij begon zijn professionele loopbaan in 1993 als docent internationaal recht aan de Universidad de La Rioja (universiteit van La Rioja, Spanje). In 1996 werd hij benoemd tot secretaris-generaal van die universiteit. Van 1996 tot 2001 was hij er hoogleraar, terwijl hij van 1996 tot 2000 tevens de functie vervulde van plaatsvervangend rector onderzoek. Van 2004 tot 2008 was hij er plaatsvervangend rector internationale betrekkingen. Aan diezelfde universiteit bekleedde hij van 2001 tot 2009 de leerstoel internationaal publiekrecht en doceerde hij eveneens, als houder van een Jean Monnet-leerstoel, recht van de Europese Unie. Van 2009 tot 2012 en in 2018 bekleedde hij de leerstoel internationaal publiekrecht ook aan de Universidad de Salamanca.
In 2012 werd hij benoemd tot directeur van het bureau Internationale Juridische Zaken van het Spaanse ministerie van Buitenlandse Zaken en Samenwerking, welke functie hij vervulde tot 2018. In 2018 was hij gedurende een jaar kabinetschef van de voorzitter van de Consejo de Estado (Spaanse raad van state).
José Martín y Pérez de Nanclares werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Gerhard Hesse, geboren in 1970 te Wenen (Oostenrijk), behaalde in 1993 zijn rechtendiploma en verdedigde in 2002 aan de Universität Wien (universiteit van Wenen) een proefschrift waarop hij promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid.
Zijn professionele loopbaan begon in 1994, toen hij medewerker werd van de afdeling Europese Zaken van de Oostenrijkse bondskanselarij. Van 1995 tot 2000 was hij medewerker en vervolgens afdelingshoofd bij de juridische dienst van de bondskanselarij. Tussen 2000 en 2002 was hij juridisch adviseur bij de Arbeiterkammer (Oostenrijkse werknemers- en consumentenorganisatie). In datzelfde jaar keerde hij terug naar zijn functies als lid en afdelingshoofd bij de juridische dienst van de bondskanselarij. Van 2007 tot 2010 was hij juridisch adviseur in het kabinet van de Oostenrijkse bondskanselier en van 2010 tot 2017 directeur-generaal van de juridische dienst van de bondskanselarij. Van 2017 tot 2019 bekleedde hij de functie van directeur-generaal van de juridische dienst van het Oostenrijkse ministerie van Constitutionele Zaken, Hervormingen, Deregulering en Justitie.
In 2010 werd hij benoemd tot lid van de gegevensbeschermingsraad van de Oostenrijkse regering, welke functie hij tot 2019 vervulde. Van 2017 tot 2019 was hij tevens voorzitter van de raad van toezicht van de Oostenrijkse Nationale Bibliotheek. Zijn ervaring in de Oostenrijkse overheidsadministratie vormde de basis voor talrijke publicaties op juridisch gebied.
Gerhard Hesse werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Miguel Sampol Pucurull, geboren in 1974 te Barcelona (Spanje), behaalde in 1997 een diploma rechten en in 1998 een diploma bedrijfskunde aan de Universidad Pontificia Comillas – ICADE (pauselijke universiteit van Comillas, Spanje).
Hij begon zijn loopbaan in Spanje als Abogado del Estado (landsadvocaat), in welke hoedanigheid hij van 2002 tot 2005 de staat vertegenwoordigde voor Spaanse rechterlijke instanties. Van 2005 tot 2006 was hij als zodanig tevens werkzaam bij de juridische dienst van het Spaanse ministerie van Cultuur en van 2006 tot 2007 bij de juridische dienst van het Spaanse ministerie van Buitenlandse Zaken, waar hij zich bezighield met vraagstukken in verband met het Hof van Justitie van de Europese Unie.
Van 2007 tot 2014 was hij als Abogado del Estado juridisch adviseur bij de permanente vertegenwoordiging van Spanje bij de Europese Unie. In 2014 trad hij in dienst bij het Spaanse ministerie van Justitie als adjunct-directeur-generaal, waar hij zich bezighield met Europeesrechtelijke en internationale zaken van de Abogacía General del Estado (juridische dienst van de staat, deel uitmakend van het ministerie van Justitie). In deze functie was hij tot 2019, eveneens in zijn hoedanigheid van Abogado del Estado, bij het Spaanse ministerie van Buitenlandse Zaken en Internationale Samenwerking als hoofd van de juridische dienst belast met procedures voor het Hof van Justitie van de Europese Unie. In die periode was hij ook lid van de raad van bestuur van verschillende overheidsondernemingen. Op basis van zijn juridische praktijkervaring verzorgde hij talrijke juridische publicaties.
Miguel Sampol Pucurull werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Mirela Stancu, geboren in 1974 te Călărași (Roemenië), behaalde in 1998 haar rechtendiploma aan de Universitate din București (universiteit van Boekarest, Roemenië) en in 2009 een doctoraat in de rechten.
Van 1999 tot 2002 was ze advocaat aan de balie van Boekarest. Daarna doceerde zij procesrecht aan de Universitate din București, waar zij van 2002 tot 2018 universitair docent en sinds 2018 universitair docent-onderzoeker was. In die periode schreef zij talrijke juridische publicaties.
Mirela Stancu was van 2004 tot 2009 rechter in de Judecătorie Sectorului 3 București (rechtbank in eerste aanleg van het 3e district Boekarest, Roemenië), en van 2009 tot 2019 in de Tribunal București (rechtbank van tweede aanleg Boekarest, Roemenië). In 2005 werd zij benoemd tot gedetacheerd rechter bij het Roemeense ministerie van Buitenlandse Zaken. Van 2007 tot 2018 was zij als opleider verbonden aan het Institut Național al Magistraturii (Nationaal Instituut voor de Magistratuur, Roemenië).
In 2011 trad zij in dienst bij het Hof van Justitie, waar ze tot 2014 de functie uitoefende van jurist-administrateur in het kabinet van rechter Camelia Toader.
In 2015 keerde zij terug naar Roemenië, waar ze werd benoemd tot directeur Europese zaken, internationale betrekkingen en programma’s van de Consiliu Superior al Magistraturii (hoge raad voor de rechtspraak, Roemenië), welke functie zij bekleedde tot 2018.
Mirela Stancu werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Petra Škvařilová-Pelzl, geboren in 1975 te Praag (Tsjechië), studeerde rechten in Tsjechië en in Duitsland. Na de voltooiing van haar studie werd haar door de Univerzita Karlova (Karelsuniversiteit te Praag, Tsjechië) de titel Magister iuris (summa cum laude) verleend. Zij volgde haar doctoraatsstudie in de rechten aan de Universität Hamburg (universiteit van Hamburg, Duitsland), waar zij in 2004 een proefschrift verdedigde waarop zij (summa cum laude) promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid. In 1995 behaalde zij tevens het diploma van tolk voor de Duitse taal aan de Státní jazyková škola (staatsopleiding voor talen in Praag).
Na haar professionele loopbaan in 1999 te hebben aangevangen als onderzoeksassistent aan de faculteit handels-, zee- en economisch recht van de Universität Hamburg, slaagde zij voor een algemeen vergelijkend onderzoek dat door het Europees Bureau voor Personeelsselectie (EPSO) was georganiseerd met het oog op de aanwerving van Tsjechische juristen door de Europese instellingen. Daarop trad zij als ambtenaar in dienst bij het directoraat-generaal Bibliotheek, onderzoek en documentatie van het Hof van Justitie van de Europese Unie, waar zij van 2004 tot 2019 de functie van administrateur-jurist bekleedde. Van 2010 tot 2016 oefende zij deze functie uit in de hoedanigheid van attaché van de directeur-generaal. Van 2017 tot 2018 was zij referendaris in het kabinet van Maria Berger, rechter in het Hof van Justitie.
Ze was auteur van verschillende publicaties, met name op het gebied van het Europees recht en het vergelijkend recht. Daarnaast doceerde zij vanaf 2009 Europees recht aan de Verwaltungsakademie des Bundes in Wien (federale academie voor ambtenaren te Wenen, Oostenrijk). Voorts hield zij lezingen op tal van seminars en conferenties, waaronder het tweejaarlijkse Tsjechisch-Duitse rechtscongres.
Petra Škvařilová-Pelzl werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Iko Nõmm, geboren in 1977 in Tallinn (Estland), behaalde in 2001 zijn rechtendiploma aan de Tartu Ülikool (universiteit van Tartu, Estland). Aan diezelfde universiteit verdedigde hij in 2013 een proefschrift waarop hij promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid.
Hij begon zijn professionele loopbaan in 2001 als adviseur bij de Tallinna Ringkonnakohus (hof van beroep van Tallinn), welke functie hij vervulde tot 2002. Vervolgens trad hij als gerechtsauditeur in dienst bij de Harju Maakohtu (rechtbank van eerste aanleg van Harju, Estland). In diezelfde rechtbank bekleedde hij van 2002 tot 2007 de functie van rechter. Van 2007 tot 2019 was hij rechter in de Tallinna Ringkonnakohus. In 2015 werd hij rechter in opleiding in de Riigikohus (hooggerechtshof van Estland) en van 2017 tot 2018 was hij als nationale rechter gedetacheerd bij het Hof van Justitie van de Europese Unie.
Hij was ook betrokken bij onderwijsactiviteiten. Zo was hij van 2014 tot 2019 als docent verbonden aan de Tartu Ülikool en aan de opleidingsafdeling van de Riigikohus. Daarnaast verzorgde hij van 2015 tot 2019 cursussen voor de Estse orde van advocaten en was hij van 2018 tot 2019 lid van de examencommissie voor Estse rechters. Van 2015 tot 2019 was hij lid van het comité van de Estse balie voor de evaluatie van de vakbekwaamheid van advocaten.
Iko Nõmm werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Gabriele Steinfatt, geboren in 1977 te Bad Harzburg (Duitsland), studeerde rechten aan de Universität des Saarlandes (universiteit van Saarland te Saarbrücken, Duitsland) en aan de Université Robert Schuman (Robert Schuman-universiteit te Straatsburg, Frankrijk). Aan laatstgenoemde universiteit behaalde zij in 2000 een diploma privaatrecht en een diploma Europees recht. In 2002 slaagde zij aan de Universität des Saarlandes voor haar eerste staatsexamen rechten. Van 2002 tot 2003 volgde ze een studie van de derde cyclus rechten aan het Europa-Institut (instituut voor Europese studies) van diezelfde universiteit. Hier voltooide ze in 2005 ook haar voorbereidende juridische stage met het afleggen van het tweede staatsexamen rechten, en schreef ze in 2012 een proefschrift op grond waarvan haar de titel van doctor in de rechtsgeleerdheid werd verleend.
In 2005 werd zij benoemd tot rechter in het Verwaltungsgericht der Freien Hansestadt Bremen (administratieve rechtbank van eerste aanleg van de Vrije Hanzestad Bremen, Duitsland), welke functie ze tot 2017 bekleedde. Van 2017 tot 2019 zetelde ze als rechter in het Oberverwaltungsgericht der Freien Hansestadt Bremen (hoogste bestuursrechtbank van de Vrije Hanzestad Bremen). In die periode was ze tevens lid van het Dienstgerichtshof für Richter (rechtbank in tweede aanleg voor tucht- en arbeidsrechtelijke zaken van rechters) en plaatsvervangend lid van het Berufsgerichtshof für Ingenieure (rechtbank voor tucht- en arbeidsrechtelijke zaken van ingenieurs).
Zij is auteur van verschillende publicaties, met name op het gebied van het Europees recht. Ze was docent aan de Universität des Saarlandes en aan de Universität Bremen (universiteit van Bremen, Duitsland). Voorts was zij betrokken bij de opleiding van jonge juristen in het kader van hun voorbereidende juridische stage, en was ze examinator voor het eerste staatsexamen in de rechten.
Gabriele Steinfatt werd op 26 september benoemd tot rechter in het Gerecht.
Rimvydas Norkus, geboren in 1979 te Klaipėda (Litouwen), behaalde in 2001 een master in de rechten aan de Vilniaus universitetas (universiteit van Vilnius, Litouwen). Vervolgens begon hij een doctoraatsstudie rechten aan de Mykolo Romerio universitetas (Mykolas Romeris-universiteit, Litouwen) waar hij in 2005 een proefschrift verdedigde waarop hij promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid.
Hij begon zijn professionele loopbaan in 1999 als juridisch medewerker bij de Lietuvos apeliacinis teismas (rechtbank van tweede aanleg in Litouwen), welke functie hij vervulde tot 2000. Van 2000 tot 2003 was hij adviseur van de president van deze rechtbank. Van 2003 tot 2009 was hij directeur van de afdeling rechtspraktijk van de Lietuvos vyriausiasis administracinis teismas (hoogste administratieve rechtbank van Litouwen).
Van 2009 tot 2010 was hij jurist-linguïst bij het Europees Parlement. In 2010 keerde hij terug naar zijn geboorteland, waar hij vervolgens tot 2012 directeur was van de afdeling juridisch onderzoek van de Lietuvos Aukščiausiasis Teismas (hoogste rechterlijke instantie van Litouwen). Van 2012 tot 2013 was hij rechter in de Lietuvos apeliacinis teismas en in 2014 rechter in de Lietuvos Aukščiausiasis Teismas. Van 2015 tot 2019 was hij president van die rechtbank. Daarnaast was hij van 2016 tot 2018 voorzitter van de Lietuvos Teisėjų taryba (Litouwse raad voor de rechtspraak).
Hij was tevens betrokken bij onderwijsactiviteiten. Zo was hij van 2007 tot 2008 docent aan de Mykolo Romerio universitetas, en van 2012 tot 2019 hoogleraar aan het instituut voor privaatrecht van die universiteit. Hij is ook auteur van talrijke juridische publicaties.
Rimvydas Norkus werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Tamara Perišin, geboren in 1979 te Zagreb (Kroatië) studeerde in 2002 cum laude af in de rechten aan de Sveučilište u Zagrebu (universiteit van Zagreb), en behaalde, na een Chevening-beurs te hebben verworven, in 2003 een Master of Laws aan de Universiteit van Oxford (Verenigd Koninkrijk). Vervolgens begon zij een doctoraatsstudie rechten aan de Sveučilište u Zagrebu, waar zij in 2007 een proefschrift verdedigde waarop zij promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid. In 2009 slaagde zij voor het toelatingsexamen voor de Kroatische balie.
In 2004 verrichtte zij onderzoek aan het T.M.C. Asser Instituut te Den Haag (Nederland). Van 2005 tot 2006 was zij, nadat haar een Fulbright-beurs was toegekend, onderzoeker aan Georgetown University (universiteit van Georgetown te Washington D.C., Verenigde Staten) en aan de University of Michigan (universiteit van Michigan te Ann Arbor, Verenigde Staten). Van 2007 tot 2008 was zij, na het behalen van een postdoctorale beurs, onderzoeker aan het Max-Planck-Institut (Max Planck-Instituut te Heidelberg, Duitsland). Daarnaast volgde zij van 2007 tot 2008 een opleiding in onderwijs- en leerwetenschappen aan de Central European University (Centraal Europese universiteit te Boedapest, Hongarije). In 2014 werd zij uitgenodigd om postdoctoraal onderzoek te verrichten aan de Harvard Law School (rechtenfaculteit van de Harvard-universiteit te Cambridge, Verenigde Staten).
Vanaf 2002 was zij verbonden aan de Sveučilište u Zagrebu, waar zij van 2009 tot 2011 hoogleraar en vicedecaan voor internationale samenwerking was, vanaf 2015 houder van een Jean Monnet-leerstoel en vanaf 2018 coördinator van het Jean Monnet Centre of Excellence. Zij gaf cursussen over Europees publiekrecht, recht van de interne markt, recht van de Wereldhandelsorganisatie, wereldwijde effecten van Europees recht, mededingingsrecht, Europees vennootschapsrecht, methodologie van het Europees recht en algemene rechtsbeginselen in de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie.
Tussen 2015 en 2016 was ze gasthoogleraar en John Harvey Gregory Lecturer on World Organization aan Harvard University (Harvard-universiteit te Cambridge, Verenigde Staten), waar ze een cursus gaf over de wereldwijde effecten van Europees recht.
Ze schreef talrijke juridische publicaties en was hoofdredacteur van een Kroatisch tijdschrift dat gespecialiseerd is in Unierecht (Croatian Yearbook of European Law and Policy). Zij maakt nog steeds deel uit van het redactiecomité van dit tijdschrift.
Van 2005 tot 2011 was ze lid van de onderhandelingsgroep voor de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie. In 2011 verzorgde zij opleidingen Unierecht voor ambtenaren en diplomaten aan de Državna škola za javnu upravu (nationale school voor bestuurskunde, Kroatië) en aan de diplomatieke academie van het Kroatische ministerie van Buitenlandse en Europese Zaken. Van 2012 tot 2013 was ze verantwoordelijk voor de opleiding Unierecht voor leden van de rechterlijke macht aan de Pravosudna akademija (rechterlijke academie, Kroatië), alsook aan de Općinski sud u Zagrebu (rechtbank van eerste aanleg van Zagreb). In 2015 verzorgde zij deze opleiding ook voor de Hrvatska odvjetnička komora (Kroatische orde van advocaten). Van 2017 tot 2019 was zij speciaal adviseur van het Kroatische ministerie van Wetenschap en Onderwijs. Daarnaast verstrekte zij juridisch advies over de correcte toepassing van het Unierecht aan Kroatische ministeries en advocaten in zaken die aanhangig waren bij nationale rechtbanken.
Tamara Perišin werd op 26 september 2019 benoemd tot rechter in het Gerecht.
David Petrlík, geboren in 1978 te Pilsen (Tsjechië), behaalde in 2002 zijn rechtendiploma aan de Západočeská univerzita v Plzni (universiteit van West-Bohemen te Pilsen, Tsjechië). Hij studeerde van 1999 tot 2000 eveneens aan de Universität Passau (universiteit van Passau, Duitsland). In 2003 behaalde hij tevens een rechtendiploma aan de universiteit Paris 1 Panthéon-Sorbonne (Frankrijk). Hij promoveerde in 2016 tot doctor in de rechtsgeleerdheid aan de Univerzita Karlova (Karelsuniversiteit te Praag, Tsjechië).
Hij begon zijn loopbaan in 2004 als juridisch adviseur bij het ministerie van Buitenlandse Zaken van Tsjechië. Na de toetreding van Tsjechië tot de Europese Unie trad hij in dienst van het Hof van Justitie als referendaris van rechter Jiří Malenovský, met wie hij tot 2015 samenwerkte.
In 2015 trad hij in dienst van het Europees GNSS-Agentschap (GSA), thans genaamd Agentschap van de Europese Unie voor het ruimtevaartprogramma (EUSPA), als juridisch adviseur bij en vervolgens als plaatsvervangend hoofd van de afdeling Juridische zaken en aanbestedingen. Van 2018 tot 2021 was hij hoofd van deze afdeling.
Sinds 2011 is hij ook betrokken bij onderwijsactiviteiten, en wel als universitair docent Europees recht en intellectuele-eigendomsrecht aan de Univerzita Karlova. Hij is de auteur van talrijke publicaties op deze gebieden.
David Petrlík werd op 1 maart 2021 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Maja Brkan, geboren in 1979 te Maribor (Slovenië), behaalde in 2003 een rechtendiploma aan de Univerza v Ljubljani (universiteit van Ljubljana, Slovenië) en in 2004 een Master of Laws aan de New York University (universiteit van New York, Verenigde Staten). Zij is in 2004 ook afgestudeerd aan het European University Institute (EUI) te Fiesole (Italië). In 2007 promoveerde ze aan de Univerza v Ljubljani tot doctor in de rechtsgeleerdheid op een proefschrift over het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie.
Zij begon haar professionele loopbaan in 2004 als jurist-linguïst bij het Hof van Justitie van de Europese Unie, waarna zij in 2005, eveneens bij het Hof van Justitie, stagiair werd in het kabinet van rechter Aindrias Ó Caoimh. Van 2005 tot 2006 was ze stagiair bij het Višje sodišče v Ljubljani (hof van beroep te Ljubljana, Slovenië).
In 2007 trad ze opnieuw in dienst van het Hof van Justitie van de Europese Unie, aanvankelijk als juridisch assistent (2007‑2008) en vervolgens als referendaris (2008‑2011) in het kabinet van advocaat-generaal Verica Trstenjak. Van 2011 tot 2013 was ze referendaris in het kabinet van rechter Marko Ilešič.
Zij was ook werkzaam in het onderwijs. Zo verzorgde ze, aanvankelijk als docent (2013‑2018) en vervolgens als hoofddocent (2018‑2021), cursussen in het Unierecht aan de Universiteit Maastricht (Nederland). Van 2014 tot 2017 doceerde ze ook Unierecht aan de Universiteit Hasselt (universiteit van Hasselt, België). Daarnaast was ze gastdocent aan de Univerza na Primorskem (universiteit van Primorska, Slovenië) (2011), aan de Univerza v Ljubljani (2014) en aan de Běijīng Shīfàn Dàxué (universiteit van Peking, China) (2014). Ze verrichtte onderzoek aan het EUI (2016 en 2018), aan de University of California (universiteit van Californië te Berkeley, Verenigde Staten) (2019), aan de Universitat Autònoma de Barcelona (autonome universiteit van Barcelona, Spanje) (2019) en aan de Univerza v Ljubljani (2020).
In 2017 werd zij adjunct-directeur van het Maastricht Centre for European Law (centrum voor Europees recht aan de Universiteit Maastricht), welke functie ze gedurende drie jaar vervulde, waarna ze in 2021 coördinator werd van het programma „Advanced Master in Privacy, Cybersecurity and Data Management” (gespecialiseerde master in privacy, cyberbeveiliging en gegevensbeheer) van het Maastricht European Centre on Privacy and Cybersecurity (Europees Centrum voor privacy en cyberbeveiliging van de Universiteit Maastricht). Van 2018 tot 2020 was zij lid van de examencommissie van diezelfde universiteit.
Van 2013 tot 2019 was ze bestuurslid van het European Law Institute (ELI) (Instituut voor Europees Recht). Van 2015 tot 2021 was ze adjunct-redacteur van European Data Protection Law Review en vanaf 2021 lid van het redactiecomité van dat tijdschrift. Vanaf 2020 is zij ook lid van het redactiecomité van het informatieplatform EU Law Live.
Zij is auteur van talrijke publicaties op het gebied van het Unierecht. Ze wordt regelmatig uitgenodigd als spreker door universiteiten in Europa en de Verenigde Staten.
Maja Brkan werd op 6 juli 2021 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Pēteris Zilgalvis, geboren in 1964 te Inglewood (Verenigde Staten), behaalde in 1986 een diploma politieke wetenschappen aan de University of Californië, Los Angeles – UCLA (universiteit van Californië te Los Angeles, Verenigde Staten). Hij zette zijn studie voort aan de University of Southern California (universiteit van Zuid-Californië, Verenigde Staten), die hem in 1990 de titel verleende van doctor in de rechtsgeleerdheid.
Hij begon zijn professionele loopbaan in datzelfde jaar, en wel als senior adviseur bij de juridische afdeling van Latvijas Republikas Vides aizsardzības komiteja, Augstākā padome (comité voor milieubescherming van het Letse parlement), welke functie hij bekleedde tot 1992. Daarna trad hij in dienst van het ministerie van Buitenlandse Zaken van Letland, waar hij verantwoordelijk was voor de betrekkingen met het Europees Parlement, de Verenigde Naties, het Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) en de Organisatie van de Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (Unesco). In 1991 werd hij ook toegelaten als advocaat in Californië.
In 1993 werd hij benoemd tot milieuspecialist voor de Baltische regio bij de Wereldbank en in 1996 tot senior adviseur milieurecht voor het „Russian Federation – Environmental Management Project”.
In 1997 werd hij benoemd tot plaatsvervangend hoofd van de afdeling Bio-ethiek bij de Raad van Europa, een functie die hij bekleedde tot 2005. Daarna trad hij in dienst van de Europese Commissie, waar hij hoofd werd van de eenheid Governance en Ethiek en in 2010 hoofd van de eenheid Infectieziekten en Volksgezondheid. Vanaf 2010 zette hij zijn loopbaan bij de Europese Commissie voort als hoofd van de eenheid Gezondheid en Welzijn. In 2016 werd hij hoofd van de eenheid Digitale Innovatie en Blockchain, welke functie hij uitoefende tot 2021. Hij is ook auteur van diverse publicaties in juridische tijdschriften, met name op het gebied van bio-ethiek, digitale technologieën, mensenrechten en milieurecht.
Pēteris Zilgalvis werd op 27 september 2021 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Krisztián Kecsmár, geboren in 1975 te Boedapest (Hongarije), studeerde rechten aan de Jean Monnet-faculteit van de universiteit Paris-Sud (Paris XI, Frankrijk), waar hij in 1998 een rechtendiploma, in 1999 een master internationaal en Europees recht en in 2000 een master ondernemings- en Unierecht behaalde.
Hij begon zijn professionele loopbaan in 2001 in een Hongaars advocatenkantoor, waar hij tot 2005 werkzaam was.
In 2005 trad hij in dienst van de Europese Commissie, waar hij dossierbeheerder werd bij het directoraat-generaal Informatiemaatschappij en media. Van 2009 tot 2015, in 2016 en van 2018 tot 2021 was hij werkzaam voor het directoraat-generaal Concurrentie.
Van mei 2015 tot april 2016 was hij door de Europese Commissie gedetacheerd bij het Hongaarse ministerie van Justitie, als lid van het kabinet belast met Europese zaken.
Tussen 2016 en 2018 was hij staatssecretaris voor Internationale en Europese justitiële samenwerking bij het Hongaarse ministerie van Justitie.
Krisztián Kecsmár werd op 27 oktober 2021 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Ion Gâlea, geboren in 1978 in Iaşi (Roemenië), behaalde in 2000 een rechtendiploma aan de Universitate din București (universiteit van Boekarest, Roemenië) en een master Europees recht aan de universiteit Paris I Panthéon-Sorbonne (Frankrijk) in het kader van het in samenwerking met de Universitate din București georganiseerde programma van het Frans-Roemeense college voor Europese studies. In 2002 behaalde hij een master internationale betrekkingen aan de Școala Națională de Studii Politice și Administrative (nationale school voor politieke en administratieve studies, Roemenië). Hij zette zijn studie voort aan de Universität Graz (universiteit van Graz, Oostenrijk), waar hij in 2006 een master Europese studies behaalde. Terug in Roemenië begon hij een doctoraatsstudie rechten aan de Universitate din București, waar hij in 2008 een proefschrift verdedigde waarop hij promoveerde tot doctor in de rechtsgeleerdheid.
Hij ving zijn professionele loopbaan aan bij het Roemeense ministerie van Buitenlandse Zaken, waar hij tussen 2000 en 2002 diplomatiek attaché was bij het directoraat internationaal recht en verdragen. Van 2002 tot 2007 was hij hoofd van de afdeling gemeenschapsrecht. Van 2007 tot 2009 vervulde hij een dienst van algemeen belang, namelijk die van notaris.
Na zijn terugkeer bij het ministerie van Buitenlandse Zaken werd hij benoemd tot deskundige bij het directoraat Europees recht, waarvan hij van 2009 tot 2010 directeur was. In 2010 werd hij directeur-generaal juridische zaken, welke functie hij vervulde tot 2016.
Van 2016 tot 2020 was hij ambassadeur van Roemenië in Bulgarije, en in 2021 werd hij directeur-generaal van het departement voor Europese bilaterale betrekkingen en regionale samenwerking bij het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Daarnaast doceerde hij rechten aan de Universitate din București, waar hij van 2002 tot 2012 wetenschappelijk medewerker en van 2012 tot 2016 universitair docent was. In 2021 werd hij benoemd tot hoogleraar aan deze universiteit.
Verder was hij in 2010 gastdocent aan de Hayastani divanagitakan dprots' (diplomatieke academie van Jerevan, Armenië), en van 2009 tot 2015 gastdocent aan het Institut Diplomatic Român (Roemeens diplomatiek instituut). In 2015 was hij eveneens gastdocent aan de Universidade da Coruña (universiteit van La Coruña, Spanje).
Hij is auteur van talrijke publicaties op juridisch gebied.
Ion Gâlea werd op 27 oktober 2021 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Ioannis Dimitrakopoulos, geboren in 1971 te Athene (Griekenland), behaalde in 1992 een rechtendiploma aan de Ethniko kai Kapodistriako Panepistimio Athinon (nationale en kapodistriaanse universiteit van Athene) en voltooide zijn studie in 1994 met het behalen van een rechtendiploma aan de universiteit Paris II Panthéon-Assas (Frankrijk).
Hij werd in 1995 toegelaten tot de balie van Athene, waar hij tot 1997 het beroep van advocaat uitoefende.
In 1998 trad hij als auditeur in dienst bij de Symvoulio tis Epikrateias (Griekse raad van state), waar hij van 2005 tot 2022 de functie uitoefende van assessor, een functie waarin hij vooral zaken op het gebied van fiscaal recht, mededingingsrecht, merkenrecht en aanbestedingsrecht behandelde. In 2022 werd hij benoemd tot staatsraad. Van 2009 tot 2010 was hij tevens lid van het comité voor planning en organisatie van de Symvoulio tis Epikrateias. Tussen 2005 en 2008 werkte hij gedurende drie jaar als senior juridisch adviseur op het bureau van de Europese Ombudsman (Straatsburg, Frankrijk), waarna hij in 2008 terugkeerde naar de Symvoulio tis Epikrateias.
Van 2010 tot 2020 was hij tevens plaatsvervangend president van de kamer van beroep van het Europees Agentschap voor chemische stoffen (Helsinki, Finland).
Van 2014 tot 2015 was hij rechter-plaatsvervanger in de Anotato Eidiko Dikastirio (bijzonder hooggerechtshof, Griekenland) en in de Eidiko Dikastirio tou arthrou 88 par. 2 tou Syntagmatos (bijzondere rechtbank, ingesteld bij artikel 88, lid 2, van de Griekse Grondwet). Daarnaast was hij van 2014 tot 2016 vicevoorzitter van de vereniging van rechters van de Symvoulio tis Epikrateias.
Hij was en is ook betrokken bij onderzoeks- en onderwijsactiviteiten. Zo verzorgde hij van 2003 tot 2004, als senior visiting fellow, cursussen Europees milieurecht en vergelijkend recht aan de University of California, Berkeley (universiteit van Californië te Berkeley, Verenigde Staten). Sedert 2010 is hij tevens hoogleraar aan de Ethniki Scholi Dikaston (nationale school voor magistraten, Griekenland). Hij is auteur van talrijke publicaties, met name op het gebied van fiscaal recht, Europees recht en de fundamentele rechten.
Ioannis Dimitrakopoulos werd op 13 januari 2022 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Damjan Kukovec, geboren in 1977 te Ljubljana (Slovenië), behaalde in 2001 een rechtendiploma aan de Univerza v Ljubljani (universiteit van Ljubljana) en in 2002 een Master of Laws aan de Harvard Law School (rechtenfaculteit van de Harvard-universiteit te Cambridge, Verenigde Staten). Aan deze laatste universiteit volgde hij ook een doctoraalstudie in de rechten en verdedigde hij in 2015 zijn proefschrift.
In 2002 begon hij zijn professionele loopbaan als gerechtelijk stagiair bij de Višje sodišče v Ljubljani(hof van beroep te Ljubljana), welke functie hij uitoefende tot 2004. In de loop van datzelfde jaar werd hij juridisch medewerker bij het Speciaal Hof voor Sierra Leone (Freetown, Sierra Leone) alsmede bij de Ustavno sodišče (grondwettelijk hof, Slovenië).
In 2005 trad hij als jurist in dienst bij het Hof van Justitie van de Europese Unie. Van 2006 tot 2018 was hij werkzaam bij de juridische dienst van de Europese Commissie. In 2006 werd hij tevens toegelaten tot de Sloveense balie.
Daarnaast volgde hij ook een academische loopbaan, vooral op het gebied van het Europees recht. Van 2011 tot 2013 doceerde hij universele rechtswetenschap aan het Institute for Global Law and Policy van de Harvard Law School (Instituut voor universele rechts- en beleidswetenschap van de rechtenfaculteit van de Harvard universiteit te Cambridge, Verenigde Staten). Vervolgens doceerde hij aan rechtenfaculteiten van verschillende universiteiten over de hele wereld, waaronder de FGV Direito Rio (rechtenfaculteit van de Stichting Getulio Vargas, Rio de Janeiro, Brazilië) (2014), de Brussels School of International Studies (school voor internationale studies te Brussel, België) van de University of Kent (universiteit van Kent, Verenigd Koninkrijk) (2016), het European University Institute (Europees Universitair Instituut (EUI) te Fiesole, Italië) (2016‑2017) en de Univerza v Ljubljani (2018‑2020). Sedert 2018 is hij tevens docent rechten en mededirecteur van het doctoraatsprogramma aan Middlesex University (Middlesex-universiteit te Londen, Verenigd Koninkrijk).
Damjan Kukovec is auteur van talrijke publicaties op het gebied van Europees recht. Hij geeft regelmatig gastcolleges aan universiteiten over de hele wereld.
Damjan Kukovec werd op 13 januari 2022 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Suzanne Kingston, geboren in 1977 te Dublin (Ierland), behaalde in 1998 een rechtendiploma aan de University of Oxford (universiteit van Oxford, Verenigd Koninkrijk) en in 2000 een rechtendiploma aan de Universiteit Leiden (Nederland). Aan deze laatste universiteit volgde zij ook een doctoraalstudie in de rechten en verdedigde zij in 2009 haar proefschrift.
In 1998 werd zij barrister bij de Honourable Society of Gray’s Inn te Londen (Verenigd Koninkrijk). Van 2002 tot 2004 was zij advocaat bij de Brusselse vestiging van een internationaal advocatenkantoor.
In 2004 trad zij in dienst bij het Hof van Justitie van de Europese Unie, waar zij tot 2006 referendaris was van advocaat-generaal Leendert Adrie Geelhoed.
In 2007 werd zij barrister bij de Honourable Society of King’s Inns te Dublin. Vanaf dat jaar oefende zij het beroep uit van advocaat bij de balie van Ierland, aanvankelijk als barrister en vervolgens als senior counsel.
Daarnaast was zij van 2007 tot 2015 docent en vanaf 2015 hoogleraar in de rechtsgeleerdheid aan University College Dublin (nationale universiteit van Ierland). In de loop van haar academische loopbaan heeft zij ook lesgegeven aan andere universiteiten, waaronder Columbia University (Columbia-universiteit te New York, Verenigde Staten), Cambridge University (universiteit van Cambridge, Verenigd Koninkrijk), de Universiteit Leiden, en de Osgoode Hall Law School van York University in Toronto (rechtenfaculteit Osgoode Hall van de York-universiteit te Toronto, Canada). Zij is auteur van talrijke publicaties over het recht van de Europese Unie.
Suzanne Kingston werd op 13 januari 2022 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Tihamér Tóth, geboren in 1971 te Zalaegerszeg (Hongarije), studeerde rechten aan de Szegedi Tudományegyetem (Universiteit van Szeged, Hongarije), waar hij in 1994 zijn rechtendiploma behaalde. Hij zette zijn doctoraatsstudie aan dezelfde universiteit voort en verdedigde in 2001 zijn proefschrift.
In 1994 begon hij zijn beroepsloopbaan in Hongarije als jurist bij het Bureau voor Europese Zaken, dat achtereenvolgens was ondergebracht bij het ministerie van Internationale Economische Betrekkingen, het ministerie van Industrie en Handel en het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Tussen 1997 en 2001 was hij casemanager bij het Internationaal Bureau van de Hongaarse mededingingsautoriteit. Van 2001 tot 2003 was hij lid en vervolgens, van 2003 tot 2009, voorzitter van de Mededingingsraad (Hongarije). Tijdens deze laatste periode was hij ook vicevoorzitter van de Hongaarse mededingingsautoriteit.
Van 2009 tot 2022 was hij werkzaam als advocaat in Hongarije, met name op het gebied van het mededingingsrecht.
In 1999 begon hij zijn academische loopbaan aan de Pázmány Péter Katolikus Egyetem (Péter-Pázmány Katholieke Universiteit, Hongarije). Daar was hij van 1999 tot 2010 docent en vervolgens vicedecaan, verantwoordelijk voor onderzoek en internationale betrekkingen (2010-2013), voor studentenzaken (2013-2014) en voor internationale betrekkingen (vanaf 2015). Hij werd in 2018 benoemd tot hoogleraar aan deze universiteit. Tussen 2019 en 2022 bekleedde hij er de Jean Monnet-leerstoel Mededingingsrecht.
Hij is de auteur van talrijke werken en publicaties over het mededingingsrecht.
Tihamér Tóth is op 6 juli 2022 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Beatrix Ricziová, geboren in 1981 te Bratislava (Slowakije), behaalde in 2005 een Master of Laws aan de Univerzita Komenského v Bratislave (Comenius-universiteit van Bratislava, Slowakije). In 2012 werd haar aan deze universiteit de titel van doctor in de rechtsgeleerdheid toegekend.
Zij begon haar loopbaan als juridisch medewerker bij een advocatenkantoor in Slowakije, waar zij van 2002 tot 2004 werkzaam was. Vanaf 2003 was zij bovendien enkele jaren vertaler en tolk bij evenementen die werden georganiseerd door de gemeente Stupava (Slowakije).
Van 2005 tot 2006 was zij werkzaam als jurist bij het Instituut voor de harmonisatie van wetten van het bureau van de Slowaakse regering. Vervolgens werkte zij van 2007 tot 2008 op het bureau van de hoofdgemachtigde die belast was met de vertegenwoordiging van Slowakije bij het Hof van Justitie van de Europese Unie, welk bureau deel uitmaakte van het Slowaakse ministerie van Justitie. Tussen 2009 en 2022 was zij hoofdvertegenwoordiger van Slowakije voor de rechterlijke instanties van de Unie.
Zij was van 2007 tot 2010 lid van het Permanent Comité burgerlijk recht en handelsrecht van de wetgevende raad van de regering van Slowakije en van 2012 tot 2015 van het Comité voor de hercodificatie van het burgerlijk procesrecht in Slowakije.
Beatrix Ricziová werd op 6 juli 2022 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Elisabeth Tichy-Fisslberger, geboren in 1957 te Wenen (Oostenrijk), behaalde in 1980 haar rechtendiploma en voltooide in 1981 een studie internationaal recht aan de Katholieke Universiteit Leuven (België).
Zij begon haar professionele loopbaan in 1982 als conferentietolk bij de Europese Commissie, een functie die zij bekleedde tot 1988. Tegelijkertijd vervolgde ze haar talenstudie aan de Universität Wien (universiteit van Wenen), waar zij in 1984 een diploma behaalde.
In 1988 trad zij in dienst bij het directoraat-generaal Europese en Economische Zaken van het Oostenrijkse ministerie van Buitenlandse Zaken, waar zij tot 1993 de functie van adviseur vervulde.
In 1990 werd zij gedetacheerd bij de Oostenrijkse ambassade in Dublin. Van medio 1991 tot medio 1992 was zij adjunct-directeur voor het EU-vervoersbeleid bij het Oostenrijkse ministerie van Buitenlandse Zaken in Wenen. Daarna werd ze gedetacheerd bij de Oostenrijkse ambassade in Londen.
Van 1993 tot 2000 was zij eerste adviseur bij de permanente vertegenwoordiging van Oostenrijk bij de Europese Unie te Brussel.
Vervolgens keerde ze terug naar het Oostenrijkse ministerie van Buitenlandse Zaken, waar ze van 2000 tot 2003 directeur Algemene Zaken van de EU en de EU-instellingen was. Vervolgens werd zij benoemd tot adjunct-directeur-generaal voor Europese en economische zaken en in 2007 tot directeur-generaal voor juridische en consulaire zaken. Van 2009 tot 2017 was zij ook nationaal coördinator voor de bestrijding van mensenhandel.
Vanaf december 2017 was zij ambassadeur bij de Permanente Vertegenwoordiging van Oostenrijk bij het Bureau van de Verenigde Naties en andere internationale organisaties in Genève. In 2020 werd ze verkozen tot voorzitter van de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties en in 2021 tot voorzitter van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties.
Naast deze activiteiten doceerde zij sinds 2002 rechten aan de Diplomatische Akademie Wien (diplomatieke academie van Wenen). Van 2006 tot 2017 doceerde zij ook rechten aan de Universität Wien.
Elisabeth Tichy-Fisslberger werd op 15 september 2004 benoemd tot rechter in het Gerecht.
William Valasidis, geboren in 1971 te Thessaloniki (Griekenland), behaalde in 1993 zijn rechtendiploma aan de Aristotélio Panepistímio Thessaloníkis (Aristoteles-universiteit te Thessaloniki) en voltooide zijn studie in 1996 met een Master of Law aan de Harvard Law School (rechtenfaculteit van Harvard University, Verenigde Staten).
Van 1993 tot 1995 was hij advocaat-stagiair in het kader van de examens voor de toelating tot het beroep van advocaat. In 1996 werd hij toegelaten tot de balie van Thessaloniki, waarna hij werkzaam was in advocatenkantoren in Mexico en de Verenigde Staten.
In 1998 trad hij in dienst van het Hof van Justitie van de Europese Unie, als referendaris in het kabinet van rechter Krateros Ioannou. Vervolgens werkte hij voor rechter Vassilios Skouris, die in 2003 president van het Hof werd en met wie hij vijftien jaar heeft samengewerkt, van 1999 tot 2014.
In 2014 werd hij benoemd tot directeur Protocol en Voorlichting van het Hof en vervolgens tot directeur Communicatie, een functie die hij tot 2022 bekleedde.
Hij is auteur van juridische publicaties en redactionele artikelen en hecht ook zeer veel belang aan het onderwijs in de praktijk van het Unierecht, door actief betrokken te zijn bij de organisatie en het verloop van de „European Law Moot Court Competition”, van 2004 tot 2005 als jurylid, en van 2006 tot 2022 als lid en vicevoorzitter van de „European Law Moot Court Society”. Hij neemt ook regelmatig deel aan nationale en internationale conferenties.
William Valasidis werd op 15 september 2022 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Steven Verschuur, geboren in 1977 te Arnhem (Nederland), studeerde rechten aan de Universiteit Utrecht (Nederland), waar hij in 2001 een Master of Laws behaalde. Hij zette zijn studies voort aan de Université de Liège (universiteit van Luik, België), waar hem in 2002 een postdoctoraal diploma Europees recht werd uitgereikt. In 2010 verdedigde hij aan de Universiteit Utrecht zijn doctoraatsproefschrift in de rechten.
Vanaf 2002 was hij als advocaat werkzaam bij verschillende advocatenkantoren in Nederland en België op diverse gebieden van het EU-recht, zoals mededinging, staatssteun, handelsbeleid, overheidsopdrachten en beperkende maatregelen in het kader van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de Unie.
Hij heeft over deze onderwerpen ook een groot aantal artikelen geschreven voor juridische tijdschriften en boeken.
Daarnaast was hij rechter-plaatsvervanger in de sector civiel recht van de rechtbank Zeeland-West-Brabant (2021-2022).
Steven Verschuur werd op 15 september 2022 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Saulius Lukas Kalėda, geboren in 1976 te Krakau (Polen), behaalde in 1999 een rechtendiploma aan de Vilniaus universitetas (universiteit van Vilnius, Litouwen), in 2000 gevolgd door een master aan het Zentrum für Europäische Integrationsforschung van de Universität Bonn (universiteit van Bonn, Duitsland). In 2002 behaalde hij de titel van doctor in de rechtsgeleerdheid aan de Uniwersytet Jagielloński (Jagiellonische Universiteit van Krakau, Polen).
In 1998 begon hij zijn loopbaan als jurist bij de toezichthouder op het verzekeringswezen bij de nationale overheid van de Republiek Litouwen. Tussen 2002 en 2003 bekleedde hij tijdens de onderhandelingen voor de toetreding tot de Europese Unie de functie van senior deskundige op het departement Europees recht bij diezelfde overheid. Vervolgens werkte hij van 2003 tot 2004 als jurist bij het directoraat-generaal Interne Markt van de Europese Commissie.
Tussen 2004 en 2013 bekleedde Saulius Lukas Kalėda de functie van referendaris bij het Gerecht van de Europese Unie, eerst in het kabinet van Vilenas Vadapalas, en vervolgens in dat van Egidijus Bieliūnas, beide rechters in het Gerecht. In 2013 kwam hij bij het Hof van Justitie als referendaris bij advocaat-generaal Maciej Szpunar. Tussen 2017 en 2023 werkte hij als lid van de juridische dienst van de Europese Commissie. In de hoedanigheid van gemachtigde vertegenwoordigde hij de Commissie in een groot aantal zaken voor de rechterlijke instanties van de Unie.
Saulius Lukas Kalėda is verder actief binnen de universitaire wereld. Tussen 2002 en 2003, alsook in 2011 was hij docent aan de Vilniaus universitetas en sinds 2013 geeft hij college aan de Jagiellonische Universiteit. Hij is auteur van tal van publicaties over het institutionele recht en het procedurerecht van de Unie.
Saulius Lukas Kalėda werd op 27 september 2023 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Louise Spangsberg Grønfeldt, geboren in 1980 te Ishøj (Denemarken), behaalde achtereenvolgens het diploma van licentiaat in de rechten (2004) en het diploma van master in de rechten (2007) aan Københavns Universitet (universiteit van Kopenhagen, Denemarken). Daarnaast behaalde zij in 2007 ook een masterdiploma aan het Europacollege (België). In 2012 werd zij toegelaten als advocaat in Denemarken.
Spangsberg Grønfeldt begon haar professionele loopbaan in 2007 als advocaat-stagiair, wat zij bleef tot 2009. In deze periode onderwees zij tevens recht aan de universiteit van Kopenhagen, eerst als docent en daarna als hoogleraar.
Van 2009 tot 2013 werkte zij als jurist-vertaler voor het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie.
Tussen 2013 en 2016 maakte Spangsberg Grønfeldt deel uit van het begrotingsteam (BUDG-team) van de Juridische Dienst van de Europese Commissie. Vervolgens was zij tot 2018 referendaris bij het Gerecht van de Europese Unie in het kabinet van rechter Jesper Svenningsen. Aan het einde van dat jaar trad zij opnieuw in dienst van de Juridische Dienst van de Europese Commissie, waar zij ditmaal werkte voor het staatssteunteam (AIDE-team) totdat zij in 2019 benoemd werd tot lid van het kabinet van Margrethe Vestager, vicevoorzitter van de Europese Commissie. Van eind 2020 tot 2023 werkte zij binnen het team Justitie en Binnenlandse Zaken van de Juridische Dienst van de Europese Commissie.
Spangsberg Grønfeldt werd op 27 september 2023 benoemd tot rechter in het Gerecht.
Vittorio Di Bucci, geboren in 1963 te Asti (Italië), behaalde in 1986 zijn rechtendiploma aan de Università degli Studi di Torino (universiteit van Turijn, Italië). Hij zette zijn studie voort aan de universiteit Nancy II (Frankrijk), waar hij in 1988 een diploma voortgezette studies Europees recht behaalde.
In 1987 is Di Bucci als jurist-vertaler bij de Italiaanse vertaaleenheid in dienst getreden bij het Hof van Justitie. In 1988 is hij door rechter G. Federico Mancini aangeworven als referendaris in diens kabinet, een functie die hij heeft bekleed tot 1991. Van 1994 tot 2000 was hij opnieuw referendaris bij rechter Mancini.
Van 1991 tot 1994 maakte Di Bucci deel uit van het team „Vervoer, Milieu, Consumenten” van de Juridische Dienst van de Europese Commissie. In 2000 keerde hij naar deze instelling terug als lid van het team „Staatssteun en Antidumping” van de Juridische Dienst. Van 2007 tot 2010 was hij eerst lid van het team „Concurrentie” en vervolgens juridisch adviseur binnen dat team. In 2010 is hij benoemd tot juridisch hoofdadviseur in het team „Staatssteun en Antidumping”. Van 2014 tot 2023 bekleedde hij dezelfde functie in het team „Ondernemingsrecht”.
Op 5 juni 2023 is Vittorio Di Bucci verkozen tot griffier van het Gerecht.
Hij is auteur van talrijke publicaties op het gebied van het Unierecht, met name over de procedures bij de rechterlijke instanties van de Unie, staatssteun en het recht van de bankenunie.